L2S" 121 in 1987 meer geld uit te trekken, maar gelet op de algehele financiële problematiek stellen wij voor wat dit betreft het uitgavenpatroon van 1986 door te voeren in 1987 en dan is het mogelijk die 150.000,te bezuinigen. Deze motie van PAL wijzen wij dan ook af. Uit het betoog van de heer Bijkersma haal ik het punt over de kantines, dat in mijn portefeuille zit. Ik ben het met hem eens dat er andere functies voor het kantineperso- neel gevonden zullen moeten worden, hetgeen wel bij meer herwaarderingsvoorstellen het geval is. Indien bepaalde activiteiten, die nu door gemeentelijk personeel worden uitge voerd, worden afgestoten, zullen de betreffende personeelsleden op de herplaatsingslijst moeten worden gezet en zal er een andere plaats voor hen moeten worden gevonden. (De heer Bijkersma: Is dat te realiseren?) Dat zullen wij moeten afwachten. Het standpunt is dat deze mensen op een herplaatsingslijst worden gezet en dat er een nieuwe plaats voor hen moet worden gevonden. Wellicht is het ook mogelijk in samenwerking met zo'n cate ringbedrijf nadere afspraken te maken; dat is een punt van nader overleg en studie. De heer Buurman heeft moeite met de post eenmalige verlaging van de storting in het Fonds Stadsvernieuwing. Ik kan mij dat voorstellen. Gelet op de financiële problematiek hebben wij echter moeten besluiten een dergelijk voorstel te doen. Ik heb u gisteren al aangekondigd dat wij, gezien het incidentele tekort dat wij in 1987 en volgende jaren op onze nek krijgen, waarschijnlijk nog wel meer van dit soort maatregelen zullen moeten ne men. De heer Van der Wal stelt een verlaging van de representatiekosten voor. Hij heeft terecht geconstateerd dat deze kosten aanzienlijk werden overschreden. Het college heeft gemeend dat er in ieder geval een zekere verhoging moet plaatsvinden, met daaraan ge koppeld het instellen van een budgetbewaker. Wij denken dat in die zin de hiervoor ge noemde 25.000,ook nodig is. Ik denk dat ik hiermee antwoord heb gegeven op de gestelde vragen. (De heer Bij kersma: U bent nog niet ingegaan op hetgeen ik met betrekking tot punt 6, tarieven be lastingen en retributies, naar voren heb gebracht.) Ik neem er kennis van dat u tegen stander bent van hetgeen wordt voorgesteld. (De heer Bijkersma: Ik wil graag weten hoe het college over een en ander denkt.) Gelet op de financiële problematiek van de ge meente vonden wij het acceptabel van deze verlaging af te zien. Dat is dus de afweging geweest. (De heer Bijkersma: In de Commissie voor de Financiën hebt u gezegd dat een en ander wordt voorgesteld omdat het maar om een geringe verlaging gaat. Dat is ergens nog te verdedigen. Als het echter om een principieel uitgangspunt gaat, dat niet wordt doorgevoerd, dan is dat heel wat anders.) Ik denk dat het in die zin niet om een echt principieel uitgangspunt gaat. Het gaat maar om een klein bedrag. Als de prijzen zich om welke reden dan ook zodanig ontwikkelen dat het om vele tientallen procenten gaat, dan zullen ook de belastingtarieven moeten worden aangepast. De heer Heere (weth.): Mijnheer de voorzitter, de heer Janssen heeft om argumenten gevraagd op grond waarvan uw algemene stellingname over de onuitstelbaarheid kan wor den geadstrueerd. Wat betreft het gastouderproject, dat door u ook onuitstelbaar is genoemd, hebben wij de volgende argumenten. Het huidige project draait op een WVM-kracht met enkele vrijwilligers. Het opschorten van de bijdrage ten behoeve van middelen voor nieuw beleid betekent dat per 1 januari 1987 geen nieuwe coördinator in het kader van de WVM kan worden aangesteld. Daarmee komt de uitvoering van het project, dat dan voor onbepaalde tijd helemaal door vrijwilligers moet worden gerund, in het gedrang, waardoor de conti nuïteit wordt verstoord. Verder is het zo dat wij in het overleg met het Gewestelijk Ar beidsbureau en het gastouderproject nadrukkelijk te kennen hebben gegeven dat wat ons betreft de aanstelling per 1 januari 1987 kan plaatsvinden. Daarmee