10
verkeersluwe gebieden. In de raadsbrief is aangegeven dat wij dat rapport vandaag zou
den behandelen, maar ik heb begrepen dat daar vanmiddag pas in de Commissie voor
Openbare Werken en Milieu over is gesproken. Behandeling in de raad zal dus later
plaatsvinden.
Het derde punt dat onderdeel van de discussie vormde in de commissie was het doe-
het-zelf-project van de SVK. Wij zijn blij dat er wat dat betreft een oplossing is gevon
den. Wij wachten de consequenties daarvan af bij het herverdeelbesluit in augustus.
De heer Timmermans (weth.): Ik constateer dat alle fracties instemmen met het besluit
zoals dat voorligt, met uitzondering van een enkel punt waar ik direct op terugkom.
De heer Ten Hoeve heeft aangegeven dat wat zijn fractie betreft met name de plan-
kosten, die toch een fors deel uitmaken van het totale budget dat voor de stadsvernieu
wing beschikbaar is, nadrukkelijk in de gaten gehouden moeten worden.
Hij onderschrijft het project- en contactgroepensysteem dat wij in onze gemeente han
teren als wijze waarop het overleg met bevolking en andere belanghebbenden in wijken in
de stadsvernieuwingsgebieden wordt gevoerd. De heer Ten Hoeve heeft daarbij terecht
aangegeven dat in wijken waar in uitvoeringstechnische zin de stadsvernieuwing ten einde
loopt - wij kennen in dat verband gelukkig al een aantal wijken in onze gemeente - voor
zichtiger moet worden omgegaan met het maar doorgaan met het in veelvoud vergaderen. Het
college onderschrijft die benadering. Er is al een eerste inventarisatie gemaakt in welke
wijken bestaande contactgroepen opgeheven zouden kunnen worden. Daar moet echter wel
iets tegenover staan. Voor wijken die het stadsvernieuwingsproces hebben doorgemaakt
en derhalve als normale wijken moeten worden gekenschetst moet een overlegsystematiek
komen die ook voor de andere niet problematische wijken aan de orde is. In de nota be
treffende bewonersparticipatie en buurtbeheer worden daarover voorstellen gedaan. Re
cent is gevraagd hoe de stand van zaken is met betrekking tot die nota. Op zeer korte
termijn, ik meen eind februari, komt de nota ter behandeling in de raad. Op basis van
de voorstellen die in die nota worden gedaan kunnen wij ook voor die wijken een goede
overlegstructuur behouden.
Alle woordvoerders hebben gesproken over de 200.000,die al dan niet versluierd
in de raadsbrief zou zijn opgenomen. Ik heb reeds een- en andermaal uitgelegd dat, voor
zover het beeld van versluiering naar voren is gekomen, dat zeker niet de bedoeling is
geweest van het college. Wij gaan er vanuit dat de raad dat toch altijd zou hebben ont
dekt. Er is dus geen enkele aanleiding om op die manier dat gokje te wagen. Zo gaan wij
natuurlijk ook niet met elkaar om. Er is wel sprake van verschillende procesgangen, in
die zin dat het bedrag van twee ton zijn vertaling zou moeten krijgen zowel in dit ver
deelbesluit als in de herwaarderingsopdracht die in 1987 door de raad aan de DSO is ge
geven als in de begroting die recent is vastgesteld. Overal zou dat bedrag naar voren
moeten komen.
Het was de bedoeling omvooruitlopende op de begrotingsbehandeling en op de be
handeling vanavond van het verdeelbesluit, afzonderlijke besluitvorming te plegen over
de herwaarderingsopdracht aan de DSO. Die besluitvorming heeft door een veelheid van
redenen niet zo snel plaats kunnen vinden als de procesgang voor wat betreft het ver
deelbesluit. Het thans voorliggende verdeelbesluit moet worden genomen, omdat wij an
ders zonder geld zitten om dit jaar met de stadsvernieuwing door te gaan. Het is dus
niet zo dat het college de raad een rad voor de ogen heeft willen draaien of stilzwijgend
iets zou willen doen. Er zijn gewoon verschillende processen geweest die niet helemaal op
de juiste volgtijdige wijze hebben plaatsgevonden. (De heer Ten Hoeve: Dat wordt de
volgende keer beter!) Ik ga er vanuit dat de volgende keer dit probleem er niet is.
