te willen onderzoeken of parkeren op het Wilhelminaplein mogelijk is in combinatie met Tul
penburg. De wethouder heeft eerst een geharnast betoog gehouden waarom dat niet zou
moeten en daarna heeft hij een voorzichtige toezegging gedaan. Ik wil echter een duidelijke
toezegging. Zoals ik al heb gezegd wordt nu een beslissing over het beschikbaar stellen van
het krediet genomen, dus niet over het project als zodanig. Zodra de definitieve plannen er
i jn zullen wij die dan ook heel goed bekijken. Ik wil in dit verband nog één argument noe
men dat in de discussie niet zo naar voren is gekomen. Er is uit het rapport heel duidelijk
gebleken dat in de bestaande parkeervoorzieningen een behoorlijke restcapaciteit zit, die
pas aan het eind van 1995 zal zijn opgevuld. Vóór 1995 en dus ook in de tijd waarin tijdelijke
voorzieningen moeten worden aangelegd zou van deze restcapaciteit op verschillende plaatsen
in de stad gebruik kunnen worden gemaakt, waardoor minder uitgebreide voorzieningen
nodig zullen zijn. Het is overigens duidelijk dat de tijdelijke voorzieningen sober moeten zijn,
Met betrekking tot het Oldehoofsterkerkhof zijn twee moties ingediend. Tijdens de be
handeling van dit punt in de vorige raadsvergadering heeft onze fractie gezegd dat wij een
parkeerkelder - of hoe je dat verder ook wilt noemen - op het Oldehoofsterkerkhof accepta
bel vinden. Wij zijn daar toen echter voorwaardelijk mee akkoord gegaan, hetgeen stoelde op
stedebouwkundige en ook op financiële overwegingen. In de twee moties worden de kosten
voor deze parkeervoorziening uiteengezet. Uitgerekend is wat de kosten per parkeerplaats
zijn. Echter hetgeen daar tegenover staat, ook gezien in het totaal van het parkeerbeleid,
zoals opbrengsten van de terreinen, subsidies enz. wordt er niet in meegenomen. Het is
dan ook te gemakkelijk om op deze manier te zeggen wat een parkeerplaats kost. Een en
ander moet in het totaal worden bekeken. Bovendien is het voor ons niet acceptabel dat in de
definitieve versie op de Groeneweg 150 parkeerplaatsen worden gecreëerd op de manier zoals
die nu in het rapport staat, namelijk een paar lijntjes op de weg en dan rij aan rij. Dat moet
naar ons gevoel niet. Er moet daar geparkeerd worden, maar dan op een acceptabele manier
waarbij de Groeneweg een beetje een leukere weg wordt dan hij nu is. Wij hebben dan ook
geen behoefte aan de moties.
Overigens wil ik nog wel opmerken dat het ons bij dit soort zaken niet uitmaakt wie het
eerst een motie indient, of dat nu de VVD of D66 is. Het gaat ons duidelijk om de zaak op
zich.
MKVOok in eerste instantie heb ik hierover al een behoorlijk aantal opmerkingen ge
maakt, waarop door het college uitvoerig is geantwoord. Er zijn toezeggingen gedaan om het
overleg met de gebruikers van het sportpark Nijlan voort te zetten en zodoende tot een accep
tabele oplossing te komen. In twee moties wordt er voor gepleit MKV vooralsnog toch op het
Fonteinland te laten blijven en een en ander over een paar jaar opnieuw te bekijken. Wij vin
den dat wij dat niet moeten doen. Wat dat betreft moest ik even denken aan de rede van de
voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) op het laatst gehouden con
gres. Hij zei: De politiek moet beslissingen durven nemen, de burgers moeten niet in onzeker
heid worden gelaten, niet pappen en nat houden en maar laten sudderen. Dat moet in dit ge
val ook niet. Er zijn toezeggingen gedaan. Wij denken dat een acceptabele oplossing mogelijk
is en daarom hebben wij dan ook geen behoefte aan deze moties.
De Amelandsstraat. Hiervoor is ook een motie ingediend. Op zich een sympathieke motie.