zijn verwachtingen gewekt. Deze beide argumenten geven mijns inziens voldoende reden om staande te hou den dat dit project niet uitgesteld moet worden. Met betrekking tot het Kinderdagverblijf is het zo dat met de personeelsleden, die in vaste dienst zijn, overeenkomsten zijn aangegaan die naar de mening van het college niet meer kunnen worden teruggedraaid. Over de basisvoorziening drugshulpverlening/-preventie het volgende. Op dit moment is het nog zo dat het personeel formeel in dienst is bij het CAD. Het personeel heeft in middels ontslag ingediend, in de verwachting dat het per 1 januari 1987 in dienst zou kunnen treden bij de nieuwe Stichting basisvoorziening, waarvan de statuten zeer snel zijn gepasseerd. Het bestuur van de nieuwe stichting heeft mij zeer nadrukkelijk te ken nen gegeven dat, indien het bedrag van 50.000,dat voor nieuw beleid is geraamd - oorspronkelijk was dat een bedrag van 75.000,— - er niet komt, de grens van aan vaardbaarheid is overschreden en men er niets voor voelt om op die onzekere basis ver plichtingen aan te gaan, zowel naar hun personeel als naar de zorg voor de drugsver slaafden toe, die een zekere continuïteit vraagt. Daar komt nog bij dat van de perso neelskosten, die voor een deel uit de rijksbijdrageregeling worden gedekt, een deel voor onze rekening komt. Daar zal dus geld voor moeten zijn. Bovendien is het zo dat er een relatie is tussen personeelskosten en apparaatskosten. Met andere woorden, indien er om wat voor reden dan ook geen personeel in dienst kan worden genomen dan dalen de ap paraatskosten navenant. Het is dan dus een activiteit die op zichzelf minder geld gaat opleveren. Alles bijeengenomen denk ik dat het voldoende duidelijk moet zijn dat ook dit project niet uitstelbaar is. Mevrouw Vlietstra (weth.): Er zijn geen opmerkingen gemaakt over herwaarderings voorstellen die op mijn portefeuille betrekking hebben. Wat dat betreft ben ik dus snel klaar Over de gevolgen van het opschorten van de in de motie van de PvdA genoemde punten het volgende. Over de lichtinstallatie trainingsveld S.C. Leeuwarden is ongeveer een maand geleden een besluit genomen. Een en ander is intussen ook hersteld. Dit is mijns inziens dan ook een punt dat niet uitstelbaar is. Het is de bedoeling dat met de onderwijsvoorrangsactiviteiten een start wordt gemaakt na de zomervakantie, dus in het schooljaar 1987/1988. Dat punt is dus uitstelbaar, er van uitgaande dat daarover in april wel besluitvorming plaatsvindt. Fonds onderwijs en emancipatie. Over de concept-nota heeft intussen de inspraak plaatsgevonden. De reacties worden verwerkt. Het ziet er naar uit dat deze nota in maart in de gemeenteraad kan worden behandeld. De eerste maatregelen die uitgevoerd moeten worden vallen voor het grootste deel ook pas in het schooljaar 1987/1988. Dat geldt niet voor een studiedag voor leerkrachten in het basisonderwijs. Mijns inziens is het mogelijk de kosten die daarmee samenhangen voorlopig te dekken uit het Fonds Onderwijsontwik keling en dat betekent dat deze activiteit uitstelbaar is. De Voorzitter: Wethouder Timmermans antwoordt morgenavond. Misschien kan hij even de elementen uit de motie die op zijn portefeuille betrekking hebben noemen. Dan bent u kompleet geïnformeerd voor de voortgezette behandeling van morgen. De heer Timmermans (weth.): Opschorting van de parkeervoorziening in verband met Aegon houdt niet in dat de werkzaamheden 3 maanden zullen worden geblokkeerd. De middelen die daarvoor beschikbaar zijn maken het mogelijk dat niet onmiddellijk 151.000,behoeft te worden uitgegeven. Verkeersluwe gebieden. Opschorting van dit punt houdt gewoon in dat het aanbren gen van deze gebieden iets later plaatsvindt. De Voorzitter: Dat was het dan. Morgenavond gaat wethouder Timmermans door met zijn beantwoording. De Voorzitter schorst, om 23.35 uur, de vergadering tot woensdag, 17 december 1986, 19.30 uur.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1986 | | pagina 65