16
wat de mogelijkheden zijn. In hoeverre bestemmingsplannen daartoe mogelijkheden bieden
kan ik op dit moment niet overzien. Ik kan mij echter voorstellen dat wij daarop in een
later stadium terugkomen. Hetzelfde geldt voor het tweede punt van het besluit dat
gaat over het plaatsen van bordjes waaruit blijkt dat Leeuwarden een atoomvrije ge
meente wil zijn. Als de raad besluit dat deze bordjes moeten worden geplaatst, dan zul
len wij in een later stadium in overleg met de Commissie voor Algemene Zaken moeten
bekijken wat de precieze tekst van de bordjes moet zijn. Mocht de raad deze motie dus
aannemen, dan zullen wij zeker loyaal meewerken aan de uitvoering daarvan.
De heer Duijvendak: Ik had opgeschreven dat ik wilde zeggen dat ik het goed vind
dat er in deze raad opnieuw met elkaar over vredespolitiek wordt gepraat. Het is een
heel belangrijk onderwerp en het is al weer enige tijd geleden dat er over werd gespro
ken. De manier waarop de andere fracties echter op ons voorstel reageren doet mij be
sluiten deze zin maar niet uit te spreken, want ik vind dat er nogal met grof geschut
en niet altijd met evenveel respect op ons voorstel wordt gereageerd. Ik vind met na
me de toonzetting van een aantal betogen ver over de schreef. D66 zegt bijvoorbeeld
dat sommige partijen hier alleen maar zitten om te getuigen en geen realistische politiek
bedrijven. Dat soort kwalificaties staat mij niet aan. Wij bepalen zelf wel onze politieke
functie en ik houd er niet van als andere partijen zeggen dat wij alleen maar getuigen
en geen realistische politiek bedrijven. Dus dat zijn betogen die ik maar laat voor wat
ze zijn.
Dan meer inhoudelijk. Ik denk dat de vervelende constatering moet worden gedaan
dat de discussie over vrede en veiligheid vast zit. Dat blijkt ook weer tijdens deze
raadsvergadering. Sommige partijen zijn er voor om een aantal stappen te doen, desnoods
eenzijdig. Andere partijen denken te kunnen volstaan met te zeggen voor tweezijdige
ontwapening te zijn. "Wij hebben een prachtig verkiezingsprogramma en zo lang de an
dere partij niet ontwapent zullen wij het ook niet doen en gaan wij door met bewapenen"
aldus deze partijen. De discussie zit dus muur- en muurvast. Er is een duidelijk signaal
gegeven door de meerderheid van de Nederlandse bevolking. Dat signaal is helaas bij de
Tweede Kamerverkiezingen niet vertaald in een politieke meerderheid die specifiek tegen
nieuwe kernwapens is, maar daarmee dreigt het politieke debat dood te bloeden. Blijk
baar denken politieke partijen die mooie programma's hebben op dit punt nog steeds te
kunnen volstaan met te zeggen dat zij voor tweezijdige ontwapening zijn. Zo lang de an
deren het niet doen, doen wij het ook niet! Op die manier gaat de bewapeningswedloop
dus gewoon door. Het lijkt er op dat anderen zich er geen zorgen over maken dat daar
mee niet alleen het debat verstomd, maar ook een beweging wordt ontkracht en elan ont
snapt en doodbloedt. Alleen als je dat vindt kan er zo denigrerend worden gesproken
als er gedaan is over wat hier vanavond wordt voorgesteld. Want is het onbelangrijk dat
er in dit kader symbolische stappen worden gezet? Natuurlijk niet. Juist bij zo'n onder
werp zijn symbolische of voornamelijk symbolische stappen heel erg belangrijk. Als wij
proberen een bescheiden bijdrage te leveren en andere mensen beginnen te joelen en te
zeggen dat wij een grote broek aantrekken, dan vraag ik mij af of er dan niets meer mag
worden gedaan en of alles maar zo moet worden gelaten. Mag je dan alleen maar op het