Ik kom dan bij de inhoudelijke discussie of het verantwoord is om de jaarlijkse stor
ting van de gemeente in het Fonds stadsvernieuwing met 200.000,te verlagen. Wij
moeten goed in de gaten houden dat het fonds tot op heden is gebaseerd op vernieuwing
van de vooroorlogse wijken. Er is in dat verband een optelsom van mogelijke activiteiten
gemaakt waar een financieel verhaal aan is gekoppeld. De 200.000,bezuiniging heeft
nadrukkelijk geen betrekking op bezuinigingen ten opzichte van eerdere besluiten die wij
hebben genomen als het gaat om de naoorlogse wijken. Het bedrag dat in 1986 als stel
post voor naoorlogse wijken is opgenomen blijft gehandhaafd. Over de termijn van 10 jaar
blijft er 10 miljoen gulden beschikbaar voor de naoorlogse wijken.
Nogmaals, de bezuiniging - als je dat zo zou mogen formuleren - heeft geen betrek
king op eerder genomen besluiten ten aanzien van naoorlogse wijken, maar heeft uitslui
tend betrekking op onderdelen van de activiteiten die gepland zijn voor de vooroorlogse
meer traditionele stadsvernieuwing. Een en ander heeft ook betrekking op activiteiten
waarvan het college vindt dat die, gelet op de ontwikkelingen in de afgelopen jaren, be
perkt moeten worden. De raad heeft een notitie gehad waarin staat dat de bezuinigingen
vooral betrekking hebben op subsidies aan derden in latere jaren. Dus de eerste jaren is
daar nog geen sprake van.
Niettemin kan geconstateerd worden dat wij met de introductie van de stelpost naoor
logse wijken van gemiddeld 1 miljoen gulden per jaar niet anders gedaan hebben dan een
eerste voorzichtige raming van wat op voorhand sowieso nodig lijkt te zijn om de proble
matiek van de stadsvernieuwing in naoorlogse wijken, die veel sneller op ons afkomt dan
wij een aantal jaren geleden dachten, enigszins in de hand te houden. Gelet op de dis
cussies die de afgelopen maanden hebben plaatsgevonden kan je constateren dat steeds
nadrukkelijker vanuit de naoorlogse wijken in de richting van het gemeentebestuur stel-
lingnames worden ingenomen die wijzen op een achterstand in het leefklimaat in deze wij
ken. Met de woordvoerders die hier eerder terecht op hebben gewezen is het college van
mening dat het spijtig is dat wij nog geen beeld hebben - de verklaring daarvoor is be
kend - van wat de omvang van de problematiek in de naoorlogse wijken is. De capaciteit
van de gemeentelijke organisatie blijkt nu eenmaal onvoldoende te zijn. Tijdens de begro
tingsbehandeling is daar ook al over gesproken, terwijl in het voorliggende verdeelbesluit
ter zake voorstellen worden gedaan. Wij hebben externe ondersteuning nodig en dat be
sluit is nu genomen.
Voor de zomer hopen wij een rapportage gereed te hebben. Je kunt natuurlijk niet
zeggen - dat is ook nooit de bedoeling geweest - dat er voor 1 miljoen gulden een plan
moet komen. Wij hebben te maken met een problematiek die wij analyseren. Wij kijken wat
de consequenties zijn als wij dingen wel of niet doen. Op dat moment moet er dus een
keuze worden gemaakt hoeveel geld er ten behoeve van de naoorlogse wijken noodzakelijk
geacht wordt.
