12 De nieuwe Comptabiliteitswet krijgt meer en meer gestalte. Ik heb in het begin van mijn betoog al gezegd dat het college meer tijd moeten besteden aan het beheer en het tijdig boven tafel krijgen van de rekeningen. Een en ander zal natuurlijk zijn weerslag hebben in het ambtelijk apparaat. Er komt een nieuwe gemeentewet die waarschijnlijk ook een taakverande- ring zal inhouden voor het ambtelijk apparaat en het college. Je zult ook moeten kijken in de toekomst wat de gevolgen zullen zijn van de versneld doorgaande automatiseringIn de toe komst zullen wij ook moeten inspelen op de wens van minder overheid meer markt. Wij zullen er voor de middellange termijn niet aan voorbij mogen gaan dat het arbeidspotentieel snel terug zal lopen door een lagere instroom van jongere mensen vanwege de lagere geboorte overschotten vanaf ongeveer 1965. Deze zaken zullen duidelijk invloed hebben op het gemeentelijk apparaat. Je zult daarom meer moeten doen dan alleen maar het starten van een reorganisatie-on der zoek dat is toege spitst op de efficiency. Deze argumenten brengen ons tot de vraag of de reorganisatie niet beter kan worden uitgevoerd door een extern bureauWij vinden namelijk dat het hier om een veel omvattend proces gaat waarbij diverse facetten moeten worden betrokken. Iets an ders is dat, wanneer je een dergelijk onderzoek via een eigen apparaat verricht, dat altijd onrust wekt bij de ambtenaren van het apparaat omdat iedereen de gedachte heeft: hij wordt er wel en hij wordt er niet buiten gehouden. Wil je een goed en gedegen onderzoek met zicht op alle taken dan zul je dat mijns inziens door een extern bureau moeten laten verrichten. Wij beseffen wel dat dat geld kost en dat kan natuurlijk niet zo maar. Ik wil de raad daarom ook niet een uitspraak vragen om op grond van hetgeen ik zojuist heb gezegd te besluiten om een onderzoek door een extern bureau te laten starten. Ik wil het college echter via een motie het volgende vragen. Wat zijn de kosten van een extern en van een intern onderzoek? Alle zaken moeten natuurlijk wel in het onderzoek worden betrokken, bijvoorbeeld het systeem van tijdschrijvenBovendien moeten de werk zaamheden van het college in het onderzoek worden betrokken. Als bekend is wat de kosten zijn van beide onderzoeken, dan kan het college de raad een keuze voorleggen. Ik dien daar toe de volgende motie in Motie 9. "De raad der gemeente Leeuwardenin vergadering bijeen op 28 april 1987, behandelende de aanvullende herwaarderingsoperatie en nieuw beleid 1987-1991, kennis genomen hebbende van de conclusie van bijlage II waarbij het college aankondigt een reorganisatieproces te beginnen omtrent het ambtelijk apparaat, van mening zijnde - dat de alsdan uit te voeren reorganisatie voor lange tijd zal moeten gelden; - dat een en ander in onderzoek en uitvoering veel omvattend zal zijn; - dat door deze veel omvattendheid een en ander wellicht beter uit gevoerd kan worden door een extern bureau draagt het college van b. en w. op - te onderzoeken welke kosten zo'n uitvoering met zich meebrengt; - zulks aan de raad voor te leggen onder gelijktijdige presentatie van alle kosten welke de uitvoering door de interne stuurgroep met zich meebrengt en gaat over tot de orde zan de dag." Ook deze motie is mede-ondertekend door de heer De Beer. (De Voorzitter: De motie is vol doende ondersteund en maakt deel uit van de beraadslagingen.) Met mijn gedachten omtrent het reorganisatieproces wil ik mijn bijdrage in eerste termijn beëindigen De heer Duijvendak: Veel van de voorstellen tot bezuiniging waarover vanavond wordt besloten zijn in de ogen van mijn fractie onrijp. Vaak kunnen wij de consequenties/de effec ten van deze voorstellen niet overzien. Het feit dat wij met betrekking tot een aantal voor stellen slechts principe-beslissingen nemen doet daar weinig aan af. De taakstellingen gaan een eigen leven leiden en aan de instellingen rest slechts de onmogelijke opgave om aan te tonen dat bezuinigingen niet geëffectueerd kunnen worden. De noodzaak om snel te komen tot een extra bezuinigingsronde heeft geleid tot slordige procedures, niet alleen voor de getroffen instellingen en de mzc's, maar ook voor de raad en vooral voor de niet in het colle ge vertegenwoordigde partijen. Ons is niet de kans geboden mee te denken over de richting waarin bezuinigingen gezocht zouden moeten worden. Slechts een eindoordeel wordt aan ons gevraagd over een eindvoorstel van het college dat tot in de puntjes is voorgekookt met de 13 collegepartijen, hoewel iets beter met de PvdA dan met het CDA zo te zien aan het aantal moties Wijzigingsvoorstellen, alternatieve bezuinigingen die wij vanavond zullen voorleggen hebben wij nog niet eerder aan de orde kunnen stellen. Als de fracties van PvdA en CDA zich door onze voorstellen vanavond overvallen zullen voelen, dan hebben wij daar in die zin dan ook geen boodschap aan. Wel geldt, ook voor veel van onze voorstellen, dat ze op hun haalbaarheid nader onderzocht zullen moeten