moment dat er over kruisraketten wordt gesproken je vinger opsteken en is plotseling
alle actualiteit verdwenen als je je nu nog zorgen maakt over kernwapens? Als de ande
re fracties hadden gezegd: Akkoord, jullie doen een bescheiden stap, wij kunnen er
niet in volgen maar ook wij zullen initiatieven nemen en er voor zorgen dat het debat ook
in deze gemeenteraad doorgaat, dan hadden wij daar mee kunnen leven. Blijkbaar is nu
de sociale beweging minder sterk en is het hier niet meer noodzakelijk om ook in politiek
verband op lokaal niveau over een en ander te praten. Wordt er alleen maar op bewegin
gen gereageerd als het niet anders kan? Kwam de heer Heere in 1981 - toen nog gemeen
teraadslid - alleen maar met een motie over Leeuwarden omdat hij vond dat Leeuwarden
ook wat moest zeggen over het bewapeningsbeleid, omdat de beweging blijkbaar zo sterk
was? En kunnen wij nu de boeken weer sluiten en net doen alsof het politieke debat over
vredesbeleid afgesloten is? Wij vinden dat dat niet zo is en dat een dergelijke beschei
den bijdrage noodzakelijk is. Er zijn meer steden in Nederland die zich kernwapenvrij
hebben verklaard en veel meer steden in veel meer landen die dat hebben gedaan. Als
men de kaart van Europa bekijkt dan ziet men dat het noordelijk deel van Europa be
zaaid is met steden die zich kernwapenvrij hebben verklaard. Ook daarover kan denigre
rend worden gedaan, dat ontken ik niet, maar het zijn kleine stappen die mijns inziens
niet onbelangrijk zijn. In 1981 gaf de bijdrage van de CDA-fractie mij het idee dat men
op dat moment de toon te pakken had. Als ik nu het verhaal van de CDA-fractie hoor,
dan ben ik wat dat betreft teleurgesteld.
Een reactie op het verhaal van D66. D66 zegt dat de politieke actualiteit is verdwe
nen, omdat het kruisrakettenbesluit is genomen. Wij hebben het niet alleen over kruis
raketten, dat is duidelijk, wij hebben het over alle kernwapens. Het gaat om de vraag
of je hier in de gemeenteraad over vredespolitiek blijft praten. Vandaar ook dat ik in
17
mijn vraag aan wethouder Vlietstra een koppeling heb willen maken met een aantal ande
re zaken om duidelijk te maken dat het geen op zich staande beslissing is, maar dat een
en ander samenhangt met andere punten die ook in het collegeprogram zijn genoemd.
Overigens wil ik er wel op wijzen dat dit besluit wat onze fractie betreft ook in 1981 wel
genomen had mogen worden, omdat toen meer gemeenten een dergelijk besluit namen. Dat
is echter geen reden om nu maar geen besluit te nemen. Ik vind het ook niet onbelang
rijk te constateren dat een grote politieke partij als de PvdA uiteindelijk op dit stand
punt is uitgekomen. Het is flauw om dan te zeggen dat wij te laat zijn. Er kan ook wor
den gesteld dat de andere kant wel eens een wat inhoudelijker verhaal had mogen hou
den dan nu vanavond is gedaan. Tevens zouden wij ons met elkaar wel eens zorgen mo
gen maken over het feit dat wij over dit onderwerp zo diepgaand verdeeld zijn. Het is
een flauwe opmerking dat de PvdA realistischer moet zijn en niet mee moet gaan met
de linkse radicalen die alleen maar getuigen. Een dergelijke manier van antwoorden vind
ik ver beneden peil.
Het zal duidelijk zijn dat wij blij zijn met de beantwoording van mevrouw Vlietstra,
omdat het college onze motie wil uitvoeren. Wat dat betreft hopen wij dat de vredespoli
tiek van de kant van het college met het nodige elan gevoerd blijft worden.
Mevrouw De Haan-LaaglandIk kan kort zijn, want ik ben het voor een groot deel
eens met hetgeen de heer Duijvendak heeft gezegd met betrekking tot de reacties van
de andere fracties.
