20
Een vraag die ons ook nog bezighoudt is de volgende. Het heeft ons verrast dat als
een donderslag bij heldere hemel plotseling aan het eind van de rit Camminghaburen als
nieuwe lokatie naar voren is gekomen. Wij vragen ons af of bij die afweging binnen het
college heeft meegespeeld dat dat in het bestemmingsplan Camminghaburen nog opbreng
sten te zien geeft voor de gemeente.
De heer Heidstra: Ik wil in nog mindere mate als de heer Pruiksma ingaan op datgene
wat is besproken in de Commissie voor Onderwijs. Onze fractie kan instemmen met het
voorstel om de bouw van de nieuwe Prof. Grewelschool te realiseren in Camminghaburen
en de bestaande Prof. Grewelschool aan de Ver distraat geschikt te maken voor het VSO
en de Arendstuinschool. Natuurlijk hadden wij ook liever gezien dat de nieuwe school zou
zijn gerealiseerd in de Van Loonstraat, maar wij weten dat dit door een aantal procedure
le hobbels, maar vooral dank zij de „snode" herwaarderingsplannen van de minister van
Onderwijs en Wetenschappen, niet door kan gaan. Het is immers deze minister die per 1
januari 1987 een bouwstop voor het speciaal onderwijs heeft gepland, zodat voor wat be
treft de bouwplannen in Leeuwarden alles in een stroomversnelling terecht is gekomen om
toch te realiseren wat in de bedoeling lag. Onze fractie spreekt dan ook haar waardering
uit voor het feit dat het het college toch nog is gelukt om op zeer korte termijn een lo
katie te vinden. Laten wij hopen dat de aanbestedingen van de bouw vóór januari aan
staande een feit zijn, zowel in Camminghaburen als in de Verdistraat. Wat betreft het
laatste hebben wij het volste vertrouwen in het college. Wanneer alles tot een goed einde
is gebracht zal hiermee het openbaar speciaal onderwijs in Leeuwarden binnen afzienbare
tijd uit de huisvestingsproblemen zijn en kunnen wij tegelijk, hoewel dat min of meer toe
vallig is, spreken van een goede en verantwoorde spreiding van het speciaal onderwijs
over Leeuwarden, iets dat voor de toekomst nog wel eens belangrijk zou kunnen zijn.
Mevrouw Vlietstra (weth.): Beide sprekers stellen terecht dat in de Commissie voor
Onderwijs uitvoerig is gediscussieerd over deze hele materie. Ik zal dan ook niet herha
len wat daar allemaal, onder andere door mijzelf, naar voren is gebracht. Ik heb tijdens
die vergadering ook uitvoerig uitgelegd hoe de gang van zaken is geweest vanaf de
raadsvergadering in juni, waarin besloten is om een krediet beschikbaar te stellen voor
de bouw van de Prof. Grewelschool, tot vorige week toen de commissievergadering plaats
vond. De heer Pruiksma licht daar nog één punt uit, namelijk het feit dat aanvankelijk
de leden van de Commissie voor Onderwijs een raadsbrief hebben gekregen waarin werd
gesproken over de Tylkedam als lokatiekeuzeterwijl inderdaad een dag later in de krant
te lezen viel dat het Camminghaburen zou worden. Ik heb mijns inziens uitvoerig uitge
legd in de commissievergadering dat de reden daarvoor gelegen was in het feit - de heer
Vos van de Prof. Grewelschool heeft dat ook bevestigd - dat na zeer uitvoerige discussies
binnen de school uiteindelijk toch is gekozen voor Camminghaburen en niet voor de Tyl
kedam, waar de school aanvankelijk wel voorkeur voor had. Een en ander is voor het
college aanleiding geweest om alsnog de keuze op Camminghaburen te laten vallen, omdat
wij, na de hele voorgeschiedenis waarbij gebleken is dat de Van Loonstraat niet op korte
termijn haalbaar is, vonden dat wij in ieder geval de school, de ouders en het team zo
veel mogelijk tegemoet zouden moeten komen en dus moesten instemmen met hun keuze
voor Camminghaburen. Overigens zit aan deze lokatie een aantal voordelen die dat nog
eens extra onderstrepen; ik kom daar zo meteen nog even op terug. Ik ben het met de
heer Pruiksma eens dat het niet correct is dat u dit uit de krant hebt moeten vernemen,
maar ook dat heb ik in de commissie al gezegd. In voorkomende gevallen zullen wij u tij
dig een herziene brief doen toekomen.
