88 9?" Ten aanzien van het CDA vond ik het opvallend dat men aan de ene kant wees op de moeilijke financiële situatie, maar vervolgens met een concreet voorstel kwam om ten aanzien van de Stichting Maatschappelijke Dienstverlening, buiten alle voorstellen voor nieuw beleid om, toch f. 50.000,extra vrij te maken. Ik vind dat dat niet met elkaar strookt en afbreuk doet aan de terechte woorden die worden gewijd aan de moeilijke financiële situatie. (De heer Koopmans: Ons voorstel is om dat punt bij de herwaardering te betrekken. De dekking zal dus ergens gevonden moeten worden.) (Mevrouw De Haan-Laagland: Dus een voorstel voor nieuw beleid.) (De heer Koopmans: Ja.) U noemt het iets anders, maar volgens mij komt het toch ongeveer op hetzelfde neer. (De heer Koopmans: Dat is een teken dat u het niet heeft begrepen.) Ik geef er de uitleg aan dat er geen sprake is van iets wat in de plaats komt van ander nieuw beleid. Er zal geld vrijgemaakt moeten worden ten koste van bestaand beleid en dat gebeurt in wezen ook met de andere voorstellen voor nieuw beleid die wij straks zul len bespreken. De VVD-fractie heeft nogal veel woorden gewijd aan de financiële situatie, het optimis tisch ramen en de reserves. Op zich zijn dat geluiden die gehoord moeten worden, want de financiële situatie is daar naar. Alleen de manier waarop deze zaak wordt gebracht en ook vaak het gebrek aan nuance daarin maakt het verhaal niet altijd even sterk en geloofwaardig. Met name het toespitsen van deze zaak op een punt als de naamgeving voor de reserves spreekt dan boekdelen. Hoe je die post noemt is niet belangrijk, waar het om gaat is dat je die reserves hebt. Ook voor de VVD geldt eigenlijk hetzelfde als dat wat ik zojuist in de rich ting van het CDA heb opgemerkt. Ook de heer Duijvendak heeft daar al op gewezen. Het vervolgens pleiten voor het besteden van de investeringsimpuls voor de politiepost is name lijk in tegenspraak met uitspraken die men eerder heeft gedaan. Wat de PAL-fractie betreft heb ik waardering voor de manier waarop zij dit jaar de alge mene beschouwingen heeft gebracht. De presentatie zou echter wel wat kunnen worden ver beterd. Bovendien leidt een onconventionele presentatie nog wel eens wat af van de inhoud en dat was wat mij persoonlijk betreft wel wat het geval. Geconstateerd moet echter worden dat PAL maar ook de VVD fracties zijn met gevoel voor theater. Ik heb vaak het gevoel dat er bij de heer Bijkersma sprake is van een one-man-showIk zeg er onmiddellijk bij dat ik dat niet graag zou willen missen, want die kleur zie ik graag in deze discussies. Tot slot een opmerking over de inbreng van de heer Buurman. Zijn inbreng was gedegen. De opmerkingen van zijn kant over het financieel beleid lagen helemaal in de lijn van wat wij in eerste instantie naar voren hebben gebracht. Dus wat dat betreft waardering voor de in breng van de heer Buurman. De Voorzitter: Ik wil nog op één punt helderheid en wel over motie VII. De heer Ybema heeft gezegd dat hij voorstelt om het woord "nu" uit de motie te verwijderen. Ik weet echter niet aan wie hij dat voorstelt. (De heer Ybema: U mag dat woord doorstrepen, mijnheer de voorzitter.) Dat is dan bij dezen gebeurd. De Voorzitter schorst, om 16.15 uur, de vergadering voor de pauze. De Voorzitter heropent, om 16.45 uur, de vergadering. De Voorzitter: Ik heropen de vergadering. Het woord is aan de heer Buurman. De heer Buurman: Ik wil zo "bescheiden" zijn om met de lof te beginnen die mij door di verse fracties is toegezwaaid. Wat dat betreft heb ik een heel goed "gehoor". Ik ben ook "erg blij" met de reactie