4
bare publieke discussie, tijdig aangekondigd in de krant zodat mensen vanaf de tribune ook
kunnen meepraten, een veel betere procedure geweest zijn. Nu kan het zo zijn dat er in
ieder geval in de beleving van de groepen waar het om gaat sprake is van een enorme vertra
ging.
Het college zegt dat het in gesprek is. Ik heb begrepen dat het laatste gesprek twee
maanden geleden is gevoerd. Nu is die termijn voor een ambtelijke procedure misschien niet
zo lang, maar ik kan mij voorstellen dat de betrokken mensen deze procedure op zijn minst
als tamelijk bureaucratisch ervaren. Wij vinden b. en w. weinig creatief zijn omgesprongen
met de problemen die voorliggen en dat juist in een situatie waarin dat soort creativiteit wel
gewenst zou zijn.
Ik heb tot slot twee vragen. Kan deze kwestie niet alsnog gewoon geagendeerd worden
voor de vergadering van de Commissie voor Welzijnsaangelegenhedenzodat er ook vanaf de
tribune over kan worden meegepraat? Waarom duurt deze procedure zo lang en wanneer is
het eerstvolgende gesprek met de Stichting Turkse en Marokkaanse Gemeenschap Leeuwar
den?
De heer Heere (weth.): De heer Duijvendak vraagt wanneer deze zaak wel op de agenda
van de Commissie Welzijnsaangelegenheden komt. Eigenlijk staat het antwoord daarop al in
ons voorstel. Zodra deze kwestie er rijp voor is - en dat heeft, zoals men ongetwijfeld weet,
de nodige voeten in de aarde - zal die aan de commissie ter advisering aan b. en w. en wel
licht in een latere fase nog ter besluitvorming in de raad worden voorgelegd.
Een andere vraag van de heer Duijvendak is wanneer het eerstvolgende gesprek met de
Stichting Turkse en Marokkaanse Gemeenschap Leeuwarden zal zijn en waarom deze procedure
zo lang duurt. Het is niet zo dat een en ander zo lang heeft geduurd en bovendien is er geen
vertraging van maanden. De heer Duijvendak weet precies hoe het gegaan is. Ik zou dat
allemaal nog wel eens uitvoerig kunnen releveren en ik heb ook een beetje de neiging om dat
te doen, omdat anders onweersproken blijft de door de heer Duijvendak opgewekte suggestie
in de woorden "vertraging", "bureaucratisch" en "weinig creatief". Alsof er inmiddels niets
is gebeurd! De heer Duijvendak weet erg goed dat dat niet het geval is, dat er wel degelijk
vele malen gesprekken zijn gevoerd met alle betrokkenen en dat er nog maar zeer onlangs
een aantal heel gerichte vragen door de stichting is beantwoord. Vragen in de sfeer van:
u wilt beroepskrachten in dienst voor een aantal werkzaamheden, wel geeft u dan eens exact
aan om hoeveel uren het dan gaat, om welke functies het gaat en om welke formatieplaatsen
het gaat
Deze vragen zijn, zoals gezegd, nog maar zeer onlangs beantwoord en hebben vervolgens
weer tot nieuwe problemen geleid. De stichting eist bijvoorbeeld dat mensen die nu in dienst
zijn van het COL daar worden ontslagen en in dienst worden genomen van instellingen als de
Maatschappelijke Dienstverlening (MaDi) of het Baken. Dat betekent dat ik contact op zal
moeten nemen met de beoogde nieuwe werkgever om te kijken of daar mogelijkheden liggen.
Ook zak ik weer contact moeten opnemen met het COL om te vragen hoe men tegen die sug
gestie aankijkt. Verder wil de stichting de uren van de functionaris die in dienst is van het
COL en niet meer welkom is bij Salam zodanig invullen - het gaat om 40 uur - dat er andere
mensen voor in dienst kunnen treden. Er zullen dan wellicht mensen moeten worden ontslagen,
niet door de gemeente - want die is geen werkgever - maar in goed overleg met het COL.
