- 10 -
Volgens de plannen zal he+ plein worden voorzien van een grasveld, bomen en een haag. In
de raadsbrief staat: "Naar verwachting zal deze beplanting door de eerdergenoemde maatregelen
goed kunnen gedijen." Mijn vraag aan de wethouder is: Hoe diepgaand is het onderzoek geweest?
Want als het alleen een verwachting is die je uitspreekt en als je denkt dat het wel goed zal
gaan - dus een beetje natte vingerwerk dan zitten wij natuurlijk over een paar jaar weer
voor een aantal financiële aspecten. En daar zou ik bezwaar tegen hebben.
Het tweede punt waar ik op in wil gaan is de opmerking dat de kosten van deze operatie
f 70.000,zullen bedragen. Ik neem aan en Ik ga er ook vanuit dat het ambtelijk apparaat die
zaken goed heeft onderzocht. In de raadsbrief staat dat de Woningstichting Patrimonium deze
f 70.000,voor haar rekening wil nemen. Mochten die kosten echter aanmerkelijk hoger zijn dan
komt de gemeente natuurlijk wel voor die kosten te staan.
Ik wil dus graag de volgende twee vragen beantwoord zien. Hoe diepgaand is het onderzoek
geweest zodat het plein werkelijk een mooi plein zal worden dat aan de verwachtingen voldoet.
De wethouder hoeft dan niet te zeggen dat hij ook niet in de toekomst kan kijken, want ik weet
ook best dat er wat dat betreft een marge is. Maar een diepgaand onderzoek kan verder gaan dan
een verwachting uitspreken. In de tweede plaats wil ik graag weten wat er gebeurt als het
bedrag van f 70.000,wordt overschreden.
De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, het gaat over onvoldoende onderzoek in de Jaren
zeventig in relatie tot de vraag of er wel diepgaand onderzoek heeft plaatsgevonden in de jaren
tachtig. Het is niet zo, want dat moeten wij ons toch wel realiseren, dat in de jaren zeventig
ten aanzien van de herinrichting van het Jacobijnerkerkhof over één nacht ijs is gegaan. Inte
gendeel, er zijn uitgebreide studies geweest over hoe dat plein ingericht zou moeten worden. Er
waren twee inrichtingsmodellen. In het eerste Inrichtingsvoorstel was sprake van een buurtin-
richtlngskarakter met daarbij enige terugverwijzing naar het voormalige kerkhof dat daar is
geweest en de omsloten muur rond het Kromme Jat. In het tweede inrichtingsvoorstel was sprake
van het ontwikkelen van dit toch wat achtergelegen buurtplein tot een stadsplein. Het tweede
InrIchtingsvoorste! is overgenomen en daardoor is die prachtige Italiaanse bestrating met keien
er gekomen. Die inrichting is dus heel bewust gekozen.
Er moet echter worden geconstateerd dat ten gevolge van onder meer bestemmingsplanwijzi
ging bepaalde bebouwing is blijven bestaan. Ik verwijs naar het voormalige Elisabethklooster
dat aanvankelijk gesloopt zou worden en waardoor er een andere plelnvorm zou komen, maar dat is
om de u wel bekende redenen niet doorgegaan. Bovendien kan geconstateerd worden dat op dit mo
ment de ruimtelijke werking van dat gebied niet voldoet aan de ideeën die men destijds had. Het
gaat niet aan om te zeggen dat er onvoldoende onderzoek heeft plaatsgevonden. Men wist precies
waaruit de keuze bestond. Er is een keuze gedaan en de praktijk heeft geleerd dat die toch niet
de beste oplossing heeft geleverd.
Zowel vanuit de ambtelijke organisatie als ook vanuit de bewonersorganisatie Is gezegd dat
deze inrichting niet werkt en dat er eigenlijk een "groener" plein zou moeten komen. Vervolgens
is onder meer ook naar aanleiding van de plaatsing van het Joods monument een studie gedaan
naar de mogelijke verbetering van de grondslag ten behoeve van het aanbrengen van meer groen.
Er stonden al boompjes, maar u hebt kunnen zien wat een kwijnend bestaan die hebben gehad. De
meeste boompjes gingen iedere keer dood en men bleef maar aan de gang met vernieuwing.
Voor zover ik het kan overzien is het onderzoek voldoende diepgaand geweest. De motieven
zijn bekend, namelijk de grondwaterstand en de grondslag. Er is een voorstel gedaan. Ik ga er
vanuit dat op grond van dit voorstel er op gerekend mag worden dat het een groene situatie zal
blij ven
Wat gebeurt er als de kosten hoger zijn dan f 70.000,--? Volgens mij is de consequentie
dat de meerkosten uit de gemeentelijke begroting zullen komen, misschien wel ten laste van de
post Onvoorzien in het kader van het stadsvernieuwingsfonds. Ik ga er echter vanuit dat dat
niet aan de orde Is, want de opdracht is om dit plan binnen die f 70.000,te realiseren.