worden. Wij staan voor drastische ingrepen. Diep ingrijpende bezuinigingen, keuzen voor de een zijn keuzen tegen de ander. Goede afwegingen zijn moeilijk. Veel keuzen zijn in feite absurd. Toch blijft ook de PAL-fractie meepraten over de zoveelste keus uit tientallen kwaden, omdat wij vinden dat dat onze politieke verantwoordelijkheid is. In tegenstelling tot sommige radi caal-linkse fracties in andere gemeenteraden vinden wij dat wij ons druk moeten blijven maken om de marges die dit rechtse kabinetsbeleid ons slechts biedt. Onze wijzigingsvoorstellen van zo'n 2£ ton zijn dan ook bescheiden ten opzichte van de miljoenen die bezuinigd worden, maar daarom niet minder noodzakelijk. "Waar zijn wij in hemelsnaam mee bezig?", was de steeds weer terugkerende vraag tijdens onze fractievergaderingen. PAL'ers van het nut van dit soort operaties overtuigen is moei lijk, maar de heer Bilker van het CDA deed tijdens de commissievergadering van vorige week een geweldige suggestie: Deze bezuinigingsoperaties leveren een bijdrage aan het herstel beleid. Ik had dat woord nog niet uitgesproken of de suggesties voor verdergaande bezui nigingen vlogen over de tafel. Laten wij in het kader van herstelbeleid het hele opbouwwerk opheffen, laten wij voor het nationale herstel nog meer op stadsvernieuwing bezuinigen. Kunnen wij de parken en plantsoenen niet geheel laten verwilderen? Laten wij in het kader van het werkgelegenheidsherstel 20% van de ambtenaren ontslaan. U begrijpt het, wij leve ren zelfs zeer gemotiveerd een bijdrage aan het herstelbeleid van dit kabinet en zijn ook blij dat van protesten richting Den Haag de laatste tijd maar weinig vernomen wordt. Herstelbeleid, je moet er maar op komen. In de jaren 1990 zullen wij de handen vol heb ben aan dat beleid, wanneer de consequenties van onvoldoende investeringen in onderhoud en vernieuwing duidelijk zullen worden. Want wie weet hoe ver wij door kunnen gaan met het verlagen van onderhoudsnormen? Het college heeft gekozen voor een verdeling van de bezuinigingen waarbij dit keer ook gesneden wordt in de taken van de eigen diensten. Soms fors, soms zeer bescheiden en zo op het oog tamelijk willekeurig. Een fundamentele en met iedere betrokkene gevoerde discus sie over de gemeentelijke taken moet in samenhang worden gezien met de reorganisatie die er aan staat te komen. De nu gedane voorstellen voor taakvermindering hoeven wat ons be treft niet "coüte-que-coüte" doorgevoerd te worden..Wat er minder bespaard kan worden kan wat ons betreft toegevoegd worden aan de taakstelling voor de reorganisatie. Dan is er hopelijk meer tijd voor overleg, meer tijd voor uitgebalanceerde voorstellen. Ik wil één voor beeld geven, namelijk de besparing op de bodedienst. Terwijl er sprake is van systematisch overwerk bij de bodedienst, stellen b. en w. voor om daar toch te korten. Het Georganiseerd Overleg heeft terecht gezegd dat er, daar waar sprake is van overwerk en wanneer er ge kort wordt, geen sprake meer mag zijn van overwerk laat staan van uitbesteding van werk zaamheden. Toch zeggen b. en w. in dit geval: korten op de bodedienst, dus geen nadere rapportage maar direct uitvoeren. Wij vinden dat onverstandig en willen daarom voorst?b om daar waar gesnoeid wordt binnen het gemeentelijk personeel de "categorieën" allemaal te veranderen in: nadere rapportage. Met andere woorden, over al deze voorstellen wensen wij nogmaals en uitgebreider dan tot nu toe te spreken en dan ook in samenspraak met de mzc's. Dat geldt voor alle dienstenmaar zeker voor de voorstellen die zo onrijp zijn daar waar ze de secretarie betreffen De bezuinigingen zijn fors op het uitvoerend niveau en zijn fors voor veel instellingen. Het functioneren en de kosten van het bestuur worden nauwelijks kritisch doorgelicht. Met een 4% korting op de bijdrage aan de raadsfracties houdt het op. Geen vermindering op de post representatie, geen heroverweging van een voorlichtingscentrum voor f. 75.000,en geen bezuinigingen op het functioneren van het college van b. en w. In dit verband wil ik eraan herinneren dat nog geen jaar geleden er zelfs nog een discussie is gevoerd, deels om poli tiek-opportunistische redenen, om een zesde wethouder aan te stellen. Het gemak waarmee sommigen zeggen dat het wegbezuinigen van coördinatoren en medewerkers bij gesubsidieer de instellingen haalbaar is staat in schril contrast tot die discussie en tot het matig gevulde takenpakket van een tweetal wethouders waarover ons vooralsnog geen voorstellen hebben bereikt tot herwaardering. Ik kom bij onze moties. De eerste serie moties heeft betrekking op uitbreiding van het aan tal groepen dat niet onder de 4%-operatie dient te vallen gelet op de prioriteit die deze groe pen naar onze mening verdienen. De eerste motie gaat over het Project Mensen Zonder Werk en met name over de werkgerichte projecten, één van de hoofdprioriteiten van dit college. De motie luidt als volgt

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1987 | | pagina 7