- 10 - heel nadrukkelijk onderdeel is het afsluiten van de Esdoornstraat. Ik denk dan dat wij nu niet meer in de positie zitten om te zeggen dat het misschien wel wat meevalt, terwijl al jarenlang gezegd wordt dat het niet meevalt. Ik vind het volstrekt onlogisch om nu te gaan zitten vertel len dat de Esdoornstraat noodzakelijkerwijs moet blijven aansluiten op de Kanaalweg. Als ik constateer dat al het andere verkeer - fietsers, voetgangers en dergelijke - nog even gemakke lijk van die route gebruik kan maken en dat al leen het autoverkeer, waarvoor een parallelweg de Kanaalweg - is aangelegd, nu niet meer gebruik kan maken van een doorgaande route, dan staan volgens mij de bezwaren tegen het afsluiten van de Esdoornstraat in absoluut geen verhouding tot de voordelen. De heer Sijbesma heeft een kanttekening geplaatst bij het feit dat wellicht ten gevolge van de vroegtijdige afsluiting van de Esdoornstraat het nog niet gereconstrueerde kruispunt van de Kanaalweg met de rondweg onvoldoende capaciteit zal hebben. Ik wil ook nu weer verwijzen naar de proef die wij hebben genomen. Daaruit blijkt dat het nog te reconstrueren kruispunt op zichzelf voldoende capaciteit heeft. Ik erken echter dat, als de Egelantierstraat afgesloten is, er dan sprake is van een extra toevloed. Er is dus alles aan gelegen om die twee momenten zo dicht mogelijk bij elkaar te doen zijn. Het lijkt mij echter niet verstandig om nu alles weer los te gaan koppelen of daarvan afhankelijk te maken. Het is inderdaad ons voornemen om in 1990 dat kruispunt te reconstrueren. Eén jaar is dan eigenlijk een heel korte periode tussen de beide maatregelen. De heer Rozema heb ik reeds beantwoord met mijn voorgaande opmerkingen. De heer Ybema haalt terecht nog een keer naar voren het punt - de heer Heins heeft dat ook nog eens aangegeven - dat tijdens de commissiebehandeling, nadat wij aanvankelijk het compromis van de wijken hebben vertaald in wegverdraaiingen en dergelijke, vanuit het wijkcomité is ge zegd dat men meer effect verwacht van verkeersdrempels. Ik heb toen gezegd dat dat technisch gezien een even goede mogelijkheid zou zijn die inderdaad goedkoper is en wellicht opening biedt om binnen het budget dat beschikbaar is te kijken of, als bedoelde maatregel wordt geno men, het fietspad dan meegenomen kan worden. Alleen de prijs die daaraan verbonden is is wel licht te hoog om binnen het budget te worden gerealiseerd. Maar dat zal worden bekeken ook In overleg met de buurten. Het zal duidelijk zijn dat wij die toezegging gewoon gestand doen. Als dat een betere oplossing is voor hetzelfde effect, dan zullen wij dat niet nalaten. De heer Ybema heeft ook een pleidooi gehouden voor de tussenoplossing, figuur 4. De heer Heins pleit voor oplossing 5. Theoretisch is model 5 met de bajonetaansluiting de beste oplos sing. Het is ook een oplossing die wij op andere plaatsen, wanneer het gaat om bereikbaarheids- routes of ontsluitingsroutes naar de rondweg, hanteren. Wij hanteren dan geen doorgaande over steken, maar maken gebruik van een bajonetaansluiting omdat dat een betere oplossing is. Alleen, en dat heb ik ook aangegeven, er ligt nog een optie op dat stukje Coopmansstraat en zolang die er ligt zien wij geen kans om zonder geweldig financiële problemen oplossing 5 na te streven. Op het moment dat die optie er niet meer is zul je weer heel nadrukkelijk moeten gaan kijken naar die oplossing. Met andere woorden - ik zeg dit in de richting van de heer Ybema - de definitieve oplossing van de reconstructie van het kruispunt Egel antierstraat-Coopmansstraat met de rondweg staat vanavond als zodanig niet ter discussie. Wij besluiten alleen over de eerste fase. Over de inrichting en de financiering/dekking van de tweede fase, waaronder dit kruispunt, komen wij nog nader bij de raad terug. In dat kader kunnen wij dan achtslaan op de opmerkingen die tot nu toe zijn gemaakt. Ik dacht, voorzitter, dat ik hiermee de verschillende