6 zij het dat in de commissievergadering door de voorzitter van de FLD mondeling is toegelicht waarvoor de gelden zullen worden besteed. Toch lijkt het mij juister dat een en ander, met alle respect overigens voor de mondelinge toezegging, via de formele weg wordt afgehandeld, In de tweede plaats is het zo dat op grond van de discussie in de Commissie ROV, waarin de hier genoemde zaken uitvoerig aan de orde zijn geweest, zeg maar koerswijzigingen in het oorspronkelijke plan zijn aangebracht. De discussie heeft dus doel gehad en wij kunnen ons dan ook wel vinden in datgene wat op dit moment wordt voorgesteld. Met betrekking tot de brieven van PEL sluit ik mij aan bij de heren Ybema en Buurman. Er moet nog worden aangetoond dat PEL niet rond kan komen met de gelden die deze organi satie toekomen. Wij vinden de bezwaren die nu naar voren komen te voorbarig. Ik wacht echter eerst het antwoord van de wethouder af alvorens ons standpunt omtrent de motie naar voren te brengen. De heer Terpstra: Zoals de heer Bijkersma al heeft gezegd is in de commissievergadering zeer uitvoerig over deze zaken gesproken, hetgeen zijn weerslag vindt in het raadsvoorstel zoals dat nu voor ons ligt. Ook over de verdeling van de gelden is gesproken, in het bij zonder wat betreft de organisatie PEL en FLD. Wij kunnen ons vinden in het collegevoorstel, te meer daar is toegezegd dat, indien een en ander problemen oplevert in 1987, incidenteel in de activiteitensfeer kan worden gesubsidieerd. De heer Timmermans (weth.): Naar ik heb begrepen is in de commissievergadering uit gebreid over dit punt gesproken. Naar aanleiding van die discussie heeft het college inder daad gemeend het voorstel dat er toen lag terug te moeten nemen en met een ander concreet voorstel te moeten komen, hetgeen thans voorligt. Door verschillende sprekers is aangegeven dat in principe de verhouding voor de toe deling van kosten, door het college uitgedrukt in maximale percentages, kan worden onder schreven. Door de heer Stassen is hierbij naar voren gebracht dat voorkomen moet worden dat de structurele kosten, met name de huisvestingskosten, een te zware constante belasting op het beschikbare budget leggen. Wij zijn het daarmee eens. Op zijn vraag of met betrek king tot de toedeling van de kosten aan PEL - ik kom daar straks nog op terug naar aanlei ding van de motie van mevrouw Westra - de verhouding tussen apparaatskosten en activitei- tenkosten 1 op 2 is moet ik antwoorden dat dat niet het geval is. Het is zo dat in 1984 ook al f. 4.000,als subsidie door de gemeente aan PEL werd verstrekt. In 1986 is, mede naar aanleiding van het feit dat men zich huisvestte in de Haniasteeg en gelet op een aantal uit breidingen van activiteiten, gezegd dat f. 10.000,als een redelijke bijdrage werd beschouwd, Voor 1987 heeft het college alle argumenten, opgaves van cijfers, enz. beoordeeld en besloten te volstaan met een bedrag van f. 10.900, zodat ook het bedrag dat aan het Koördinatie- punt Kollektief Wonen wordt verstrekt hoger kan zijn dan vorig jaar. Ons lijkt dit bedrag vol doende voor het goed functioneren van PEL. Als men de begroting van PEL bekijkt, dan staan daar posten in die ook wel in de sfeer van de activiteiten zouden kunnen worden om gezet. Onzes inziens moeten ook door de organisatie zelf binnen het budget dat beschikbaar wordt gesteld prioriteiten worden gesteld. Het zal duidelijk zijn dat wij bij de beoordeling van eventuele aanvragen heel nadrukkelijk zullen bekijken of men inderdaad voldoende acti viteiten ontwikkelt als het gaat om de aanwending van de door ons voorgestelde f. 10.000, Ik denk echter dat het niet onze taak is na te gaan of men zich wel exact aan de verhouding van 1 op 2 met betrekking tot de kosten