Het college neemt op dit moment kennis van de duidelijke stellingname van de PvdA-
fractie datwanneer uit de rapportage blijkt dat er extra middelen nodig zijn boven die 1
miljoen gulden, die extra middelen beschikbaar gesteld kunnen worden. Op het moment
van verschijnen van de rapportage zal de discussie moeten volgen in welke mate dat dan
zal moeten plaatsvinden. Op dit moment neemt het college kennis van die stellingname. Te
zijner tijd zal het college in dat kader ook met een voorstel voor dekking moeten komen
- dat ligt voor de hand - want wij praten dan over nieuw beleid.
Alle fracties hebben aangegeven dat de problematiek ten aanzien van de naoorlogse
wijken hen met zorg vervult en dat de rek in het huidige stadsvernieuwingsfonds er wel
uit lijkt te zijn.
De heer Van der Wal heeft aangekondigd dat hij ondanks mijn woorden, met name in
de commissie, voornemens is een motie in te dienen met betrekking tot de bezuiniging van
200.000,Ik wacht die motie af.
De heer Ten Hoeve: De wethouder heeft mij naar tevredenheid beantwoord.
In de richting van de heer Van der Wal wil ik zeggen dat ik in zijn verhaal iets voel
van kwade trouw, van het op een bepaalde manier willen scoren of van niet willen luiste
ren. Ik wil gewoon herhalen wat ik namens mijn fractie heb gezegd. De PvdA-fractie
spreekt nu al uit dat wij afhankelijk van het rapport over de naoorlogse wijken indien
nodig extra middelen beschikbaar willen stellen. Dat moet duidelijk genoeg zijn. Als de
heer Van der Wal dan nog mompelt dat er kennelijk fractie-discussie is geweest dan word
ik helemaal kwaad. In onze fractie vindt discussie plaats en dat vinden wij gezond. Ken
nelijk vindt er in de PAL-fractie geen discussie plaats en dat vind ik ongezond.
De heer Sijbesma heeft gezegd dat er bij de begroting over de bezuiniging van twee
ton gesproken had moeten worden. Ik ben dat niet met hem eens. Het college heeft aan
gegeven dat vanavond het besluit over het verdeelbesluit inclusief de twee ton bezuini
ging genomen zal worden. Het is niet de schuld van mij of van mijn fractie dat deze din
gen niet synchroon met elkaar zijn gelopen. Maar dat geldt ook voor een aantal andere
zaken die nog op ons afkomen. Ik heb al gezegd dat de procedure door dit alles natuur
lijk wel heel ondoorzichtig is geworden.
De heer Van der Wal: Onttrekkingen uit het Fonds stadsvernieuwing lopen zoals het
nu gepland is tot en met 1995. Onze eigen stortingen lopen door tot en met het jaar 2000.
Ik hoor 2001. Wel dat varieert dan, want de ene keer is het 2002, vervolgens 2003 en nu
weer 2001. Hoe minder wij dus nu storten, hoe langer wij er aan vastzitten. Nu kan je
natuurlijk zeggen dat er sprake is van korte termijn politiek en dat een volgend college
of een volgende raad zich er maar mee moet redden. (De heer Ten Hoeve: „Wij" is PAL.)
Het lijkt ons onverantwoord om te zeggen dat een volgende bestuurlijke generatie daar
zich maar mee moet redden, ook gezien in het licht van de opzet die wij halverwege de
jaren zeventig hebben uitgedokterd. Wij zijn na 1995 nog lang niet uit de problematiek
van de naoorlogse wijken. Die begint dan pas wat de praktische uitvoering betreft voor
de volle 100% op ons af te komen. Wij hebben daar dan geen eigen geld voor, want wij
moeten nog tot het jaar 2001 de lasten van de traditionele stadsvernieuwing betalen.
Ondertussen lopen wij echter op het gebied van stadsvernieuwing/-beheer ook tegen
allerlei financiële drempels aan. De nota Verkeersluwe gebieden. Het aanvankelijke plan
was overal 30 km-zones; dat zou het mooiste zijn. Kosten 20 miljoen gulden. Daarvan
hebben wij gezegd dat dat natuurlijk nooit valt te betalen en dat wij uitgaan van een