10
lager maken. Ik begrijp dus niet hoe de VVD zo gemakkelijk over zo'n punt heen kan
stappen, ook al niet omdat zo iets voor de toekomst natuurlijk een precedentwerking kan
hebben naar andere wijken toe. Ik wil wat dat laatste betreft nu niet in details treden.
Wij gaan in grote lijnen akkoord met het plan van aanpak. Er is een grote „maar".
De huidige eigenares ziet de voorgestelde aanpak niet zitten, maar heeft na veel heen en
weer gepraat toegezegd wel te willen meewerken als de raad met het plan van aanpak in
stemt. Uit alles blijkt, uit brieven maar ook uit persoonlijke contacten, dat de huidige ei
genares eigenlijk wat doodgelopen is op deze problematiek. Een van de grote twijfels die
v/ij bij het huidige plan van aanpak hebben is de huidige beheersvorm. Het plan van
aanpak zoals dat thans op papier staat gaat nog steeds uit van beheer door en eigendom
van de Woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeel. Naar onze mening moet deze wo
ningstichting zo snel mogelijk worden verlost van deze molensteen. Zij heeft naast de
Meenthe al moeilijkheden genoeg. Deze molensteen moet zo snel mogelijk worden verwij
derd. Er moet dus snel een andere beheersvorm komen. Wij hebben het daar in de com
missie ook al over gehad. De beheersvorm kan variëren van verkoop aan andere woning
bouwcorporaties tot aan. Ik zal het hele rijtje niet meer noemen want dat heeft de heer
Ybema zojuist al gedaan. Onze suggestie is uiteindelijk om te denken aan particuliere
verkoop met een grotere kans op betrokkenheid, enz. Ik ga daar nu niet al te detaillis
tisch op in, want dat is in de commissie al gebeurd.
De wethouder heeft in de commissie een toezegging gedaan dat er, voordat tot her-
verhuur van de S8-flat zal worden besloten, duidelijkheid zal moeten zijn over de toe
komstige beheersvorm. Let wel, het is niet zo dat de beheersvorm onmiddellijk al gere
geld moet worden - daar gaat namelijk nog wel enig juridisch werk aan vooraf -, maar er
zullen duidelijke afspraken moeten worden gemaakt hoe wij een en ander in de toekomst
gaan doen, dus hetzij verhuur via andere woningbouwcorporaties hetzij via de Stichting
Studentenhuisvesting die nu ook in zicht is gekomen.
Uit persberichten blijkt - de heer Ybema heeft daar ook naar gerefereerd - dat deze
stichting een serieuze gegadigde is. Ik heb er natuurlijk niet in het minst bezwaar tegen
dat de Stichting Studentenhuisvesting, die leuke projecten in Leeuwarden heeft ontwik
keld die de woningcorporaties aanvankelijk lieten liggen, als een soort breekijzer in het
woningcorporatiewereldje wordt gebruikt, want dat heeft voordelen. Aan de andere kant
is het wel zo dat de Stichting Studentenhuisvesting zich op een heel specifieke groep
richt. Dat betekent dat, wanneer de Stichting Studentenhuisvesting de beschikking zou
krijgen over de S8-flat in de Meenthe, er dan sprake zal zijn van een vrij eenzijdige be
volkingssamenstelling met - want dat is nu eenmaal het aard van het beestje, de studen
ten/jongeren - veel verhuisbewegingen. Dat aspect zal op zich al hogere kosten met zich
meebrengen en eveneens het gevaar van het wederom afglijden. In dat opzicht ben ik
dus niet zo gelukkig met het werken in de richting van de Stichting Studentenhuisves
ting. Er is zojuist al om commentaar gevraagd op die persberichten. Ik wil mij daarbij
aansluiten.
Tot slot wil ik de raadsbrief nog even doorlopen. Wij gaan akkoord met de maatrege
len ter verhoging van de sociale veiligheid.
Er is al om een reactie gevraagd naar de stand van zaken betreffende de herhuisves
ting.
