ï-oo $3 is dat uit een onderzoek van Twijnstra/Gudde is gebleken dat, mede gelet op de bodemge steldheid, onze onderhoudsprijs per m2 groen relatief gunstig is in vergelijking tot die in vergelijkbare gemeenten. Niettemin lijkt het mij een goede zaak om de suggestie van de heer Buurman mee te nemen in het voorstel waarover ik gisteravond al heb gesproken en dat in het voorjaar aan de raad zal worden voorgelegd. Het college blijft dus de motie van de heer Buurman ontraden. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over de moties. Mevrouw De Haan-Laagland: Ik wil graag een stemverklaring afleggen over motie V van PAL over Zuid-Afrika. De motie is naar ons idee een aanscherping van het bestaande ook door ons onderschreven beleid. Ik heb dat overigen in eerste instantie ook al gezegd. In de motie wordt gevraagd om opnieuw een brief te schrijven naar die bedrijven die voorkomen op de landelijke lijst, die grote economische belangen hebben in Zuid-Afrika en die niet po sitief hebben gereageerd op ons eerder schrijven waarin wij het standpunt van de gemeente ten aanzien van Zuid-Afrika hebben verwoord. Er moet een brief naar die bedrijven waar uit moet blijken dat niet reageren consequenties kan hebben. Wij hebben in onze fractie uit voerig nagedacht over wat de eventuele sancties naar die bedrijven zouden kunnen zijnmaar vinden eigenlijk dat wij meer tijd nodig hebben om daarover grondig na te denken. Als PAL in de laatste zin van het besluit van de motie het woord "zal" zou willen veranderen in "kan" dan biedt onzes inziens de motie die ruimte. Als wij de ruimte hebben om daarover na te denken dan kunnen wij daarbij bovendien betrekken het feit dat er op landelijk ni veau een sanctiebeleid wordt ontwikkeld. Er kan dan naar ons idee een toch wat evenwich tiger beleid ten aanzien van deze zaak komen. Wanneer de PAL-fractie bereid is het woord "zal" te veranderen in "kan" dan zal de grootste meerderheid van mijn fractie met de motie akkoord gaan. De heer Duijvendak: De PAL-fractie is daar toe bereid. De bedoeling van de motie is juist om de zaak breed te formuleren om daarna met elkaar te bekijken wat wij kunnen doen. Wat ons betreft wordt "zal" door "kan" veranderd. De Voorzitter: De tekst onder het tweede gedachtenstreepje van het besluit van motie V luidt thans als volgt: "-bedrijven waarmee de gemeente een relatie onderhoudt en waar aan ge vraagd is alle economische banden met Zuid-Afrika te verbreken omdat zij (grote) economi sche belangen in Zuid-Afrika hebben, te informeren dat handhaving van deze betrekkingen in de toekomst consequenties kan hebben voor hun relatie met de gemeente." Namens het college kan ik meedelen dat de helft van het aantal collegeleden met de motie kan leven en de andere helft niet omdat die desalniettemin het tweede element onhanteerbaar vindt aangezien op grond van deze redactie nog alle bedrijven moeten worden aangeschreven. Wij zien wel hoe dat bij de stemming uitpakt. De heer Ybema: Ik wil graag een stemverklaring afleggen over motie VII. De motie is be doeld als ondersteuning van het beleid van b. en w. in de richting van provinciale staten. Ik heb uit de discussie ook in tweede termijn begrepen dat de andere fracties de motie over bodig vinden. Dat kan betekenen dat, als de motie in stemming wordt gebracht, daar een ver keerde signaalwerking vanuit gaat. Ik zou dan ook graag de eenheid in de raad op dit belang rijke punt willen handhaven en dat willen bevorderen door de motie in te trekken. De Voorzitter: Motie VII wordt ingetrokken. De heer Koopmans: Ik wil graag iets zeggen over motie IX. In tweede termijn heb ik daar niet over gesproken. Gelet op het antwoord van de wethouder gaat mijn fractie akkoord met het standpunt van het college van b. en w. Mevrouw Jongedijk-WellesIk wil ook een stemverklaring afleggen over motie IX. Een kleine minderheid van onze fractie stemt in met deze motie. Daarbij heeft een aantal over wegingen een rol gespeeld. Hoe je het ook wendt of keert, alles wat aan bestrijdingsmiddelen wordt gebruikt komt terug in ons drinkwater en voedsel en de lucht die wij inademen. Ik heb het dan nog niet eens over de consequenties van de produktie van deze middelen voor het milieu. Bij andere vervuilingen