2 worden gekort, namelijk het Gastouderprojecttwee keer, totaal bedrag f. 35.800, en de Katholieke Bond voor Ouderen, totaal bedrag f. 2.785, Een korting van 4% op het totaal van deze twee bedragen, namelijk 4% van f. 38.585,— is afgerond op hele guldens naar boven f. 1.545, had niet moeten plaatsvinden. Dit bedrag moet alsnog op de taakstelling in mindering worden gebracht. Punt 2 (bijlagen nrs. 162 en 162a). De Voorzitter: Aan de orde is de Aanvullende herwaarderingsoperatie en nieuw beleid 1987-1991 inclusief de aanvullende raadsbrief. Wij hebben gisteren in het Seniorenconvent afgesproken dat wij zullen trachten de algemene beschouwingen in eerste termijn voor de pauze af te ronden. In een wat langere pauze kan dan eventueel fractieberaad en college- beraad plaatsvinden. De heer Mink is inmiddels ter vergadering gekomen. Mevrouw De Haan-Laagland: Het college hoeft de raad niet meer te overtuigen van de noodzaak om een gezonde financiële basis onder het beleidsplan te leggen. In december werd immers al duidelijk dat een ingrijpende bezuinigingsoperatie nodig zou zijn. Door middel van een motie, gesteund door de raad, droegen wij het college op de tussentijdse herwaarderings operatie met voortvarendheid ter hand te nemen en de resultaten daarvan voor 1 mei aan de gemeenteraad voor te leggen. Die voortvarendheid heeft het college en uiteraard ook het ambtelijk apparaat zeker betracht. Ik wil hen beide hiermee complimenteren. Wij kunnen het er over eens zijn dat zowel de krappe termijn als ook de omvang van de taakstelling college en ambtelijk apparaat voor een moeilijke opdracht heeft geplaatst. Nu de bezuinigingsvoorstellen er in concreto liggen en wij ook kennis hebben kunnen nemen van de vele reacties die deze voorstellen in de Leeuwarder gemeenschap oproepen be seffen wij des te meer dat diverse voorstellen echt ingrijpende consequenties zullen hebben voor zowel het eigen ambtelijke apparaat als ook voor degenen die financieel afhankelijk van de gemeente zijn. Het gaat dan niet alleen om taken die ten dienste van de gemeenschap wor den verricht, maar ook heel concreet om mensen die beroepshalve van die taakuitoefening af hankelijk zijn. Het college merkt echter in de stukken op dat mogelijkheden tot relatief pijn loze maatregelen, zoals de bijstelling van de ramingen en efficiencyverbeteringen, na de vele bezuinigingsoperaties van de afgelopen jaren zo langzamerhand zijn benut en dat om die reden de "kaasschaaf-methode" geen uitkomst meer biedt. Een dergelijke aanpak is nog wel verde digbaar als het gaat om een te overziene korting van 4% op gesubsidieerde instellingen of grote terughoudendheid bij of temporisering van het vervullen van vacatures bij de gemeente of temporisering van de investeringenMaar daarmee zijn de mogelijkheden van algemeen wer kende maatregelen ook wel uitgeput. Voor het overige heeft het college gekozen voor een aantal relatief grote bezuinigings projecten gericht op extensivering of zelfs afstoten van taken. Een nog meer gespreide aan pak zal tot gevolg hebben dat er veel meer onderdelen van de gemeentelijke zorg niet meer effectief zullen kunnen functioneren. En dat is per saldo een groter kwaad vinden wij dan het werken met een aantal weliswaar impopulaire maar gerichte bezuinigingsvoorstellen. Wij onderschrijven dan ook de door het college toegepaste methodiek. Uiteraard hoort bij die toegepaste methodiek ook een toetsing aan de uitgangspunten en criteria zoals die verwoord staan in het collegeprogramma. Dat heeft onder andere tot gevolg gehad dat bij kortingen op subsidies het bejaardenwerkop emancipatie gerichte activiteiten en activiteiten gericht op gehandicapten zijn