vragen heb beantwoord. De heer De Beer: Het is op zichzelf natuurlijk hoogst Indrukwekkend dat twee wijkvereni- gingen die in het begin nogal tegenover elkaar hebben gestaan uiteindelijk een compromisvoor stel hebben gemaakt. Ik heb daar ook wel waardering voor, maar uiteindelijk moeten wij hier toch met elkaar beslissen wat er gebeurt. Het is niet zo dat wij nu kunnen zeggen van: De wijk— verenigingen zijn het met elkaar eens en dus moet het maar zo gebeuren. De argumenten van de wethouder hebben mij en mijn fractie niet kunnen overtuigen. Wij zijn van mening dat de Es- doornstraat open moet blijven. Wij stemmen derhalve tegen punt I, sub b, van het besluit. - 11 - De heer Heins: Wij zijn er in principe niet op tegen om een of andere maatregel te treffen waardoor de Esdoornstraat niet een voordeur wordt van Camminghaburen. Dat er maatregelen in de Esdoornstraat genomen moeten worden staat voor ons wel vast. Het punt is echter de wijze waarop je dat doet. Er is wellicht nog te praten over de vraag of er sprake zal zijn van een volledige afsluiting waardoor er totaal geen gemotoriseerd verkeer meer vanaf één kant kan komen. Ik heb begrepen dat de wijze waarop de afsluiting gerealiseerd moet worden nog een keer in de Com missie voor Openbare Werken en Milieu aan de orde komt. De heer Timmermans (weth.): Ik wil de laatste opmerking van de heer Heins bevestigen dat de wijze van afsluiting nog in de commissie aan de orde komt. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat de leden van de fracties van VVD en GPV/RPF/SGP wensen te worden geacht te hebben gestemd tegen punt I, sub b, van het besluit. Punt 12 (bijlage nr. 280). De Voorzitter: Aan de orde is Maatregelen ter bestrijding van de verontreiniging door hon denuitwerpselen. In het ontwerp-besluit nummer 15674 moet in punt I een wijziging worden aange bracht. In punt 2 van artikel C67 staat: "Het in het eerste lid genoemde verbod..." Het woord "verbod" moet worden gewijzigd in "gebod". De heer Rozema: Mijn fractie is tevreden met de voorgestelde maatregelen. Het is een uit gebreid pakket maatregelen dat ervoor moet zorgen dat onze stad wat schoner wordt. De voorstel len kunnen worden verdeeld in controle- en sanctiemaatregelen enerzijds en preventieve maatre gelen anderzijds. Beide onderdelen van dit voorstel zullen gerealiseerd moeten worden. De na druk dient daarbij gelegd te worden op het aspect voorlichting c.q. mentaliteitsverandering. Wat betreft de controle. Het zou aan te bevelen zijn ook, indien mogelijk, de parkeerpoli tie hierbij in te schakelen. Graag hierover de mening van het college. Over de afzonderlijke voorstellen zelf wil ik het nu niet meer hebben, want die zijn reeds voldoende besproken in allerlei commissies- Mijnheer de voorzitter, het zal nog wel even duren voordat wij er niet meer intrappen, maar wij zijn op de goede weg. De heer Dubbelboer: Mijn fractie is het van harte eens met het totale pakket aan voorstel len dat er nu ligt: Een poging om wat te doen, zoals dat zo netjes heet, aan de bestrijding van overlast door hondenuitwerpselen. Wij dringen erbij het college op aan om snel en adequaat tot uitvoering van dit programma over te gaan en daarbij uitdrukkelijk ook aandacht aan het toezicht te besteden. Wij realiseren ons als fractie evenwel dat er weer een onderwerp bij is dat op het totale politiekorps gaat drukken. Wij wensen het college veel wijsheid toe bij de beslissing waar deze taak nu exact in het politiekorps moet liggen. Onze fractie is er heilig van overtuigd dat dat toezicht er moet zijn wil men deze maatregelen kunnen effectueren. Wij dringen er dan ook met klem op aan om daar de nodige aandacht aan te besteden. De heer Meerdink: Na de door de voorzitter aangebrachte wijziging kunnen wij in ieder ge val instemmen met het voorstel. Wel heeft het voorstel een paar vragen bij ons opgeroepen. In

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1988 | | pagina 6