houdt. Verschillende raadsleden hebben gesproken over de subsidie-aanvraag van de Vereni ging Lytse Doarpen, waarbij de heer Stassen al heeft aangegeven dat voor wat betreft zijn fractie een maximum van f. 500,aan subsidie denkbaar is. Anderen hebben naar voren gebracht het eens te zijn met de gronden waarop het college heeft gemeend de subsidie-aan vraag, zoals die er nu ligt, te moeten afwijzen. Wij sluiten inderdaad niet uit dat naar aan leiding van een project, toegespitst op concrete woonconsumenten binnen de dorpen van de gemeente Leeuwarden, positief zal worden geadviseerd. Voordat de vereniging echter iets kan worden toegezegd moet er eerst heel duidelijk een concreet project worden aangemeld. Mevrouw Westra heeft het met name over de percentages gehad. In de motie die zij ver volgens indient geeft zij aan dat de percentages van 75% en 25% akkoord zijn, maar zij ver bindt daaraan vervolgens de conclusie dat die percentages dan ook moeten worden gehan teerd. Het college ziet deze percentages echter als maximale percentages. Liefst zouden wij een lager percentage hanteren voor de structurele kosten, omdat dat de handelsvrijheid voor nieuwe initiatieven groter doet zijn. Wij zijn dus niet bereid gelijk maar op de maximale percentages te gaan zitten. Tevens vinden wij het niet verstandig de subsidie aan PEL nu plotseling van f. 10.000,te verhogen tot f. 15.460, Ook de heer Terpstra heeft al naar voren gebracht dat, als er concrete projecten zijn die niet binnen het bedrag van f. 10.900,zijn te verwerken, op basis van de dan nog beschikbare post onvoorzien op nieuw in de activiteitensfeer een standpunt kan worden ingenomen. Met andere woorden, het lijkt mij niet juist nu al conform de motie van PAL op de maximale percentages te gaan zitten. De motie wordt dan ook ontraden. Ik denk dat ik hiermee in eerste instantie alle sprekers heb beantwoord. 7 De heer Stassen: Op mijn opmerking over de FLD heeft de wethouder precies zo gerea geerd als wij graag horen, dus wij nemen daar met genoegen kennis van. Een en ander hangt inderdaad af van het binnen de bestaande regeling aanvaarden van projecten, hetgeen naar de mening van onze fractie dan tot een bedrag van f. 500,zou kunnen worden gehonoreerd. Ik heb begrepen dat het college voornemens is een en ander op deze manier uit te voeren. Wat betreft PEL en het hanteren van een zeker sturingsmechanisme via het subsidiestel sel ben ik toch niet tevreden. Ik kreeg bij het bekijken van de begrotingen van PEL de in druk dat de verhouding apparaatskosten-activiteitenkosten niet helemaal juist is en dan praat ik niet over de huisvestingskostenwant die spelen in dit verband geen rol. Bovendien reken ik de kantoorkosten niet onder de activiteitenkostenHet lijkt mij een goede zaak dat de gedachte van de afdeling ROV, die een verhouding van 1 op 2 wat betreft apparaats kosten en activiteitenkosten voorstaat, ook wordt doorgetrokken in de richting van PEL. En dat kan via het hanteren van een sturingsmechanisme, waarop het college als subsidieverle ner toch enige grip kan trachten uit te oefenen. In het antwoord van de wethouder vind ik weinig van die sturing voor 1987 terug. De concrete projecten worden afgewacht, aldus de wethouder, en dan wordt bekeken of incidenteel een aanvullend subsidie wordt verleend. Het lijkt mij beter te proberen in goede overeenstemming met PEL de apparaatskosten terug te voeren en meer ruimte vrij te maken voor activiteiten in 1987. Als er bovendien aanleiding- zou bestaan om incidentele projecten te subsidiëren, dan kan op dat moment tot verhoging- van het bedrag worden overgegaan. Mefrou Westra: Ik begjin mar mei de bydrage fan it CDA, om't de ynbring fan dizze fraksje foar in hiel grut part deselde is as