ontzien. Daarmee is een van de hoofdprioritei ten, namelijk emancipatie, ontzien. Voor wat betreft de hoofdprioriteit werkgelegenheid is in engere zin, voor zover het het voor waardenscheppend beleid betreft, het werkgelegenheidsbeleid ontzien, daar wij beseffen dat ieder bezuinigingsvoorstel direct of indirect negatieve effecten heeft voor de werkgelegenheid. Wij accepteren die consequentiesin een situatie dat wij als gemeente met de rug tegen de muur staan slechts met de grootst mogelijke moeite, vooral als het gaat om onderdelen van het gemeen telijk beleid die in termen van werkgelegenheid grote multiplier-effecten hebben. Ik denk daar bij bijvoorbeeld aan de verlaging van de onderhoudsbudgetten, het uitstel van routine-in vesteringen en een verlaging van de storting in het Fonds stadsvernieuwing. Wij beseffen dat de eigen bijdrage van de gemeente aan de sector stadsvernieuwing zo groot is dat ook deze sector als hoofdprioriteit haar bijdrage in de bezuinigingen zal moeten leveren. Enige sprei ding van de stadsvernieuwingsactiviteiten over een langere periode is in dat licht nog wel acceptabel. Ik wil er echter wel op wijzen dat wij niet voor niets een heel hoge prioriteit toe kennen aan de sector stadsvernieuwing en dat de grens hiermee voor ons om sociale redenen maar ook uit een oogpunt van volkshuisvesting en werkgelegenheid is bereikt. De verhoging van de afvalstoffenheffing en de inhaalmanoeuvre van de onroerend goed- belastingenIk heb ook al in de commissievergadering gezegd dat lastenverhoging voor de burgers voor ons moeilijk te accepteren is. Het is de allerlaatste mogelijkheid om begrotings 3 tekorten weg te werken. Wij beschouwen de nu voor ons liggende bezuinigingsvoorstellen als zo ingrijpend dat wij daar geen extra voorstellen aan willen toevoegen om deze verhoging on gedaan te maken. Wij vinden dat op dit moment niet aanvaardbaar. Wij hebben overigens goede nota genomen van de opmerkingen van het college dat het met compensatievoorstellen komt als de financiële situatie dat te zijner tijd toe laat. Wij zullen het college bij de begro tingsbehandeling in december uitdrukkelijk aan deze intentieverklaring houden. In het licht van deze lastenverzwaring wil ik er nogmaals op wijzen dat wij vinden dat met grote inspan ning gewerkt moet worden aan de intensivering van het kwijtscheldingsbeleidVerder ver zoeken wij het college de werkgroep minimabeleid te vragen verder te willen uitzoeken of er mogelijkheden zijn het kwijtscheldingsbeleid te verruimen. Ik kom dan nu bij de structurele her waardering s voor stellenHet vacaturebeleid/afstoten van taken. Dat de voorstellen door de direct betrokken medezeggenschapscommissies (mzc) niet in dank zouden worden afgenomen laat zich raden. Uit het verslag van de mzc van de gemeentesecretarie valt echter ook af te leiden dat de communicatie tussen management en medewerkers in een aantal gevallen te wensen heeft overgelaten. Voorzover deze klacht terecht is verzoekt mijn fractie het college het management te vragen om in het vervolg meer werk te maken van het noodzakelijke interne voorlichtingsbeleid. Natuurlijk zijn wij als gemeenteraad mede verantwoordelijk voor de korte termijn die het college had voor deze operatie, maar ook bij een korte termijn is tijdige communicatie tussen management en de rest van het ambtelijk apparaat van belang. Ik zeg dit niet alleen in het belang van acceptatie van de voorstellen, maar ook om een beter zicht te krijgen op mogelijke alternatieven. Naar het personeel toe is het verder van belang dat personele belangen bij deze operatie gewaarborgd zijn. Het herplaatsingsbeleid voor diegenen die hun ambtelijke taak zien weg vallen zal