4 belang. Het gaat hier om de begaanbaarheid van nieuwe wegen met een wijder bereik die zich in de lokale politiek aftekenen. Veranderde en veranderende beleidsterreinen vragen ook om aanpassing van het beschik bare instrumentarium. Ook daar zijn nieuwe wegen te onderkennen. De aloude en reeds genoemde gemeentewet van Thorbecke wordt herschreven. In de memorie van toelichting op het ontwerp van een nieuwe gemeentewet worden de gemeenten gekwalificeerd als "Basiscellen van onze democratische Staat". Het is met veel instemming dat ik deze omschrijving thans noem. Het is hier niet de gelegenheid noch het juiste tijdstip reeds op een aantal elementen van het ontwerp nieuwe gemeentewet in te gaan. Laat mij vol staan met een paar algemene opmerkingen. In de memorie van toelichting bij het herzieningsontwerp valt te lezen dat de nu al meer dan 135 jaar oude gemeentewet als fundament van het gemeentelijk bestel nog steeds goed voldoet. Dit kan als een compliment worden beschouwd voor de wetgever van 1851 en in het bijzonder voor Thorbecke, die met vooruitziende blik een algemene bestuursstructuur voor de gemeenten heeft ontworpen die in 1987 nog werkbaar is. Volgens de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken, de heer De Korte, sprekende op de studiedag Naar een nieuwe gemeentewet, op 28 mei 1986, is het succes van de gemeentewet te herleiden tot twee oorzaken 1.De gemeentewet heeft op basis van de Grondwet het democratisch karakter van het lokaal bestuur via het primaat van de gemeenteraad duidelijk vastgelegd, zonder overigens as pecten van doelmatigheid en slagvaardigheid te veronachtzamen. Bij dit laatste moet in het bijzonder gedacht worden aan de positie van burgemeester en wethouders als dagelijks bestuur van de gemeente. 2.De gemeentewet heeft als kaderwet steeds voldoende ruimte geboden voor op maat gesne den lokaal bestuur dat is aangepast aan de plaatselijke situatie. Het is juist de kracht van de gemeentewet dat zij een op hoofdlijnen uniforme bestuursstructuur heeft vastgelegd die levensvatbaar is gebleken voor de grote verscheidenheid aan gemeenten in ons land. Naar de mening van de minister worden de pluspunten van de huidige gemeentewet in de nieuwe gemeentewet verder versterkt. Het primaat van de gemeenteraad wordt verstevigd, in combinatie met de verruimde mogelijkheid om taken te delegeren aan onder meer burge meester en wethouders. Het globale karakter wordt benadrukt doordat het wetsvoorstel minder gedetailleerd zou zijn en zich nog meer dan de huidige wet tot de hoofdlijnen van de bestuursstructuur beperkt. Als gevolg van deze deregulering zou de ruimte voor pluriformiteit en differentiatie ook groter wordenHet komt mij voor dat in de komende tijd de vraag of het wetsvoorstel zich inderdaad tot hoofdlijnen beperkt de nodige kritische aandacht zal krijgen. Naast de nieuwe wegen die door in de toekomst tot stand te brengen wetgeving de gemeen ten de ruimte zal geven voor een wijder bereik, zijn er de bestaande mogelijkheden binnen de grenzen van het geldend recht waaruit vernieuwing kan ontstaan. Zo kwam onlangs het bestuursakkoord tot stand als een experiment; een, zoals de voorzitter van de VNG het uit drukte, nieuwe weg die wij met elkaar inslaan. Het bestuursakkoord is een geformaliseerde afspraak tussen rijk en de gemeenten over de wijze waarop de beide overheidslagen in de komende kabinetsperiode met elkaar omgaan. Niet een overeenkomst in juridische zin, maar een uiting van overeenstemming tussen het rijk en de gemeenten over het beleid dat zij jegens elkaar zullen hanteren. De toekomst zal uitwijzen in hoeverre dit bestuursakkoord als winst kan worden beschouwd. Zeker is dat het de VNG langs deze weg als enige gelukt is het nieuwe regeerakkoord open te breken, nadat het kabinet bereid bleek de laatste tranche van de profijtkortingen a 93 miljoen te laten ver vallen en voor 1987 50 miljoen ter beschikking te stellen door nogmaals driemaal 50 miljoen toe te zeggen. Als gevolg van de ondertekening van het bestuursakkoord door zowel de mi nister-president als de ministers van Financiën en Binnenlandse Zaken bindt het kabinet zich. Bij niet naleving zullen ook formeel de betrokken bewindslieden kunnen worden aange sproken Een ander verschijnsel dat hier signalering verdient is de decentralisatie, het streven om bevoegdheden op het dichtst bij de bevolking staande bestuurlijke niveau te doen uitoefe nen. Door de rijksoverheid soms gehanteerd als een vorm van bezuinigingsmaatregelen, door de provincie beleden als een gevolg van het uitgangspunt te streven naar een terugtredende provinciale overheid. Taken en bevoegdheden en met name uitvoering horen thuis zo dicht mogelijk bij de bevolking, dus bij de gemeenten. Daartegenover mag van de gemeenten wor den verwacht dat al hetgeen zich leent voor gemeentelijke aanpak, inderdaad ook opgepakt wordt en niet, omdat het moeilijk of minder aantrekkelijk is, aan de verder van de bevolking afstaande bestuurslagen wordt overgelaten. Dat zijn de uitgangspunten. Daarnaast en daarbij is nodig, zoals de gedeputeerde mevrouw Brandenburg het onlangs in een inleiding voor de VFG verwoordde, een goede wijze van omgaan met elkaar door de verschillende overheden. Ik stem daarmee in. In de relatie tussen provincie en gemeenten passen daarbij, in het licht van de gezamenlijke verantwoordelijkheid zoals die in het comple mentair bestuur gestalte dient te krijgen, geen hiërarchisch bepaalde verhoudingen maar verhoudingen van evenwaardigheid. 