van PAL. U begrijpt, mijnheer de voorzitter, dat ik daar bijzonder verheugd over ben. Als dat niet het geval zou zijn geweest, dan zou ik toch nodig in retraite moeten gaan om mij eens een keer her te bezinnen. Ik wil beginnen met de aardgasbaten waarover ik een opmerking heb gemaakt. Wethouder Miedema is daarop ingegaan en de heer Koopmans heeft zich aangesloten bij het onderschrij ven van de enorme terugval in de aardgasbaten. De heer Miedema zegt dat de aardgasbaten in 1986 echt op een dieptepunt zijn aangeland, maar dat deze baten waarschijnlijk weer om hoog zullen gaan. Oké, maar ik heb gedoeld op het feit dat het opmerkelijk is dat deze zaak niet in het beleidsplan 1987 voorkomt en dat het weglaten van deze factor als een mankement moet worden aangemerkt. De terugval is nu juist de belangrijkste oorzaak dat het rijk ver strekkende maatregelen moest nemen voor 1987 die uiteraard doorwerken naar onze gemeente. Een volgend punt waarover ik iets wil zeggen is het feit dat vrouwen bij voldoende ge schiktheid voorrang in die functies genieten waarin zij zijn ondervertegenwoordigd. Om het even concreet te zeggen: vrouw cijfer 6, man cijfer 8. Hup, de vrouw benoemen. Ik heb daar bij gewezen op artikel 3 van de Grondwet waarin staat dat alle Nederlanders op gelijke voet in openbare dienst benoembaar zijn. Wethouder Kessler heeft gezegd dat hij niet over juridi sche kennis beschikt. Ja, dat zal wel waar wezen, maar ik ben zelf ook geen specialist op dit gebied. Ik wil er wel op wijzen dat ik vrijdagmiddag jl. mijn algemene beschouwingen heb in 89 geleverd. Ik vraag mij dan af wat voor zin dat heeft als het college daar niet serieus op in gaat. Er is toch altijd nog een afdeling KAZ die geraadpleegd had kunnen worden? De voor zitter is de wethouder wat te hulp geschoten en heeft gezegd dat genoemd artikel nog niet wil zeggen dat de betrokkene ook benoemd wordt; dat is een waarheid als een koe. Als dat de bedoeling was geweest dan had het artikel ook wel geschrapt kunnen worden. Ik heb het overigens over artikel 3 van de Grondwet, mijnheer de voorzitter. (De Voorzitter: Dat be grijp ik helemaal, want ik zat daar juist met de wethouder over te praten. Wij zijn er helemaal vol van.) Ik vind dat prachtig, als dat straks ook maar uit de beantwoording blijkt. Uiter aard is de benoeming afhankelijk van de geschiktheid. Wat in artikel 3 van de Grondwet wordt gezegd is dat er in principe geen onderscheid mag worden gemaakt. Wat in Leeuwarden als gedragslijn wordt gehanteerd druist mijns in- zins in tegen de letter en de geest van dit artikel in de Grondwet. Wie het anders ziet mag het zeggen. Dat doen de PvdA en PAL dan ook, maar niet in confrontatie met wat ik naar vo ren heb gebracht. Men wijst alleen op de achterstandssituatie van vrouwen. Wat het werkgelegenheidsbeleid betreft het volgende. Ik heb erop gewezen dat het Minis terie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het aantal echte werklozen nog niet weet te be rekenen op 100.000 nauwkeurig. Ik zou er een aanvullende vraag aan toe willen voegen. Treedt bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in Leeuwarden ook bestandsvervuiling op? Weet het college/de wethouder ook antwoord te geven op de vraag hoeveel e'chte werklozen hier inge schreven staan? Wat de korting op de grondprijs van industrieterreinen betreft het volgende. Wethouder Miedema is positief ingegaan op hetgeen door mijn fractie hierover naar voren is gebracht. Het college komt binnenkort op deze zaak terug en wij wachten dat af. Het zwakke punt is dat het opstapelen van verliezen niet eerder is doorzien