- 18 - Wanneer echter spontane activiteiten gesubsidieerd zullen gaan worden, dan wordt het natuurlijk heel erg moeilijk controleerbaar. Er kan dan net zo goed meteen een donatie worden gegeven, maar dan Is er sprake van inkomensbeleid en word je teruggefloten. Dat is ook de reden dat wij volmondig kunnen instemmen met het voorstel zoals dat nu voorligt. In de tweede plaats de motie. Ook daar kunnen wij volmondig mee instemmen. De toelichting van de heer Herrema zal ik niet herhalen. Het Is duidelijk dat dit gemeentelijk beleid gevoerd moet worden, doordat inderdaad het niveau van de uitkeringen zo laag is geworden dat mensen daarvan niet meer op een sociaal verantwoorde manier kunnen leven. Het brengt mensen in een sociaal isolement. De gemeente probeert dat sociaal isolement enigszins te verkleinen. Veel meer is het niet. Het is een klacht tegen het rijksbeleid, waarin de afgelopen tien jaar toch met name alle ruimte is gegeven - dan moet ik het toch weer een keer zeggen - aan het bedrijfsleven en te weinig gekeken is naar de consument die ook nog bepaalde produkten zou moeten kunnen kopen. Er is sprake van een verdeling tussen mensen die het goed hebben en mensen die het heel slecht hebben. Ik vind dat in een volgende regering - ik hoop dat de heer Bilker wat dat betreft zoveel invloed heeft in het CDA dat datgene wat hij wenst ook werkelijkheid wordt - er in ieder geval een andere politiek ten aanzien van de uitkeringen gevoerd moet gaan worden. De heer Ybema: Voorzitter, het voorstel op zich geeft mij geen aanleiding daarover opmer kingen te maken. Het voorstel heeft de volledige instemming van D66. Wel wil ik iets zeggen over de motie. De heer Herrema heeft de motie uitstekend toege licht. Bij de algemene beschouwingen in december vorig jaar heb ik namens D66 gewezen op de toch wat riskante ontwikkeling die gaande is met betrekking tot het gemeentelijk beleid ten aanzien van het opvangen van de gevolgen van de toenemende sociale armoede. Door de lijn die nogal wat gemeenten kiezen om toch hun verantwoorde!ijkheid wel te nemen dreigt het gevaar dat gemeenten worden misbruikt als een soort schild om het kabinetsbeleid op dit punt door te zetten. Ik heb er toen ook op gewezen dat met name de gemeenten moeten pro beren via hun VNG-kanaien deze ontwikkeling aan de kaak te stellen, want anders zijn wij op een manier bezig waarbij de hogere overheid de gemeentelijke overheid duidelijk misbruikt wat betreft het oplossen van de problemen die heel duidelijk worden veroorzaakt door het kabinets beleid. Ik zou er bij deze gelegenheid nog eens bij het college op willen aandringen om in de con tacten met name met de VNG en de commissies die daarvoor zijn dit probleem en deze ontwikkeling aan de orde te stellen en te kijken of het mogelijk is om op die manier toch gecoördineerd actie te ondernemen. De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, terecht stelt u In uw raadsbrief dat de lokale overheid geen inkomenspolitiek mag voeren. De gemeente mag dus niet overgaan tot het verlenen van aanvullende uitkeringen. Het college probeert dat op een andere manier toch op te lossen. Wij zijn het daar niet mee eens, want wij vinden dit duidelijk een rijksoverheidstaak. Het collegevoorstel noch de motie zullen wij derhalve steunen. Mevrouw V1ietstra (weth.): Voorzitter, bijna alle sprekers hebben exact aangegeven wat het dilemma is. Aan de ene kant wordt geconstateerd dat de inkomenspositie van de minima structu reel te laag is - zeker als Je lange tijd achter elkaar van een dergelijk inkomen rond moet komen - om deel te nemen aan onder andere maatschappelijke activiteiten. Aan de andere kant wordt geconstateerd dat de gemeente niet meer kan doen dan de pijn verzachten en dat zij niet mag, maar ook niet kan treden in de verantwoordelijkheden van de rijksoverheid op dit punt. Het rijk voert een inkomensbeleid. De gemeente wordt geconfronteerd met de, in dit geval negatieve, gevolgen daarvan en probeert zo goed en zo kwaad als dat gaat inderdaad de pijn wat te verzachten, maar dat kan nooit meer zijn dan een druppel op de gloeiende plaat. Wat dat betreft is de motie die door bijna alle fracties wordt ondersteund mij uit het hart gegrepen. - 19 - Ik wil dan ook namens het