5 Het verhaal gaat nog verder. De lijn kan verder doorgetrokken worden naar een terug tredende gemeentelijke overheiddie in haar relatie met de al dan niet in groepsverband georganiseerde burgers niet méér regelt dan nodig is. Er zijn ook zeer bekwame en uiterst bedreven gemeentelijke "regelneven". Deregulering is een middel om mondige burgers hun mondigheid te doen beleven. De eerlijkheid gebiedt te constateren dat ook hier hooggestemde uitgangspunten wel worden ge bruikt om pure bezuinigingsmaatregelen te camoufleren. Binnenkort komt in de raad ter discussie de concept gemeenschappelijke regeling voor de nieuwe regio in Noord-Friesland, die ontstaat door de samenvoeging van de gemeenten van de bestaande regio's Noord en Noordoost en de gemeente BoarnsterhimBundeling of integratie van samenwerkingsregelingen binnen de door de provinciale staten aangewezen samenwerkingsgebieden vereenvoudigt het patroon van de gemeenschappelijke regelingen en versterkt de kracht van de gezamenlijkheid. Het geeft tegelijkertijd een sterk argument naar de hogere overheid om bij het kiezen van deelgebieden van dezelfde regionale indeling uit te gaan. Alleen in uitzonderingsgevallen kan, indien het in verband met de aard van het te be hartigen belang of de te behartigen belangen of in verband met de schaal waarop deze be langen behartigd moeten worden bijzonder aangewezen is, van de gekozen indeling in samen werkingsgebieden worden afgeweken. Bij deze ontsnappingsclausule is het gevaar niet denk beeldig dat wat uitzondering zou moeten zijn, de neiging vertoont als gevolg van sectoraal denken, regel te worden. Dat het recht van spreken in de richting van de hogere overheid daarmee wordt verspeeld, spreekt voor zich. Voor de gemeente geldt: Let op uw saeck! In het afgelopen jaar werd uw raad gekozen. Voor een nieuwe periode van vier jaar hebt u de opdracht sturing te geven aan de gang van zaken in de gemeente. Een nieuw college program zal daarbij het richtsnoer zijn. De omstandigheden zijn allesbehalve eenvoudig. Er is weinig ruimte voor nieuwe expanderende activiteiten. De verantwoordelijkheid waarvoor wij ons gesteld zien is evenwel onveranderd. De uitdaging des te groter. De behoefte aan creativiteit dienovereenkomstig. Het gaat daarbij om een genuanceerder benadering dan ik op een zeldzame litho van en uit de tijd van Thorbecke, wiens naam door de Thorbecke Acade mie aan Leeuwarden verbonden is, als onderdeel van het onderschrift aantrof. "Belang'loos als de zuigeling Maar sterk door Eenheidskrachten Zal "Redding door Bezuiniging" Steeds dwang en smaad verachten Daarom maar weer terug naar de wens van de wachter van de Nieuwe Toren. Hij besluit met de woorden "En moog' (behage't God!de Torendien'k bewake, Eerlang met luiden galm de vreugdetoonen slaken, Terwijl der vadren vlag van zijne spitse zwiert - Dat Nederland een Feest - Het Feest der Vrede viert. Het lijkt mij een passende wens, geïnterpreteerd in de zin van wereldvrede, om over te nemen. Ik wens daarbij u en de uwen en allen die zich in enigerlei opzicht voor onze stad hebben ingezet en in haar belang werkzaam zijn geweest een goed en gezond 1987 toe. Mevrouw De Haan-Laagland: Mijnheer de voorzitter, traditiegetrouw geeft de voorzitter van de grootste fractie namens de raad - dat geeft dan tegelijkertijd de beperking aan - een korte reactie op uw nieuwjaarstoespraak. Uw rede stond dit jaar vooral in het teken van enkele belangrijke bestuurlijke thema's, zoals de nieuwe gemeentewet, deregulering, decen tralisatie en de samenwerkingsregelingen in het kader van de Wet gemeenschappelijke rege lingen Nu u zelf de nieuwe gemeentewet noemde lijkt het mij aardig om vanavond in te gaan op een ander aspectnamelijk de positie van de burgemeester in zijn relatie tot de andere bestuursorganen. In de toelichting bij artikel 169 van het wetsontwerp staat dat de leiding gevende en stimulerende taak van de burgemeester, alsook zijn zorg voor de goede verhou dingen binnen het bestuursapparaat, voorop dienen te staan. Ik vind - ik hoop dat andere raadsleden het daarmee eens zijn - dat de persoonlijke verhoudingen binnen onze raad, als ook met het college, in het algemeen goed zijn. Politieke meningsverschillen zoals die regel matig in de raad naar voren komen doen aan die constatering niets af. Uw verantwoordelijkheid voor de goede verhoudingen strekt zich ook uit over het ambte lijk apparaat. Wij zijn ons er van bewust dat het ambtelijk apparaat onder toenemende druk komt te staan. Wij hebben er het volste vertrouwen in dat u er het komend jaar mede een bijdrage aan zult willen geven dat een goede werksfeer bewaard blijftook wanneer het amb telijk apparaat kritisch op zijn functioneren zal worden doorgelicht.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1987 | | pagina 3