De betrokken functionaris zal daar ook bij moeten worden betrokken.
Enfin, ik heb dit verhaal ook al een keer in de commissie uit de doeken gedaan en het
verbaast mij daarom zeer dat de heer Duijvendak zo verbaasd is. Ik wil echter nog wel een
keer zeggen dat het hier geen kwestie is van opzettelijke vertraging, maar van zo zorgvul
dig mogelijk handelen ook in het belang van de stichting. Wij moeten voorkomen dat de stap
die nog gemaakt moet worden van zodanige aard is dat wij na een aantal weken of maanden
opnieuw met elkaar om de tafel moeten gaan zitten, omdat er dan weer iets niet goed is ge
regeld
Voor wat betreft de activiteitensubsidies - dat is ook een onderdeel van de problematiek -
heeft het college onlangs besloten om een fors voorschot te verlenenVoor wat betreft de
huisvestingssubsidies hebben wij nog maar vrij recent bericht gekregen van het COL over
de daarvoor ter beschikking staande middelen, nadat een uitsplitsing had plaatsgevonden
over andere kostenposten. Hetzelfde geldt voor de organisatiekosten. Het hele plaatje moet
op een nette manier in elkaar worden geschoven en daar zijn wij druk mee bezig.
Wij zullen de partijen binnenkort opnieuw om de tafel nodigenIk hoop dat wij elkaar
dan zo goed mogelijk kunnen vinden. Pas dan vind ik het nuttig en noodzakelijk om naar de
commissie te gaan, want ik moet eerlijk zeggen dat ik niet zo vreselijk veel belangstelling heb
om te filosoferen over dingen die misschien zouden kunnen en wellicht ook niet. Of de publie
ke tribune daar dan wel of niet over mee moet kunnen praten, is volgens mij een zaak die in
de laatste plaats van belang is.
De heer Duijvendak: Het zal duidelijk zijn dat de wethouder en ik fors van mening ver
schillen over hoe je zo'n kwestie zou moeten aanpakken. Het gaat er denk ik niet om of de
5
een of de ander meer of minder zorgvuldig is. Ik neem best aan dat ook de wethouder pro
beert een zorgvuldige procedure te volgen, maar het gaat er volgens mij om welke rol je
daarbij geeft aan de organisaties waarover het gaat en welke rol je daarbij aan de gemeente
raad toedicht
Wat betreft de organisaties heb ik de indruk dat de procedure in de beleving van de
mensen die daarbij betrokken zijn in ieder geval lang duurt en dat b. en w. niet naar creatie
vere manieren hebben gezocht om met hen in gesprek te blijven. Twee maanden geleden heeft
het laatste gesprek plaatsgevonden. Naderhand is er louter (schriftelijk) gecorrespondeerd.
Ik denk dan op een gegeven moment: laat de wethouder de fiets pakken en naar de stichting
gaan en met de mensen gaan praten over de problemen die ontstaan zijn. Op deze manier
blokkeer je een situatie waarin juist een voortdurend gesprek noodzakelijk is. Dat leidt er
ook toe dat wij als individuele raadsleden eindeloos worden benaderd en moeten bemiddelen
en schipperen, terwijl wij ook moeten proberen punten op de agenda te krijgen die niet op
een normale manier door b. en w. bespreekbaar worden gemaakt.
Je kunt zeggen dat je als raadslid daar buiten moet blijven, maar dan escaleert de zaak
alleen maar verder. Wat dat betreft denk ik dat b. en w. ons daar een grotere rol in hadden
kunnen laten spelen door de zaak normaal te agenderenEr zou dan naar mijn mening zorg
vuldiger worden gehandeld en in ieder geval niet zo'n gepolariseerde situatie zijn ontstaan
als nu het geval is.