Verdergaande bebouwing en bewoning in de Amelandsstraat spreekt ons aan en wij willen dat
ook zeker in de toekomst in overweging nemen. Op dit moment willen wij echter niet meer en
niet anders dan 200 voorlopige parkeerplaatsen, met name gezien de verwerving en de onder
handelingen die in dit gebied nog moeten plaatsvinden. Ook aan deze motie hebben wij dus
geen behoefte.
Als laatste punt de brief van de bedrijven. Uit het antwoord van de wethouder heb ik
goed begrepen dat de brief overbodig is. Er is overleg geweest en er is overleg toegezegd.
Het bestemmingsplan komt en beroepsmogelijkheden zijn aanwezig. Onze fractie heeft grote
voorkeur voor een ontwerp-bestemmingsplan. Bij een voorbereidingsbesluit op basis van een
bouwplan is ook wel de mogelijkheid tot beroep aanwezig, maar de toetsing ligt in dit geval
bij het college, terwijl in het geval van een bestemmingsplanprocedure in eerste instantie
de raad er aan te pas komt. Gezien het feit dat het primaat bij de raad ligt, lijkt mij dat een
goede zaak.
De heer Ybema: Ik loop de sprekers maar even na in volgorde van opkomst. Allereerst
de heer Sijbesma. Ik vond de inbreng van het CDA in eerste termijn wat teleurstellend.
Gelet op de zwaarte van het onderwerp had ik verwacht dat zo'n grote fractie een substan
tiëler bijdrage aan dit debat zou leveren. Ik vind dat men wat luchtig over allerlei zware
problemen heen stapt. (De heer Koopmans: Er is toch een uitgebreide commissievergadering
over dit onderwerp geweest? De heer Sijbesma is hiermee zijn betoog ook begonnen.) Ook de
inbreng van de heer Sijbesma in de commissievergadering was niet overweldigend! Ik ben
het helemaal eens met de bijdrage van de heer Van der Wal, die het CDA wijst op de enorme
financiële consequenties van de oplossingen die worden voorgesteld. Hij refereert dan met
name aan de oplossing op het Oldehoofsterkerkhof. Ik herinner mij goed dat het CDA in zijn
35
verkiezingsprogramma heeft staan dat er een gezond financieel beleid moet worden gevoerd.
Dat staat heel nadrukkelijk voorop, het is een van de punten van invulling van het uitgangs
punt dat een goed rentmeesterschap nodig is. Alleen al voor het kelderdek op het Oldehoof
sterkerkhof is er een structureel tekort - ik kijk ook even in de richting van de heer Ten
Hoeve - van f. 523.000, Ga er maar aan staan! Voor een deel geldt mijn kritiek ook voor
de inbreng van de PvdA-fractie. Ik vind dat ook die fractie wat al te luchtig over de finan
ciële consequenties heen stapt. Het is voor een groot deel vooruit schuiven wat op ons af
zit te komen. Aan de ene kant is het een fractie die zich heel sterk maakt - terecht overi
gens - voor de zwakkeren in de maatschappij en daar op allerlei manieren geld voor probeert
vrij te maken om belangrijke voorzieningen te treffen, aan de andere kant stapt men vrij
gemakkelijk over een voorstel dat structureel ruim vijf ton kost heen.
Met betrekking tot het betoog van de VVD wil ik op één punt nog even reageren. Op
de moties kom ik dan straks wel terug. (De Voorzitter: Ik wil u het recht van spreken niet
ontzeggen, maar is het wel zinvol voor de behandeling van het punt waarmee wij bezig zijn
en dat naar ik heb begrepen ter voorbereiding uitgebreid aan de orde is geweest in een
raadsadviescommissie om op deze manier te reageren? U mag best in de politieke arena tre
den, maar ik ben van mening dat de begrotingsvergadering daar een veel beter platform
voor biedt. Ik geef u dat graag in overweging.) Ik dacht dat het een goed gebruik was om
in tweede termijn te reageren op hetgeen andere fracties naar voren hebben gebracht en
daarmee was ik mijns inziens heel kort bezig.
Zoals ik al heb gezegd wil ik op één punt in het betoog van de VVD nog even reageren.