respectievelijk is stilgehouden. Ik heb ook een opmerking gemaakt over de nutsbedrijven. Wethouder Miedema begint zijn antwoord vaak met de opmerking: ik ben het volstrekt met de spreker eens. Soms denk ik dat je daar mee op moet passen, maar goed. Hij stemt in met de gedachte van mijn fractie dat geleidelijke afroming van inkomsten ten behoeve van de reserves aanbeveling verdient. Het college verschuift dit probleem evenwel naar de toekomst, na 1992. De wethouder heeft ge sproken over de periode na dit beleidsplan. Conclusie: het idee is goed, maar laat Roosje maar zorgen. Ik heb ook een opmerking gemaakt over het zelfbeheer, het bekostigingsstelsel basison derwijs. Ik vraag mij af of wethouder Vlietstra wel begrepen heeft dat mijn bijdrage beleids ondersteunend was en ook als zodanig was bedoeld. Wat de eventuele nadelen betreft heb ik gezegd dat de voordelen niet moeten ondersneeuwen. Het voortgezet onderwijs. In zijn algemeenheid is mijn fractie natuurlijk voor efficiënt schoolbeheermaar dat hoeft nog niet te betekenen dat schaalvergroting ten koste moet gaan van schoolkeuze-mogelijkheden. Leeuwarden heeft belang bij diversiteit in het onderwijs en er moet ruimte blijven voor identiteitsgebonden onderwijs. De reactie van wethouder Kessler over het gemeentelijk jeugdwerkplan. Ik ben niet zo ondersteboven van die reactie. Hij wijst erop dat hier geen sprake is van volwaardige banen. Dat zal waar wezen, maar daar gaat het hier niet om. Het gaat erom dat betrokkenen gebruik dienen te maken van voorliggende mogelijkheden. Indien dat niet gebeurt, dan ligt sanctie voor de hand. Dat is ook het geval bij andere voorzieningen. Ik vind dus dat de wethouder de kwintessens ontwijkt. Ik wil ook nog een opmerking maken over de financiën, de korting op de uitkering uit het Gemeentefonds. Wij onderschrijven allemaal het feit dat er onevenredig is gekort in ver houding tot het rijk. Maar dat de gemeente door de kortingen moet bezuinigen hoeft op zich nog geen alibi te zijn voor de slechte financiële positie van de gemeente. Het woord "optimistisch ramen" durf ik bijna niet meer te gebruiken, mijnheer de voor zitter. De wethouder zegt: inschattingen positief laten doorslaan. Feit blijft dat de gemeente heel voorzichtig moet zijn wanneer het gaat om bedragen als bijvoorbeeld bij de fiscalisering van parkeerboetes. De brief van gedeputeerde staten liegt er niet om. Dit zijn bedragen die de gemeente wel of niet krijgt. Dat is nog wat anders dan dat de raming iets aan de hoge kant is wat de inkomsten betreft of aan de lage kant is wat de uitgaven aangaat. Wat de reserves betreft het volgende. Ik blijf van mening dat, mede gezien de uitkomst van de laatste jaarrekening, een reserve van drie miljoen veel te laag is. De Commissie voor de Financiën zal zich daar nog wel over buigen. Ik heb ook groot bezwaar tegen de aanvul ling van de post onderuitputting van twee miljoen bij de begroting 1987 en van drie miljoen over de gehele beleidsperiode. Wat de moties betreft wil ik eerst mijn eigen motie verdedigen, mijnheer de voorzitter. Ik heb wat onderzoek gedaan naar de kosten van het onderhoud van parken en plantsoenen. Voor de nieuwsgierigen: functie 560, takken van dienst. Uit de cijfers blijkt dat de kosten van onderhoud f. 2,75 per m2 bedragen. Als wij het totaal van 7 miljoen delen op de 255 ha, dan kom ik op f. 2,75 per m2. Als je bij de gemeente informeert dan krijg je daar geen duide lijk antwoord op. Ik heb het dus zelf maar becijferd. De landelijke norm voor gemeenten als

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1986 | | pagina 45