grote inspanning kosten. Wij willen in dit kader nog eens extra onderstrepen het belang van een actief scholings- of herscholingsbeleid. Ook opmerkingen gemaakt in de Com missie voor Georganiseerd Overleg over het feit dat deze bezuinigingen niet mogen leiden tot een taakverzwaring kunnen wij onderschrijven. De welzijnsplanning. Volgens het college kan het drastisch verminderen van de werk zaamheden van de welzijnsplanning leiden tot een besparing van een halve formatieplaats op de afdeling Welzijn. Wij vinden het jammer dat niet wat exacter kan worden aangegeven hoe groot die ambtelijke capaciteit ten behoeve van dit onderdeel is. De aanvullende raadsbrief is daar niet zo veel duidelijker over gewordenAls klopt dat het in ieder geval om niet meer dan twee formatieplaatsen gaat, gaan wij akkoord met een besparing van een halve formatie plaats. Subsidieverlening. Het college heeft er voor gekozen de rijkskortingen niet in hun ge heel door te geven in de betreffende sector, maar te betrekken bij de integrale afweging. Dit is een onderdeel van de door het college gekozen methodiek waarvan ik al heb gezegd dat wij het daar meer eens zijn. Zowel voor het sociaal-cultureel werk als voor de projecten voor men sen zonder werk werkt dat positief. Het wil echter niet zeggen dat de nu voorgestelde kor tingen daar niet pijnlijk zouden zijn. De taakstelling voor het Centraal Orgaan Leeuwarden (COL) en de Stichting Sociaal Kul- tureel Werk Leeuwarden (SSKWL) is hoog, maar in deze benarde situatie naar onze mening onontkoombaar. Het betekent dat er meer bezuinigd wordt op het ondersteunende werk dan op het uitvoerende werk en die keuze kunnen wij wel onderschrijven. Wij gaan er vanuit dat door de fasering en door de op stapel staande fusie van COL en SSKWL de ondersteuning naar wijken en buurten zo min mogelijk hoeft te worden aangetast. De Kinderboerderij. Wij hebben op zich zelf geen principiële bezwaren tegen privatise ring van de Kinderboerderij, mits de voorziening gehandhaafd blijft. Dit laatste is voor ons een harde voorwaarde, te meer nu Leeuwarden op het recreatieve vlak toch al relatief slecht is bedeeld. Wij zullen de nadere rapportage van het college dan ook zeer kritisch bekijken. Daarbij willen wij in ieder geval inzicht hebben in welk deel van het totale terrein voor de functie Kinderboerderij bestemd blijft, wat er met de entreegelden gaat gebeuren en op welke wijze handhaving van de functie wordt gewaarborgd zowel privaatrechtelijk als publiekrech telijk. Daarnaast zullen wij, indien het huidige bestuur van de Kinderboerderij met alterna tieve plannen komt die leiden tot een beduidend lagere gemeentelijke subsidie dan nu nodig is, deze plannen zeker positief benaderen. Ten aanzien van Pro-F wil ik de toezegging herhalen die de wethouder heeft gedaan in de commissievergadering dat nagegaan zal worden of de provincie bereid is in dit kader een subsidie van 50% te verlenen. Wij verwachten een actieve opstelling van het college in deze. Verder kan ik meedelen dat wij akkoord gaan met het voorstel in de aanvullende raads brief ten aanzien van de Stichting Anders Aktieven. Ten aanzien van de discussie over Echo zijn wij van mening dat het redelijk is, gezien het budget en de totale taakstelling van de bezuinigingsoperatie, dat ook op de gelden voor activiteiten bezuinigd wordt. Mochten zich in 1987 ontwikkelingen voordoen op het terrein van de accommodatie dan vinden wij dat die ontwikkelingen niet geremd moeten worden en niet doorgeschoven moeten worden naar volgende jaren, maar een poging moet worden ge daan deze kosten voor te financieren.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1987 | | pagina 2