De wethouder zegt dat alle dingen op een rijtje gezet moeten worden en dat, nadat met
de stichting overleg is gepleegd, met de commissie zal worden gepraat. Ik heb willen aan
geven dat er heel principiële punten aan de orde zijn. Blijft het COL tussen de etnische
groepen en de gemeente zitten of niet? Komt er een heel nieuwe structuur voor het werk van
buitenlanders? Over dat soort punten dient eerst met de commissie te worden gepraat en
daarna kan je pas onderhandelen met bijvoorbeeld de stichting. Ik vind dat het college in
dit verband niet de juiste volgorde heeft aangehouden. Als er in de commissie over deze
kwestie al is gepraat, dan is dat op ons eigen initiatief gebeurd. B. en w. hebben die zaak
in ieder geval niet aan ons voorgelegd.
Ik betreur het erg dat deze zaak zo gelopen is en ik hoop wat dat betreft dat het geen ge
woonte wordt. Vorig jaar hebben wij het conflict gehad over de mate waarin de commissie
betrokken is geweest bij de discussie over de steunfunctie. Nu hebben wij de kwestie Salam
gehad. Ik hoop dat wij voortaan als commissie bij dit soort onderwerpen meer en eerder wor
den betrokken.
De hear Bilker: Mynhear de foarsitter, ik begryp de diskusje einliks net sa goed mear.
Yn de léste gearkomste fan de Kommisje foar Wolwêzensoangelegenheden het de wethalder üt
him seis noch meidielings oer dizze kwestje dien. De diskusje hie dér doe prinsipieel plakfine
kinnen, mar de hear Duijvendak wie der doe net. Ik fyn it dan no net hielendal korrekt om
dy diskusje hjir op dizze wize te fieren. (De hear Duijvendak: Ik vind dat een beetje een
flauwe insinuatie. Ik heb gezegd dat deze kwestie geagendeerd had moeten worden en dat
de publieke tribune mee had moeten kunnen praten. Bovendien hadden er stukken van b. en
w. moeten liggen, maar die lagen er niet.)
De heer Schade: Ik verbaas mij toch eigenlijk ook wel wat over de terminologie waarvan
de heer Duijvendak gebruikt maakt. In december nog hebben wij ten aanzien van dit punt
uitdrukkelijk als randvoorwaarde gesteld dat wij eerst een activiteitenplan wilden hebben.
De Commissie voor Welzijnsaangelegenheden heeft dat plan vrij laat onder ogen gekregen,
namelijk zes tot acht weken na de vergadering in december. Wij hebben de randvoorwaarde
gesteld omdat wij, voordat de activiteitensubsidie van f. 45.000,— doorgesluisd zou worden,
wilden weten of in het activiteitenplan de belangen van alle groeperingen die deze stichting
overkoepelt voldoende tot uitdrukking waren gekomen. In de commissievergaderingen hebben
wij diverse keren bij de rondvraag dit punt aan de orde gehad. Wethouder Heere heeft mijns
inziens voldoende duidelijk gemaakt waarom deze kwestie zo lang heeft moeten duren.
De heer Heere (weth.): Ik zou bijna zeggen: nu hoort u het ook nog eens van een ander,
want zo zit het ook
Terloops wil ik nog opmerken dat ons in het laatste gesprek dat wij met de stichting heb
ben gehad werd meegedeeld dat in afwachting van de nadere besluiten van de gemeente de
stichting in staking ging. Ik heb toen al gezegd dat ik dat een uitermate onverstandig be
sluit vond, omdat ik dat niet in het belang van de betrokken groeperingen achtte. Inmiddels
hebben wij een brief gekregen dat men ook dat feit heeft ingezien en dat men maar weer be
gonnen is. Dat aspect heeft natuurlijk ook niet versnellend op de hele procedure gewerkt.
Wat de activiteitensubsidie betreft - de heer Schade heeft daar ook aan gerefereerd -
nog het volgende. Wij hebben inderdaad een werkplan gekregen, met daarin een aanvraag
om activiteitensubsidie die de beschikbare middelen tenminste twee maal overschreed. Dat be
tekent dan dat je dus opnieuw moet gaan praten over de vraag wat er dan wel en niet moet