die in het verre verleden hebben plaatsgevonden was het min der bekend wat de consequenties voor de toekomst waren, maar de gevolgen van het gebruik van genoemde middelen zijn nu wel bekend en bovendien zijn er goede alternatieven. Een al ternatief is bijvoorbeeld het op mechanische wijze verwijderen van onkruid en mossen in straatgoten. Zo is er nog wel een aantal alternatieven waar ik nu niet verder op in zal gaan. Alternatieven kosten natuurlijk geld, zeker in het begin, maar wij zijn ervan overtuigd dat op de lange duur de baten van het afschaffen van chemische bestrijdingsmiddelen opwegen te gen de meerkosten die wij nu moeten maken. Dat is onze motivatie om voor deze motie te stem men. 101 De heer Bijkersma: Met betrekking tot de motie van de heer Ybema over de opgave van betaalde en onbetaalde functies en nevenfuncties had ik onze mening voorbehouden, omdat ik graag eerst uitleg wilde hebben hoe hij deze zaak wil realiseren. De heer Ybema ziet rea lisatie in het kader van vrijwilligheid. Wij denken dat dat dan geen concrete waarde heeft. Er zal ook sprake zijn van een, zij het misschien kleine, belasting van het ambtelijk apparaat. Wij zullen op grond daarvan tegen de motie stemmen. Dan motie IX van de heer Buurman. Wij vinden de motie zeer sympathiek. Bovendien sluit die erg aan bij datgene wat hierover in ons partijprogramma staat. Wij zijn natuurlijk wel realistisch. Uit het antwoord van de wethouder heb ik begrepen dat er over deze zaak een notitie komt. De motie loopt daar op vooruit. Wij vinden dat wij die ad hoe beslissing niet moeten nemen en zullen de motie dan ook niet steunen. De Voorzitter: Ik constateer dat alle stemverklaringen zijn gegeven. Thans is de stem ming over de moties aan de orde. Ik breng in stemming motie I van mevrouw De Haan en de heer E.M. Janssen met betrek king tot nieuw beleid. Motie I van mevrouw De Haan-Laagland en de heer E.M. Janssen wordt aangenomen met algemene stemmen. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over motie II van mevrouw De Haan en de heer E.M. Jansen met betrekking tot de helihaven. Motie II van mevrouw De Haan-Laagland en de heer E.M. Janssen wordt aangenomen met 21 tegen 14 stemmen. (Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van CDA, VVD en GPV/RPF/SGP De heer Bijkersma: De VVD-fractie stelt het op prijs dat bij de kennisgeving aan de Staten-Generaal wordt vermeld dat zij tegen de motie heeft gestemd. De Voorzitter: In de motie staat toch niet dat de Staten-Generaal van de uitspraak op de hoogte moet worden gesteld? De heer Bijkersma: Nee, maar deze zaak gaat natuurlijk hogerop. De Voorzitter: Wij zullen kijken hoe wij aan dit verlangen gestalte kunnen geven, maar als er in de motie niet over de Staten-Generaal wordt gesproken kan kunnen wij dat er moei lijk zelf bij schrijven. Aan de orde is de stemming over motie III van de heren Bijkersma en De Beer met be trekking tot het aanwenden van de investeringsimpuls voor de uitbouw van de politiepost in de binnenstad. Motie III van de heren Bijkersma en De Beer wordt verworpen met 29 tegen 6 stemmen. (Voor de motie stemmen de leden van de fracties van VVD en GPV/RPF/SGP De Voorzitter: Motie IV is ingetrokken. Aan de orde is de stemming over motie V van de heren Duijvendak en Van der Wal met betrekking tot Zuid-Afrika. De motie is in twee fasen gewijzigd. Motie V van de heren Duijvendak en Van der Wal wordt aangenomen met 21 tegen 14 stem men. (Tegen de motie stemmen de leden van de fracties van CDA, VVD en GPV/RPF/SGP De heer Buurman: In motie V worden regering en Staten-Generaal wel degelijk genoemd. Ik stel het wel op prijs dat in die richting het standpunt van mijn fractie kenbaar wordt ge maakt. De Voorzitter: Dat kan dan tegelijk met het kenbaar maken van het standpunt van de VVD-fractie De moties VI en VII zijn ingetrokken. Aan de orde is de stemming over motie VIII van de heren Ybema en Van der Wal over een opgave van betaalde en onbetaalde functies en nevenfuncties. Motie VIII van de heren Ybema en Van der Wal wordt aangenomen met 29 tegen 6 stemmen. (Tegen de motie stemmen van de CDA-fractie de heer Pruiksma alsmede de leden van de VVD- fractie.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1986 | | pagina 51