Op bladzijde 6 van de raadsbrief wordt onder punt c ingegaan op de spreiding van
financiëel risico als gevolg van uitstel van sloop en een nieuwe poging tot verhuur van
de S8-flat. Wij willen dat punt echt afhankelijk stellen van de toekomstige beheersvorm,
want er zouden ook wel eens andere financiële risico's kunnen opdagen. Misschien zijn
die risico's groter of kleiner, maar ze zijn in ieder geval anders. In principe kunnen wij
wel met dit punt akkoord gaan, maar de zaak is natuurlijk wel sterk afhankelijk van de
beheersvorm die je kiest.
Met de toepassing van een selectief toewijzingsbeleid gaan wij in dit noodgeval ak
koord. Bij de behandeling van het woonruimteverdelingssysteem is daar ook al het nodige
over gezegd.
Waar het ons dus om gaat is dat er niet tot verhuur wordt overgegaan voordat er
zekerheid is over de nieuwe beheersvorm. Dat is voor ons een hard punt.
De heer RozemaHet thans aan de orde zijnde onderwerp is uitgebreid besproken in
verschillende commissies. Het lijkt ook mij niet nodig om een uitgebreide beschouwing te
houden over dit plan. Mijn fractie staat positief tegenover de voor ons liggende voorstel
len, inclusief het niet slopen van de S8-flat. Vernietiging van een enorm kapitaal en 109
betaalbare woningen heeft beslist niet onze voorkeur. Ik wil toch nog twee opmerkingen
maken over voorwaarden die wij essentieel vinden voor het welslagen van dit plan.
Wil er weer een goed leefbare woonomgeving ontstaan dan zal er alles aan gedaan
moeten worden om problemen op te lossen en te voorkomen. Belangrijk is daarom er voor
te zorgen dat er een gevoel van sociale veiligheid ontstaat. Op bladzijde 5 van het rap
port wordt gesproken over intensivering van het politietoezicht. Een goede zaak. Het is
11
mij echter gebleken uit een artikel in het Friesch Dagblad van afgelopen donderdag en
daarna uit eigen informatie dat sinds de invoering van de politiereorganisatie na 17 okto
ber er niet meer maar minder aan begeleiding van deze wijk wordt gedaan. De sterkte is
gehalveerd. De wijk ziet de agent slechts één dag per week, en zelfs dat nog niet eens,
voor begeleiding voor de hele wijk Bilgaard en niet alleen, zoals voorheen, voor de
Meenthe. Van het wijkspreekuur komt niet veel meer terecht. Hoe denkt de wethouder er
voor te kunnen zorgen dat deze randvoorwaarde, genoemd op bladzijde 5 van het rap
port, in daden wordt omgezet? Zijn er al afspraken met de politie gemaakt? Wordt hierin
de wijkagent ook betrokken? Wie zal zitting nemen in de projectgroep? Wordt dat iemand
van de korpsleiding of wordt dat een politie-agent die de wijk kent?
In de tweede plaats wil ik opmerken dat wij met belangstelling de verdere ontwikke
lingen tegemoet zien wat betreft de verhuur/verkoop van de S8-flat. Het bewoningsbeleid
zal selectief zijn zoals vermeld staat in de nota. Wat ons betreft is de continuïteit van de
bewoning erg belangrijk. Op die wijze zal er eerder rust en een mate van sociale controle
ontstaan dan met een snel wisselende bevolking. Of bijvoorbeeld de Stichting Studenten
huisvesting daaraan tegemoet komt is voor ons een open vraag, die wij op dit moment
echter ook nog niet hoeven te beantwoorden. Wel wil ik graag van de wethouder weten
wanneer deze zaak in de commissie aan de orde komt.
Resumerend. Ik wil graag een antwoord op mijn opmerking over de intensivering van
het politietoezicht en het beleid ten opzichte van de S8-flat.
