- 12 - meer haltes moeten aanleggen denk ik. Dat is ook een aspect dat mee moet gaan tellen. Dank u wel De heer Rozema: Mijnheer de voorzitter, mijn fractie gaat akkoord met dit onzes inziens goede voorstel. Ik heb daarbij twee opmerkingen. De Leeuwerikstraat is niet meer opgenomen in de nieuwe route. Deze weg zou geasfalteerd worden om geluidsoverlast door de bussen te verminderen. Dit betekent echter wel de ondergang van de rijen bomen die daar staan. Bovendien wordt het karakter van deze straat nogal aangetast en bestaat de kans dat er een soort snelweg ontstaat. Asfalteren lijkt mij nu deze plannen er liggen niet meer nodig. Graag hierover de mening van het college. In de tweede plaats heb ik een vraag over de route door het Westeinde. Verschillende vra gen heb ik gekregen van verontruste mensen over de busroute door de Douwe Kalmaleane. Er wordt dan gewezen op het drukke verkeer en het gebruik van de weg door de leerlingen van de RSG. Er is eventueel een alternatieve route te bedenken. Wellicht de route die door de heer Ybema naar voren is gebracht. Ik wacht met belangstelling wat dat betreft het antwoord van de wethouder af De heer Sljbesma: Mijnheer de voorzitter, wij zijn het eens met het voorliggende voorstel. Het plan is breed in de inspraak geweest. Wij hebben ook in de Commissie voor Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting hier uitgebreid over gesproken. Er zijn ook daar een aantal knelpunten aan de orde geweest. Wij hebben vooral het probleem gewogen van het Val eriuskwartier. Wat dat betreft hebben wij genoegen moeten nemen met de toezegging van de wethouder dat geprobeerd zal worden om daar het lokale busverkeer langs te laten rijden om zo een stukje van die pijn daar op te kunnen lossen. Wij staan achter dit voorstel. Overigens wacht ik het antwoord van het college af op een paar vragen die zijn gesteld naar aanleiding van nagekomen brieven. De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, ik constateer dat de raad instemt met het voorlig gende^ voorstel met uitzondering van enkele knelpunten en van oordeel is dat het plan een aantal verbeteringen inhoudt. Wat dat betreft kunnen met name worden genoemd de wijk Camminghaburen, het MCL en de Frieslandhal, die toch wel met dit nieuwe voorstel zijn gediend. Mevrouw Van Ulzen heeft vragen gesteld over de situatie rond de Douwe Kalmaleane. Ik kom daar straks iets uitgebreider op terug bij de beantwoording van met name het betoog van de heer Ybema. Zij nodigt vervolgens het college uit om nog eens te kijken als ik haar goed begrijp naar de mogelijkheid om de voorziening van het openbaar vervoer met name in de richting van het Dienstencentrum Huizum te verbeteren. De afstand van het dienstencentrum tot de dichtstbijzijn de bushalte is volgens haar 300 meter. Ik kan dat niet helemaal overzien, maar ik heb zelf de indruk dat de afstand aanzienlijk geringer is dan de 300 meter waar wij het hier over hebben. (Mevrouw Van UIzen-HakkerHet is uitgemeten!) Ik ga dat niet bestrijden, maar nogmaals mijn indruk is dat de afstand veel korter is. Het probleem van Huizum-West is een beetje dat het een dicht verkavelde buurt is waar op dit moment een tweetal bussen zich langs vrij onlogische wegen doorheen persen. Niet alleen is dat onlogisch vanwege het soort wegen dat bereden wordt, maar met name ook omdat het niet echt helder in de totale opbouw van de wijk past. Wat nu geprobeerd is - dat is ook onderschreven door de wijkvereniging - is om voor de meest daarvoor in aanmerking komende centrale weg voor de hele wijk een heldere oplossing te bedenken. Of daarbij expliciet ook gekeken Is naar het dienstencentrum kan ik nu niet beoordelen. Als het principe is dat alle straten in een derge lijke wijk op maximaal 300 meter van de bushalte liggen, dan zou dat betekenen dat, als mevrouw Van Ulzen gelijk heeft, een groot deel van Huizum-West geen gebruik zou kunnen maken van die bus. Dat zou volstrekt strijdig zijn met de onderliggende modellen die hieraan ten grondslag - 13 - hebben gelegen. Als de situatie echt is zoals mevrouw Van Ulzen die schetst, dan moeten wij nog eens kijken of er een kleine verschuiving mogelijk is. Ik geef nu alvast aan dat er in het systeem zoals wij dat hier met elkaar vaststellen niet veel ruimte zit. De heer Ybema, voorzitter, heeft nogmaals een groot aantal argumenten op tafel gelegd met betrekking tot de problemen die zijn gerezen met enerzijds het Va I er i uskwart ier en anderzijds de wijk Westeinde. Het lijkt mij niet verstandig dat ik daar even