De heer Pruiksma is nogmaals ingegaan op de problemen die met name ontstaan op het
moment dat de kinderen op het station aankomen. Daar vindt dan een concentratie van
kinderen plaats die allemaal naar hun respectievelijke scholen moeten worden vervoerd. Ik
heb in de commissie al toegezegd dat wij op zeer korte termijn met de ouders van de
Prof. Grewelschool in overleg zullen treden om de problemen die wellicht zullen ontstaan
in kaart te brengen, terwijl voorts in overleg met de ouders zal worden bekeken in hoe
verre een en ander is op te lossen door de schooltijden enigszins aan te passen dan wel
in hoeverre moet worden gezocht naar een aangepaste vorm van vervoer in overleg met
de Fram of op een andere manier. Op dit moment kan ik daar geen concrete toezeggingen
over doen, maar nogmaals, wij zullen op korte termijn met de school proberen daarvoor
een oplossing te vinden.
De heer Pruiksma heeft ook nog gesproken over het transport naar de boerderij in
Engelum. Ook daarvan heb ik gezegd dat wij dat met de ouders zullen opnemen. Dat be
tekent niet dat wij daar 6.000,extra - dat was het bedrag dat daarmee gemoeid was -
op voorhand voor zullen uittrekken. Dat lijkt mij meer een kwestie van nader overleg.
Camminghaburen kwam als een donderslag bij heldere hemel, aldus de heer Pruiksma.
Ik denk dat dat niet helemaal waar is. In de afweging die destijds is gemaakt, waarbij wij
uiteindelijk zijn uitgekomen in de Van Loonstraat, was Camminghaburen een van de loka-
21
ties die op geschiktheid is bekeken. Deze lokatie kwam in zoverre als een verrassing,
ook voor ons, dat op dinsdagochtend, vlak voordat een en ander in de vergadering van
het college aan de orde kwam, de school alsnog besloot om te kiezen voor Camminghabu
ren. Dus in zoverre was er wel van een verrassing sprake, maar al veel eerder is Cam
minghaburen in alle afwegingen betrokken geweest.
Op de vraag of daarbij een rol gespeeld heeft dat dit opbrengsten te zien geeft voor
de gemeente kan ik simpel antwoorden: Nee. Het enige dat een rol heeft gespeeld is dat
de keuze van de school uiteindelijk naar Camminghaburen is uitgegaan.
De heer Heidstra kan instemmen met het voorscel. Het is niet de meest ideale oplos
sing, zegt hij. Dat hebben wij als college erkend. Onderwijskundig gezien en ook gezien
vanuit de veiligheid rond het vervoer van de kinderen was de Van Loonstraat de meest
ideale plek. Wij weten allemaal waarom deze lokatie op korte termijn niet te realiseren is.
Wij zijn in feite door de maatregelen van minister Deetman voor het blok gezet. Willen wij
nog enige kans op succes hebben, dan zullen wij er voor moeten zorgen dat de zaak vóór
1 januari 1987 is aanbesteed. Dat plaatst ons in de situatie dat wij niet meer voor de Van
Loonstraat kunnen kiezen. De heer Heidstra spreekt waardering uit voor de gang van za
ken. Ik neem die waardering graag in dank van hem aan. Hij spreekt vervolgens uit dat
hij hoopt dat een en ander tijdig gerealiseerd zal worden. Ik hoop dat ook. Wij hebben
geen garantie dat dat inderdaad lukt. Op dit moment worden alle zeilen bijgezet om er
voor te zorgen dat in ieder geval van onze kant de plannen cp tijd bij het ministerie
zijn. Op wat er daarna gebeurt hebben wij uiteraard geen directe invloed. Wij zullen na
tuurlijk wel zoveel mogelijk aandringen op spoed. Of dat er toe leidt dat wij op tijd alle
toestemmingen en verklaringen binnen hebben, zodat wij vóór 1 januari 1987 de zaak
kunnen aanbesteden, is op dit moment niet te overzien. Dat ontslaat ons echter niet van
de verantwoordelijkheid om er alles aan te doen wat in ons vermogen ligt.