Dat betreft de vrij forse uithaal van de heer Dubbelboer in mijn richting. Hij verwijt mij dat
ik niet een correcte procedure zou hebben gevolgd bij de indiening van een motie. Ik moet
zeggen dat dat niet onze stijl van politiek bedrijven is. Ik volsta met de constatering dat de
motie van de VVD, die in de ogen van deze partij identiek is aan de motie van D66, een
volstrekt andere strekking heeft dan de onze en in die zin kan er geen sprake zijn van tre
den in de rechten van de VVD.
Ik kom nu bij de reactie van de wethouder op mijn inbreng. Hij zegt dan mijn waarde
ring voor de snelheid waarin is gehandeld niet strookt met de kritiek die ik op de procedure
heb geleverd. Mijn waardering heeft vooral betrekking op de snelheid wat betreft de ruimte
lijke ordeningsprocedures, terwijl mijn kritiek met name geldt ten aanzien van de gang van
zaken in de sportsector.
Dan de moties. De eerste motie van D66 is door mevrouw Vlietstra als overbodig gekwa
lificeerd. Ik wil dan toch nog even wijzen op de bedoeling van deze motie. Er wordt in de
motie aangedrongen op een spoedig overleg met de betrokkenen. Dat is toegezegd. Een van
de voorwaarden daarbij is echter dat in beginsel een bedrag van f. 1.680.000, zijnde het
krediet dat in de raadsbrief wordt genoemd, de basis is voor dat gesprek. In de formulering
"in beginsel" zit, althans in mijn visie, een zekere ruimte voor onderhandeling van het colle
ge met de betreffende sportverenigingen. De wethouder legt het zo uit dat in overleg wordt
getreden met de sportverenigingen en daf oplossingen moeten worden gevonden binnen dat
budget. Daardoor ontstaat mijns inziens een verdere aanscherping van dat overleg en zeker
een beperking van de mogelijkheden. Ik wil mijn motie dan ook handhaven.
Uit de reactie van de wethouder op motie II over het Oldehoofsterkerkhof maak ik op
dat een en ander ligt in de lijn van zijn beantwoording. Ik ben blij met die uitleg en ik ver
wacht dan ook een vrij grote steun voor deze motie. Het verbaast mij eigenlijk dat de PvdA
in negatieve zin reageert wat deze motie betreft. De wethouder zegt dat moet worden ge
zocht naar voldoende parkeerplaatsen in dat deel van de binnenstad. De motie past in die
benadering. Zo heb ik dat ook geproefd in de commissievergadering. Ik zou de PvdA-fractie
dan ook nogmaals in overweging willen geven deze motie te steunen.
Motie III van PAL met betrekking tot MKV. Het zal duidelijk zijn dat ik die motie niet
kan steunen, gelet op mijn inbreng in eerste termijn. Wij zijn voor het nemen van beslissin
gen op dit moment en kunnen dus niet meegaan met het creëren van deze tijdelijke oplos
sing.
Ik ben het ten aanzien van motie IV over de Amelandsstraat met de wethouder eens dat
wij ons nu niet moeten vastleggen op de aanleg van een parkeervoorziening in combinatie
met woon-winkelbebouwingWij kunnen dat op dit moment niet overzien. Ik ben van me-
ming dat, zodra dat deel van het Plan van aanpak in de sfeer van de planvorming komt,
daarop op dat moment nader kan worden teruggekomen.
Motie V van PAL is een motie die helemaal in de lijn ligt van onze bedoeling. Er moet
heel nadrukkelijk niet worden overgegaan tot het realiseren van een kelderdek op het Olde
hoofsterkerkhof. De oplossingen moeten worden gezocht in combinatie met de Groeneweg.
Aan die motie zal ik dan ook mijn steun geven.
Tenslotte motie VI van de VVD, waarop ik al even heb gereageerd. De VVD wil het
Fonteinland nog niet aanwijzen als parkeervoorziening. Onze opstelling is dat wij vinden dat
het Fonteinland nu wel moet worden aangewezen als parkeervoorziening en daarom zullen wij
deze motie niet steunen.