Het CDA en de VVD zijn het inhoudelijk niet eens met de motie als het gaat om een
zijdige/tweezijdige stappen. Wat dat betreft zijn er inderdaad politieke verschillen, die
ook landelijk heel sterk tot uiting komen. Ik wil daar op dit moment niet verder op in
gaan. Wel wil ik ingaan op de houding ten aanzien van het plaatsen van borden. Het
houdt niets in, wij hebben er toch niks over te zeggen, het is alleen maar een symboli
sche uitspraak, zo is er gezegd. De heer Koopmans sprak over een absolute nulliteit,
terwijl de heer Bijkersma zegt dat het niet meer is dan een vertolking van de gevoelens
van grote groepen van de bevolking. Mijns inziens is het feit dat zo'n uitspraak een mo
rele dieper liggende betekenis heeft op zichzelf wel een bescheiden stap, maar bepaald
niet onbetekenend. Ik vind op zich het vertolken van de gevoelens van de mensen over
dit soort onderwerpen al reden genoeg om een uitspraak te doen en in die zin vind ik
het jammer dat een en ander zo wordt gebagatelliseerd.
Ik verbaas mij er heel erg over dat er opeens een enorme interesse bestaat over wat
wij van de vliegbasis vinden. Ik heb in de motie nergens terug kunnen vinden dat wij
vinden dat de vliegbasis weg moet. Ik snap dan ook niet zo goed waarom die discussie
nu opeens moet worden gevoerd. Wij accepteren de vliegbasis als een gegeven, zoals de
heer Geerts dat indertijd ook heeft gezegd. Voor de rest vind ik het helemaal niet aan
de orde om daarover nu verder te discussiëren.
Wat verder het verhaal van PAL aangaat, dat is het verhaal van PAL. Wij hebben
ons eigen verhaal.
Ik vind het van het grootste belang dat de borden worden geplaatst. Het feit dat
het zien van deze borden een discussie zou kunnen opleveren of wakker kan houden
vind ik op zich reden genoeg om ze te plaatsen. Met een dergelijk effect zou ik al lang
blij zijn.
Verder ben ik ontevreden over de reactie van de heer Ybema dat de PvdA getuige
nispolitiek bedrijft. Mijns inziens is er op zichzelf bepaald niks slechts aan getuigenis
politiek. Politiek is immers voor het allergrootste deel het afleggen van een getuigenis.
Daar doet hij zelf ook aan mee.
De heer Koopmans: De heer Duijvendak is teleurgesteld en zelfs verontwaardigd over
de mening die met name het CDA hier vertolkt heeft. Als men de stukken gedurende de
laatste jaren leest, dan is de houding van het CDA redelijk consistent geweest ten op
zichte van dit punt. Wij hebben niets anders gedaan dan vanuit ons landelijk program
citeren wat onze mening ten aanzien van kernbewapening is. Dat is dacht ik erg duide
lijk. Verder hebben wij hier steeds naar voren gebracht dat wij vinden dat, als het om
dit soort uitspraken gaat, de gemeente daar het orgaan niet voor is. Als ik in dat ver
band het begrip nulliteiten gebruik, dan wil ik er op wijzen dat dat niets denigrerends
inhoudt. Het is een heel normale bestuursrechtelijke term.
Mevrouw De Haan heeft haar verbazing uitgesproken over het feit dat de vliegbasis
aan de orde komt. Mijns inziens is dat een logisch gevolg van de motie die voorligt. Als
mevrouw De Haan zegt dat de vliegbasis een gegeven is en dat wij daar vanavond niet
over hoeven te discussiëren, dan vind ik dat op zich prachtig, maar als zij tegelijkertijd
uitspreekt een kernwapenvrije gemeente te willen zijn, terwijl wij niet weten of er op de
ze basis überhaupt kernwapens zijn of een kernwapentaak is, dan vraag ik mij af hoe
een en ander zich verhoudt. (Mevrouw De Haan-Laagland: Wij hebben het over kernwa
pens en wij accepteren dat niet als een gegeven. Daar gaat het over en ik heb heel dui-