De heer Bijkersraa: Voorzitter, ik begrijp wel dat er in de jaren zeventig een uitgebreide
studie is geweest en dat die misschien wat minder diepgaand is geweest dan nu het geval is. Ik
- 11 -
breng deze zaak juist naar voren omdat de gemeenteraad toch wel goed moet beseffen dat datgene
wat wij hier beslissen altijd ten koste van geld van de burgerij gaat. Ook al is er een uitge
breid onderzoek geweest en ook al is er uitgebreid over gediscussieerd, wij moeten eens In de
gaten houden dat wij niet alleen maar moeten kijken naar het fraaie en naar wat misschien de
helft plus één wil. Wij moeten ook eens naar de financiële sector, de centen, kijken. Daar wiI
ik graag wat meer aandacht voor vragen en dat heb ik op deze wijze gedaan.
De heer Timmermans (weth.): Ik denk dat wij het echt wel met elkaar eens zijn. De sugges
tie alsof wij vaak beslissingen nemen die binnen een korte periode teruggedraaid moeten worden
is echter niet Juist.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 11 (bijlage nr. 40).
De Voorzitter: Aan de orde is Nadere besluitvorming inzake de problematiek rond de S8-flat
in de Meenthe. Met betrekking tot dit punt is op uw tafels neergelegd een schrijven van het
Platform Eén- en tweepersoonshuishoudens Leeuwarden (PEL) van 10 februari J.l«
Mevrouw Jongedijk-Welles: Mijnheer de voorzitter, wij kunnen met elkaar vaststellen dat
met de beslissing die nu voorligt het plan van aanpak voor de Meenthe voor wat betreft de
S8-flat niet gehaald is. Met uitzondering van de VVD-fractie was iedereen het er in deze raad
over eens dat deze goedkope woningen niet onttrokken moesten worden aan de woningmarkt en dat
binnen de financiële grenzen alles geprobeerd moest worden de woningen tegen een aanvaardbare
prijs opnieuw te verhuren. Dat is niet gelukt en dat vinden wij jammer. Hieruit blijkt maar
weer eens heel duidelijk dat ondanks de inzet van de wethouder en de financiële steun van het
gemeentebestuur de woningbouwcorporaties een geheel eigen koers kunnen varen.
Immers, de Woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeel (WLL) en ook de andere corporaties
hebben steeds sloop van de S8-flat voorgestaan. WLL is weliswaar akkoord gegaan met de laatste
redpoging om de S8-flat na het leegkomen onder specifieke condities opnieuw te verhuren en
daarna eventueel te komen. Wij hebben nu kunnen merken dat deze woningstichting echt van harte
en met volledige inzet de bedoeling van de gemeente om de flat te sparen heeft onderschreven.
Ook de andere corporaties hebben steeds gestreefd naar sloop van de S8-flat. Dat men nu finan
cieel bijspringt lijkt een royaal gebaar, maar wij mogen niet vergeten dat het hier om geld
gaat dat beschikbaar is gesteld voor de sociale woningbouw. In feite is dit geld waaruit de
nu Icontingenten betaald kunnen worden.
Verder bestond er bij de corporaties natuurlijk de angst voor een nieuwe corporatie, de
Stichting Studentenhuisvesting (SSH) in Groningen. De SSH, die op haar beurt de S8-f!at als
hefboom wilde gebruiken om als toegelaten instelling In Leeuwarden te kunnen opereren, heeft
naar onze mening ook een wat onduidelijke rol gespeeld onder andere door te suggereren dat er
een aanvraag was ingediend om als corporatie in Leeuwarden te worden toegelaten. Misschien kan
de wethouder ons nog eens vertellen hoe het precies gegaan is met de aanvraag van de SSH.
Dan de toepassing van het Normkostensysteem voor de sociale woningbouw (NKS). De minister
heeft geweigerd dit systeem op de S8-f!at toe te passen, waardoor de huren te hoog werden voor
de doelgroep te weten studenten. Met andere woorden, Leeuwarden moest dit probleem zelf maar
oplossen. De minister Is niet van plan hier maar iets aan bij te dragen. Dit gaat ons wel wat
te ver. Wij vinden dat wij de minister in ieder geval een financiële bijdrage kunnen vragen en
een aantal extra woningen buiten de toch al magere contingenten om. Wij raken 109 goedkope
woningen kwijt en dat moet toch op de een of andere wijze gecompenseerd worden. Nu zal PAL on
middellijk roepen: Dat hoeft niet, want je kunt ze ook verkopen. Ik kom daar straks nog op