uzes. De hear Stassen snijdt itselde punt oan dat wy ek oansnijd hawwe, nammentlik dat der by PEL gjin goede ferhalding is tusken de fêste kosten en de aktiviteitekosten. Dy ferhalding soe rjocht lutsen wurde moatte, seit de hear Stassen. Dat fine wy ek. PEL jout no al oan foar aktiviteiten net genöch jild oer te hal den. Dat is krekt wol it doel dat üs mei dizze subsydzjes foar eagen stiet; dat is ek hiel düdlik fêstlein yn de riedsbrief. De klam moat lizze op aktiviteiten dy't troch de organi- saasjes ferrjochte wurde. Dêrom stelle wy üt om PEL better yn de gelegenheid te stellen om dy aktiviteiten te ferrjochtsjen. Under oaren fan de kant fan D66 wurdt sein dat yn de rin fan dit jier wol bliken docht oft PEL mear jild nedich hat. Wy fine dat net in goede rede- nearring. Wy bepale no as gemeente it doel dat üs mei de wenkonsumintesubsydzje foar eagen stiet, nammentlik dat der foaral op dit gebiet aktiviteiten ferrjochte wurden moatte. As no al by de organisaasje dy't it oangiet düdlik is dat der krekt foar dat doel net genöch middels beskik - ber binne, dan moat dy ferhalding no dochs bysteld wurde. De wethalder hat sein dat wol folstien wurde kin mei f. 10.900,likernöch datselde bedrach krige PEL ferline jier ek. Ik fyn lykwols dat der net allinnich nei sjoen wurde moat hokker bedrach de gemeente ferline jier jün hat, mar dat ek de begrutting dy't no yntsjinne is serieus besjoen wurde moat. Boppedat is der noch finansjele romte. It budzjet is net sa beheind dat as de iene organi saasje wat jün wurdt de oare organisaasje neat mear krije kin. Wy bliuwe der dus by dat PEL dit jild wol barre moat, ek om it doel dat wy der as gemeente mei hawwe better berikke te kinnen. De heer Ybema: Wij gaan akkoord met de opstelling van het college met betrekking tot de subsidie-aanvraag van de Feriening Lytse Doarpen. Ik neem aan dat de vereniging ook van deze opstelling van het college op de hoogte wordt gesteld en dan is het aan de FLD om een aanvraag in te dienen binnen de voorwaarden die wij stellen. Ik kom nog even terug op de reactie van mevrouw Westra ten aanzien van PEL. Onze opstelling is deze. PEL heeft in de loop van 1986 f. 3.500,gekregen boven het voor dat jaar reeds vastgestelde subsidie van f. 6.500, Inclusief het Koördinatiepunt Kollektief Wonen komt men voor 1987 op een niveau van f. 10.900, welk bedrag volgens ons voldoen de is. Er zijn toch nog enkele onzekerheden met betrekking tot het functioneren van PEL. Bekeken moet worden hoe de nieuwe huisvestingssituatie uitpakt, wat de concrete lasten daarvan zijn en wat de gevolgen zijn voor het activiteitenbudget. Wat ons betreft dus akkoord met de startpositie. Bovendien heeft de wethouder voldoende ruimte gelaten om ook op een goede manier in te spelen op problemen die zouden kunnen ontstaan als het activiteitenbud get toch te krap blijkt te zijn. Het gaat mij te ver om nu al op voorhand de motie van PAL te volgen en het budget voor PEL met zo'n f. 4.500,-- te verhogen. Ik wijs ook nog op het restant van goed f. 9.000,dat nu onder onvoorzien is opgenomen. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat wij in de loop van dit jaar opnieuw een extra bijdrage moeten leveren voor het Huurdersservicebureau. Door een verhoging van de subsidie aan PEL van f. 4.560, zou iedere rek er uit zijn en ik denk dat dat niet verstandig is. De flexibiliteit die wij met dat bedrag hebben ingebouwd lijkt mij juist heel verstandig. De heer Bijkersma: Een korte reactie omtrent de FLD. De wethouder heeft gezegd dat er eerst een concrete aanvraag moet liggen. Daarna kan worden bekeken of een en ander past in hetgeen ons voor ogen staat. Dat lijkt mij een goede zaak.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1987 | | pagina 4