10
variabele kosten worden gedekt door de opbrengsten. Indertijd werden wij vriendelijk ver
zocht niet met cijfers achter de komma te werken. Wel, geen sterveling had kwartjes in de
mond gehad, in figuurlijke zin gesproken. Wij spraken toen over overschrijding van de be
groting met respectievelijk f. 229.000,f. 160.000,en f. 159.000, Let wel, geen ver
liezen maar afwijkingen van de begroting.
Uiteraard is ook dit punt besproken tijdens de vergadering van de Commissie voor Eco
nomische Zaken en Bedrijven d.d. 3 november. De commissieleden werden opgewekt, althans
daar kwam het wel op neer, niet een bekrompen standpunt in te nemen - en wie wil dat nu -
wanneer te zijner tijd onverhoopt mocht blijken dat de x-lijn f. 5.000,a f. 10.000,ver
lies zou opleveren. Nu heb ik steeds de realiteitswaarde van de begroting sterk in twijfel
getrokken. De gegevens tonen aan dat dit terecht was, het zat niet goed. De opmerking van
wethouder Miedema tijdens genoemde commissievergadering: Het zit niet goed, maar het komt
wel goed, mag dan ook als een politiek hoogstandje eerste klas worden aangemerkt. Ik heb
er geen moeite mee dit te zeggen, want zo iets maak je niet elke dag mee. Tegelijkertijd ver
klaarde de wethouder op onze vraag of de gegevens van de begroting 1987 nu wel zo reëel
zijn: het college meent van wel, maar het is allemaal zo verschrikkelijk ongewis. De tijd zal
het leren. Zo kom je natuurlijk wel een heel eind.
Tenslotte liegen de gegevens over 1984 en 1985 er niet om. Over 1984 gaan wij via een
begroting van f. 240.000,naar een verlies van f. 342.000, Over 1985 via een primitieve
begroting van f. 244.000,en een nadere begroting van f. 338.000,naar een verlies van
f. 365.000, Maar dat is waarschijnlijk weer te laag. Het zal wel op f. 390.000,uitkomen,
althans volgens mijn laatste gegevens. Dit betekent dat het verlies in 1986 en 1987 ongeveer
f. 100.000,zou moeten dalen, een hele opgave.
Niettemin, alle factoren in aanmerking nemende en ook rekening houdende met het feit
dat sluiten duurder lijkt dan openhouden, gaan wij onder één voorwaarde akkoord en wel de
volgende. Zodra aan de hand van gegevens, bijvoorbeeld kwartaalgegevensblijkt dat de
zaak door welke oorzaak dan ook uit de hand loopt, dienen het college, de betreffende com
missie en de raad daarvan in kennis te worden gesteld. Wij zien graag dat het college deze
belofte geeft.
De heer De Beer: Schaatsen is van oudsher een belangrijke tak van sport geweest en
dat geldt zeker voor Friesland. De VVD-fractie is dan ook van mening dat geprobeerd moet
worden de IJshal open te houden, ook al omdat in Leeuwarden de ijsbanen van de Koninklij
ke Vereniging De IJsclub en de IJsclub Tjallinga zijn verdwenen zonder dat er een natuur-
ijsbaan voor terug is gekomen. Veel geld is geïnvesteerd, zowel door de zojuist genoemde
twee ijsclubs als door de gemeente. Om de IJshal redelijk draaiende te houden zijn al veel
maatregelen genomen. Ik denk daarbij aan maatregelen in de personele sfeer en aan energie
besparende maatregelen. Bovendien wordt met behulp van de leden van Trias veel gedaan
- voor zover dat mogelijk is - aan verfraaiing van en onderhoud aan het gebouw. Nu de
situatie nog zo is dat sluiten meer kost dan openhouden, is mijn fractie van mening dat wij
de IJshal moeten laten functioneren. Wij zijn echter wel wat minder optimistisch over de
cijfers dan b. en w. Zodra de situatie verandert, dus negatief uitvalt, moeten de commissies
die daarvoor in aanmerking komen worden geïnformeerd en moet worden bekeken hoe wij
verder moeten.
De heer Ybema: De exploitatietekorten van de IJshal zijn al jaren een grote zorg van de
raad. Met het toenemen van de financiële problemen van onze gemeente wordt die vraag
steeds nadrukkelijker aan de raad voorgelegd. Al eerder, in 1984 - de heer Buurman wees
er ook al op -, heeft de raad uitgesproken dat het exploitatietekort niet meer zou mogen be
dragen dan f. 240.000, Het werkelijke tekort was, dat weten wij inmiddels allemaal, ruim
een ton meer. Ook in juni 1984 - dat feit wordt in de raadsbrief nog eens aangehaald - heeft
de raad besloten met behulp van energiebesparende maatregelen het tekort verder in de
hand te houden. In 1985 is dat niet gelukt. Het exploitatietekort steeg verder tot
f. 364.000, Maar ook in die tijd was de lijn van de raad dat de variabele kosten in principe
moesten worden gedekt door de opbrengsten.
Bij het opnieuw formuleren van het beleid ten aanzien van het voortbestaan van de IJshal
denk ik dat het een goede zaak zou zijn geweest als in de raadsbrief even teruggegrepen was
naar wat dat beleid de afgelopen jaren is geweest. In de raadsbrief wordt nu uitsluitend ge
sproken over de verwachtingen voor de toekomst, die vrijwel allemaal positief zijn. Ik denk
echter datals in de raad wordt gesproken over het opnieuw formuleren van het beleiddan
op zijn minst nodig is dat ook het beleid van de afgelopen jaren even kort wordt aangegeven.