college de motie van harte ondersteunen. De opstelling van de VVD-fractie verbaast mij wat. Dit voorstel is uitvoerig in discussie geweest in de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden. Daarbij heeft de vertegenwoordiger van de VVD-fractie ook van harte met dit voorstel ingestemd. Kennelijk is daarna binnen de VVD-fractie een andere discussie gevoerd, waardoor zij zegt nu niet met dit voorstel te kunnen instemmen. Overigens had ik mij kunnen voorstellen dat deze motie de VVD aanspreekt, omdat hier het rijk wordt aangesproken op zijn verantwoordel ijkheid een zodanig inkomensbeleid te voeren dat wij als gemeente niet met dit soort noodgrepen en noodmaatregelen, die ook nog eens heel vee! geld kosten uit onze algemene middelen, hoeven te komen. Er is op allerlei manieren onderzoek gedaan naar deze problematiek. Wij hebben dat dus niet uit kranteberichten of waar dan ook vandaan. Uit goed onderzoek is gebleken dat mensen, die langer van een minimuminkomen rond moeten komen, daar gewoon niet mee uit kunnen en steeds meer het risico lopen om een groep te vormen die aan de zijlijn van onze samenleving komt te staan. Wij moeten die verantwoordelijkheid niet alleen als gemeente heel sterk voelen, maar wij moeten het rijk daar ook heel consequent op aan spreken, omdat, nogmaals, het rijk verantwoor delijk is voor een zodanig inkomensbeleid dat dit soort situaties niet kunnen ontstaan. In die zin had ik mij voor kunnen stellen dat ook de VVD zich tot deze motie aangetrokken had gevoeld. Maar dat is helaas niet het geval, voorzitter. Ik ondersteun de motie in ieder geval graag. De heer Herrema: Ik ondersteun de opmerking van D66 om als dat mogelijk is ook via de VNG gecoördineerd acties te ondernemen. Misschien zijn er ook mogelijkheden via de Commissie voor Sociale Zaken. De reactie van de VVD valt mij bitter tegen. Er wordt geen motivatie gegeven waarom het voorstel en de motie worden afgewezen. Het enige motief Is dat wij geen inkomenspolitiek mogen voeren. Ik zou de VVD-fractie nadrukkelijk willen vragen wat voor antwoord zij heeft op de maatschappelijke ontwikkeling die in Leeuwarden gaande is waarbij duidelijk geconstateerd kan worden dat de lokale samenleving scheurt door het proces van verarming. Is de VVD het daarmee eens, ziet zij die ontwikkeling en op welk tijdstip zal zij daar zelf op gaan reageren? Ik wil graag antwoord hebben van de VVD op deze vragen. De hear Bilker: Foarsitter, ik bin troch de reaksje fan de VVD teloersteld, benammen omdat men op 20 maart "con amore" akkoart gien is. Mar der is noch in aspekt. Yn de diskusjes yn de "Commissie Armoede-onderzoek" bliek fan it stanpunt dat de VVD no fertolket neat. Krektoarsom, doe si et ek de VVD-fertsjinwurdiger op krekt deselde line as de oare leden fan de kommisje. Ik begryp dizze halding net, foarsitter. De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, het lijkt mij verstandig dat ik vertel wat ons standpunt is. Wij hebben in alle gevallen waarin dergelijke voorstellen in de raad zijn gelan ceerd altijd als uitgangspunt genomen dat inkomenspolitiek duidelijk rijksbeleid is. Daarover hoeven wij verder helemaal niet te discussiëren, want dat is ons uitgangspunt. Het college stelt dat zelf ook In de raadsbrief, maar geeft daarnaast een aantal mogelijkheden aan. In feite blijft het college wel precies hetzelfde doen en dat wijzen wij af. Wat de motie betreft is het antwoord nog eenvoudiger. Wij hebben namelijk geen enkele behoefte om collectief zo'n motie naar de regering te sturen. Wanneer wij als fractie vinden dat het op een gegeven ogenblik noodzakelijk is dat te doen, dan zullen wij dit via onze eigen kanalen kenbaar maken. (De heer Herrema: Ik heb een duidelijke vraag gesteld aan de VVD. Deze regeling speelt in op een bepaalde maatschappelijke ontwikkeling die gaande is. Signaleert de VVD die maatschappelijke ontwikkeling en is zij het daarmee eens?) Wanneer wij zelf vinden dat het noodzakelijk is om daarop te reageren, dan zullen wij via ons eigen kanaal zorgen dat het daar terecht komt waar wij vinden dat het hoort. (De heer Herrema: U signaleert deze ontwikke ling dus niet begrijp ik?) Op dit moment niet.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1989 | | pagina 10