De heer Timmermans (weth.): Alle woordvoerders hebben aangegeven dat het voorlig
gende voorstel een voorstel is met een groot aantal onzekerheden. Niemand weet precies
hoe het uit zal werken. Dat is de context waarin wij, als het gaat om naoorlogse wijken
en met name om een probleembuurt als de Meenthe, zullen moeten werken. Alle fracties,
met uitzondering van de fractie van de heer De Beer, onderschrijven het voorliggende
voorstel. Ik vind het een goede zaak dat er sprake is van een brede raadsuitspraak als
het gaat om de aanpak van naoorlogse wijken en met name de Meenthe als voorbeeld
daarbinnen.
Mevrouw Jongedijk heeft gezegd dat haar fractie akkoord gaat met het plan van aan
pak. Zij wijst erop dat het van groot belang blijft - eigenlijk ligt die opmerking in het
verlengde van wat ik al eerder heb gezegd - om alert in te spelen op zich wijzigende si
tuaties. Ik heb dat zelf een soort barometer-aanpak genoemd. Wij weten dat het in het
plan van aanpak gaat om 98 te nemen maatregelen. Niemand weet precies welke maatregel
op welke wijze door gaat werken. Het is dus van groot belang de hele procesgang goed
in de gaten te houden en dat wij op elk moment de bereidheid hebben om eventueel ande
re wegen in te slaan. Dat is ook heel nadrukkelijk de lijn van het voorliggende voorstel.
De discussie is de laatste tijd vooral toegespitst op financieel-technische argumenten,
dat wil zeggen de consequenties van het handhaven van de S8-flat voor met name de al
gemene bedrijfsreserve van de Woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeel.
Mevrouw Jongedijk is van mening dat er met name sprake is van een sociaal verval
proces en dat de aanpak heel sterk geënt moet zijn op die sociale aspecten. Het plan
voorziet daar wel degelijk in. Het college is met mevrouw Jongedijk van mening dat de
sociale aspecten van groot belang zijn voor het welslagen van de verbeteringen. Zij heeft
de voorkeur uitgesproken om dat aspect te vertalen in het Sociaal-cultureel Plan, met an
dere woorden het geven van hogere prioriteit aan het opbouwwerk in deze wijk. Ik dacht
dat binnen het plan zoals dat er nu ligt de Meenthe binnen de wijk Bilgaard op een extra
hoofdcategorie is geplaatst en naar verhouding dus de meeste uren krijgt toegewezen. Of
dat voldoende is kunnen wij niet beoordelen. In de loop van het proces zal vanzelf blij
ken of dat aantal uren voldoende is. Als echt blijkt dat dat aantal uren onvoldoende is
dan is er wel weer een moment van nadere heroverweging.
Mevrouw Jongedijk heeft ingestemd met de voorgestelde selectieve woningtoewijzing en
heeft nogmaals benadrukt dat de vaststelling van de criteria zal moeten plaatsvinden in
de raad. Ik zeg toe dat dat gebeurt. In het concept-besluit staat geformuleerd: „in te
stemmen met de ontwikkeling van een selectief woonruimteverdelingsbeleid voor de Meen
the;". Wij komen daarover met een concreet voorstel terug bij de raad. Ik wil overigens
nu al opmerken - ik heb dat ook al in de commissie aangegeven - dat ik wat twijfels heb
over de hardheid van die te formuleren criteria. Het gaat mijns inziens vooral om per ge
val gebonden afwegingen. Wij zullen een poging ondernemen om de afwegingsprocedure zo
op te bouwen dat je kunt zeggen dat naar redelijkheid objectief gehandeld wordt. Het zal
uitermate moeilijk zijn omdat je veel praat over subjectieve elementen. De afwegingsproce
dure zal echter zo veel mogelijk geobjectiveerd moeten worden. Wij komen daar nog op
terug.
Mevrouw Jongedijk heeft ook gevraagd hoe het staat met de herhuisvesting. Ik weet
niet wat exact de laatste stand van zaken is. Wel is het zo dat er overleg is geweest met
de bewoners van de S8-flat. Ik heb begrepen dat er in overgrote mate bereidheid bestaat
om in dat verband medewerking te verlenen. Er ligt thans een concreet voorstel van de