De heer Heidstra noemt tenslotte nog het voordeel van een goede en verantwoorde
spreiding. Dat is mijns inziens een van de extra pluspunten van de vestiging van de
Prof. Grewelschool in Camminghaburen. Dat betekent namelijk dat er op termijn twee ves
tigingen van speciaal onderwijs in de stad zijn, één op de plaats waar nu de Prof. Gre
welschool is gevestigd, dus in het westen - deze school zou wellicht in de toekomst met
name het westen en het noordwesten van de provincie als voedingsgebied kunnen heb
ben -, en één in Camminghaburen, dus in het oosten van de stad. Laatstgenoemde school
zou wellicht ook iets in de sfeer van het speciaal onderwijs kunnen bieden naar de omlig
gende gemeenten. Die goede spreiding lijkt mij dan ook een punt waar wij blij mee mogen
zijn.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van
de toezegging van de wethouder.
Punt 28 (bijlage nr. 337).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Steunfonds Nederlandse Akademie voor Overheidsmana
gement
Mefrou Westra: By it saneamde „convenant-Deetman" is öfpraat dat de „Nederlandse
Akademie voor Overheidsmanagement" (NAVOM) ekstra middels krije soe. Dat waard need-
saaklik achte om dizze oplieding in unike posysje krije te litten. Ryk en provinsje hawwe
in rojaal gebaar makke en hawwe beide in miljoen tasein. De gemeente woe net efter bliu-
we en hat tasein dat ek hja yn de beurs taaste soe. In bedrach is doe noch net neamd.
No wurdt ynstimming frege foar it ütstel om 150.000,te skinken oan it füns foar de
NAVOM. 150.000,is, sjoen de finansjele posysje fan de gemeente, in hiel bedrach. Is
it needsaaklik dat de gemeente hjir safolle jild oan ütjout? Der sit al twa miljoen yn it
füns. Soe dat net genóch wêze? Tja, in begrutting is der noch net en ek gjin konkrete
aktiviteitelistAllinnich yn algemiene sin wurdt omskreaun foar hokker doel de middels üt
it füns brükt wurde sille, nammentlik „om de opleiding in staat te stellen de haar toebe
dachte unieke positie in het Nederlandse onderwijsbestel in te nemen". Fansels fine ek wy
it wichtich dat de NAVOM in goede start makket en yn de kommende jierren in kwalitatyf
goed ünderwiisoanbod üntwikkelje sil. Mar mei de reguliere middels moat men dochs in
aardich ein komme kinne en foar ekstra aktiviteiten leit der dus al twa miljoen. Dat de
gemeente belutsen wêze wol by de üntjouwing fan de oplieding, om't hja der oan hechtet
dat de NAVOM in goede oplieding wurdt, dêr kinne wy ynkomme. Mar moat it yntreejild
ta de stichting sa heech wêze? Wy fine dat wy mar kwealik arguminten oanrikt krije om in
ófweaging te meitsjen oft dizze ütjefte ferantwurde is. Ek it gemeentlik ünderwiisbelied,
lykas fêstlein yn bygelyks de Raamnota, jout us gjin oanknopingspunten om in beoardie-
ling te meitsjen. Allikemin steane der yn it kolleezjeprogram ütspraken oer de wize wêrop
de gemeente hbo-ynstellings stypje wol. De ütjefte foar it NAVOM-füns kin dus net
pleatst wurde yn it ramt fan foarnommen belied. It kolleezjeprogram neamt wol oare prio-