Een korte analyse van de situatie vanaf 1980 was naar mijn mening op zijn plaats geweest.
Wat ik ook in de raadsbrief mis is dat er niets wordt gezegd over eventuele andere moge
lijkheden voor de IJshal. Stel dat de raad zou willen overwegen om de IJshal te sluiten, dan
zullen wij toch op zijn minst moeten weten wat de andere concrete aanwendingsmogelijkheden
zijn
Ik heb al gezegd, mijnheer de voorzitter, dat deze raadsbrief niets zegt over de cijfers
11
uit het verleden. Die cijfers liegen er niet om. De begrotingscijfers voor 1986 en 1987 zoals
die in het laatste beleidsplan IJshal zijn opgenomen, vertonen denk ik een wat optimistisch
beeld. Die kreet komt ook weer terug in de raadsbrief. Volgens mij gaat het hier om een van
de uitwerkingen van het element in het financieel beleid van het optimistisch ramenOver de
toekomst doen wij altijd zonnig en ieder jaar breekt ons dat weer op.
Conclusie van D66 over deze raadsbrief is dat wij die qua inhoud en qua presentatie vol
strekt onvoldoende vinden.
Ik kom dan nu bij de beoordeling van het beleidsvoorstel dat in de raadsbrief wordt ge
daan. De beleidslijn die wordt aangegeven, namelijk dat de opbrengsten de variabele kosten
zouden moeten overtreffen of op zijn minst gelijk zouden moeten zijn, kunnen wij in beginsel
onderschrijven. Alleen die voorwaarde is op rekeningsbasis nog nooit gehaald. De beoordeling
van de begrotingscijfers voor 1986 en 1987 zijn dan bij het beoordelen van het nu voorgestel
de beleid bepalend. Het is dan wel wat lastig om daar een goed beeld van te krijgen. Een belang
rijke factor in dit geheel is volgens ons het nieuwe Thialf-complex in Heerenveen dat binnenkort
opengaat. Het zou best kunnen zijn dat van dat nieuwe ijssportcomplex een geweldige zuig
kracht uitgaat, wat dan tot een geweldig negatief effect zou kunnen leiden voor onze IJshal.
De concrete bezuinigingsmaatregelen die nog mogelijk zouden zijn om het exploitatietekort
van de IJshal verder te drukken zijn, zoals blijkt uit de raadsbrief, volledig benut. Ook op
dat punt zit er dus totaal geen rek meer in.
Op grond van deze argumenten komt D66 tot de conclusie dat het beleid zoals dat nu
wordt voorgesteld met als formulering "de exploitatie van de IJshal te continueren met als
uitgangspunt dat de variabele kosten worden gedekt door de opbrengsten" te vrijblijvend is.
Wij vinden dat daar een te grote marge in zit. Die beleidslijn - wij hebben dat de afgelopen
jaren gezien - biedt zoveel ruimte dat wij per saldo toch weer met grote tekorten worden
geconfronteerd, terwijl er geen feitelijke afweging plaatsvindt. De D66-fractie zou op dit
punt graag een andere uitspraak aan de raad willen ontlokken en daarvoor heb ik een motie
gemaakt die als volgt luidt.
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op
10 november 1986, behandelende de raadsbrief over de exploitatie
van de IJshal, overwegende:
- dat de financiële situatie van de gemeente nog steeds moeilijker
wordt
- dat de effecten van de bij de IJshal doorgevoerde bezuinigigings-
maatregelen nog onduidelijk zijn;
- dat op grond van de rekeningscijfers de opbrengsten de laatste
jaren steeds lager zijn geweest dan de variabele kosten
- dat het nieuwe Thialf-complex de komende jaren van beslissende
invloed kan zijn op de exploitatie van de IJshal,
besluit
1. de exploitatie van de IJshal vooralsnog te continueren op voor
waarde dat de variabele kosten volledig worden gedekt door de
opbrengsten
2. het voorbestaan van de IJshal over twee jaar opnieuw te beoor
delen
en gaat over tot de orde van de dag."
De motie is mede-ondertekend door de heer Van der Wal van PAL.
De heer Miedema (weth.): De heer Boelens heeft de rij van sprekers geopend en is
teruggegaan naar de besluitvorming die in 1984 is gepleegd. Hij vindt het moment waarop
het college thans bij de raad komt een goed moment.
In 1984 zijn investeringen gedaan in het kader van de energiebesparing. Een heel dui
delijke restrictie was daarbij dat de kosten daarvan in vier jaar zouden worden afgeschre
ven. Wij hebben toen tevens met elkaar afgesproken dat de IJshal nog minstens vier jaar
open zou blijven. Dat zo zijnde en gezien het functioneren van de IJshal en het grote belang
dat Trias heeft bij een tijdige mededeling over een koerswending, is het college van mening
dat wij op dit moment niet kunnen zeggen dat het nu het laatste seizoen is dat de hal open is.
De ijsclubs verzetten vrij veel werk en die zullen op een redelijke termijn van een koers
wijziging op de hoogte moeten worden gesteld. Dat is de overweging dat wij op dit moment
- overigens is dat vorig jaar ook al in de commissies afgesproken - met een beleidsplan
komen hoe wij tegen de situatie met betrekking tot de IJshal aan zien.
De heer Boelens is vervolgens ingegaan op de afschrijving. Hij haalt daarbij twee zaken
door elkaar - ik neem hem dat niet kwalijk -, namelijk de Evenementenhal en de IJshal. Hij
spreekt over een afschrijvingstermijn voor de gebouwen van 40 jaar. Die termijn slaat op de