uitgebreid als de heer Ybema gedaan heeft op in ga, omdat een groot aantal van deze zaken uitgebreid in de commissie aan de orde is geweest. Om nu herhaling van zetten te gaan plegen lijkt mij niet verstandig. Toch een paar opmerkingen. Geconstateerd wordt dat in het nieuwe vervoersplan het busvervoer in het VaIeriuskwartier achteruit gaat. In de commissie is dat ook aangegeven. Vastgesteld moet worden dat op dit mo ment het Val eriuskwartier een buitengewoon goede verbinding via lijn 3 heeft. Bij de nadere af weging van belangen moet echter ook worden geconstateerd dat het vervoersaanbod vanuit die wijk het slechtste Is van alle wijken. Ik laat in het midden wat de verklaringen daarvoor zijn. Als je vervolgens binnen een bepaald budget moet woekeren om zo veel mogelijk bereikt te krijgen, dan kies je toch voor die situatie waar de meeste vervoersvraag is, althans die geef je priori teit. Zoals gezegd moet geconstateerd worden dat het Valeriuskwartier er objectief gezien van alle andere situaties het meest op achteruit gaat. Bovendien zijn er delen van die wijk die niet voldoen aan het gewenste "fatsoens"-criteriurn van maximaal 300 meter tot de bushalte. Wij hebben daarnaar gekeken, maar wij zien binnen de budgettaire mogelijkheden daartoe geen oplos singen. Bovendien ben je sterk afhankelijk van de rijtijd die beschikbaar is. Wil je in een transversaal systeem waar wij het hierover hebben in één uur drie bussen permanent heen en weer kunnen laten rijden - dat is toch de grens waarbinnen je je beweegt -, dan kom je hoe dan ook tot een andere oplossing dan de oplossing zoals die nu door de heer Ybema wordt gedaan. De enige poging die wij kunnen ondernemen is om de bussen van het streekvervoer niet meer over de Troelstraweg te laten rijden maar via de Har Iingerstraatweg en de Valeriusstraat. Daar mee creëer je wellicht een ander probleem, namelijk de bereikbaarheid van het Bonifatiushospi- taalVan de andere kant wil ik aangeven dat daarvoor de nieuwe lijn 3 een goede oplossing kan bieden, omdat in de toekomst de toegang van het complex veel meer op de JeIsumerstraat zal woi den geconcentreerd. Aan de achterzijde van het complex zijn wat dat betreft wel weer mogelijk heden. (De heer Ybema: Ik wil graag even interrumperen, voorzitter. De wethouder zegt dat er is geprobeerd om die zaak binnen de rijtijd te krijgen maar dat dat niet gelukt is. Dat komt bij mij toch wat over als een bewering. Ik heb het traject zelf nagereden en ik kom uit op een kor tere route en dus een geringere rijtijd. Ik kom die variant ook niet tegen in de studie- Volgens mij is die variant gewoon niet meegenomen.) Ik heb het nu over het Boni fatiushospitaal maar ik kom dadelijk op de Douwe Kalmaleane, want dat lijkt mij toch de belangrijkste ingang voor de bespreking van het alternatief van de heer Ybema. Los van de mogelijkheden die er even tueel zouden zijn als wij het alternatief van de wijk Westeinde zouden overnemen, erken ik dat dat met name voor het centrale deel van het Val eriuskwartier een betere oplossing zou kunnen bieden. Dan het belangrijkste nieuwe element - er zijn in de commissiebesprekingen al erg veel argumenten genoemd -, namelijk het feit dat de heer Ybema met zijn eigen auto het traject heeft gereden. Hij heeft gelijk als hij constateert dat zijn gedachte niet in de basismodellen voor komt, want een en ander is niet passend in ons openbaar vervoerssysteem. Daarin wordt gesproken van transversale systemen, dat wil zeggen dat de bussen altijd over dezelfde weg heen en terug van het uiterste punt in de buitenwijk tot het centrum van de stad rijden. Het voorstel van de heer Ybema is een soort ringsysteem waarbij de bus bovendien in enige richting blijft rijden. Nadat vanuit de wijken dit voorstel is gedaan - want dat is toch ook de functie van inspraak - heeft de busmaatschappij alsnog dat traject gereden. Mij is gemeld - ik heb dat uiteraard niet zelf gedaan - dat dat betekent dat binnen het systeem zoals wij dat vaststellen voor alle lij nen die ruimte er financieel en in tijd niet is. Ik moet daar gewoon vanuit gaan, voorzitter. Van die zijde was de conclusie dat - los van een ander overwegend argument waar ik straks nog op kom -, wil je het traject rijden zoals de heer Ybema voorstelt, dat betekent dat er een extra bus ingezet moet worden met dus ook een extra chauffeur. Een en ander betekent al gauw een ton of meer in de exploitatie van ons openbaar vervoersstelselIk heb duidelijk begrepen

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1988 | | pagina 7