- 42 -
Naast de nog steeds stijgende werkloosheid In onze stad - Ik zal daar straks nog nader op
Ingaan - zijn de afgelopen Jaren vooral gedomineerd geweest door het bezuinigingsbeleid zoals
dat binnen het kader van de rijksbegroting Is gevoerd. De VNG heeft onlangs In haar brief over
de toestand van de gemeentelijke financiën hier nadrukkelijk op gewezen. Ik wil de belangrijk
ste cijfers uit die brief even kort aanstippen, omdat die de context aangeven waarbinnen wij,
ook In Leeuwarden, hebben moeten functioneren. Vanaf 1981 Is 1.750 miljoen gulden bezuinigd op
het Gemeentefonds, een bezuiniging van bijna 14?. BIJ de ongecompenseerde stijging van de bij
standskosten viel een gat van 500 miljoen gulden. De kortingen op de uitkering voor het onder
wijs bellepen 330 miljoen gulden. Daarmee heb Ik dan alleen nog maar de grote bezuinigingen aan
de orde gesteld.
Gigantische bedragen die niet zonder gevolgen zijn geweest. BIJ het totaal aantal gemeen
ten In Nederland Is In de periode 1982-1988 het aantal arbeidsplaatsen gedaald met 24.500, een
daling met 11,6?. BIJ de ministeries Is ondanks een afslankingsoperatie de afname veel geringer
geweest, namelijk een daling met 8.500 arbeidsplaatsen, dat Is nog geen 6?. De provincies laten
een daling zien van arbeidsplaatsen met slechts 1,7?. Duidelijk Is dat per saldo de bezuinigin
gen de gemeenten onevenredig hebben getroffen. WIJ hebben dat ook In Leeuwarden kunnen merken!
In de afgelopen Jaren hebben wij voor zeker 25 miljoen gulden bezuinigd en zijn wij In
uitgaven teruggegaan. Op zich mag Je stellen dat wij het proces van teruggang redelijk goed
zijn doorgekomen en dat het ons Is gelukt, overigens met veel pijnlijke beslissingen, de tering
naar de nering te zetten. Hoewel dit alles ook deels positieve effecten heeft gehad, met name
de toegenomen aandacht voor een efficiënte overheid, Is per saldo het overall-effect negatief.
Het voorzieningenniveau In Leeuwarden Is achteruit gegaan.
Desalniettemin Is het ons ook gelukt op verschillende terrein vooruitgang te boeken, tegen
de stroom op te roeien. Daarover mogen wij niet ontevreden zijn. Zo heeft Leeuwarden zijn
centrumpositie weten te behouden, zijn wij op een viertal terreinen Investeringsplannen aan het
maken - deels zijn ze al afgerond - en staat het gemeentelijk apparaat aan de vooravond van een
reorganisatie, om maar eens enkele zaken te noemen.
Het moet volgens mij mogelijk zijn die vooruitgang ook In de komende jaren vast te houden
en extra Impulsen te geven. Op de allereerste plaats vanwege een wat Ik constateer toenemend
zelfbewustzijn bij het politiek bestuur, het ambtelijk apparaat en verschillende maatschappe
lijke groeperingen In onze stad. Op de tweede plaats omdat er zich op stadsgewestelijk niveau
meer eenheid lijkt te gaan aftekenen. Ik neem aan dat wethouder Timmermans daar nog wel verder
op In zal gaan. Op de derde plaats omdat, zoals gezegd, de financiële tegenstroom lijkt af te
nemen en wij met een stelpost perspectivische vertekening van plus 8 miljoen gulden een rede
lijk stootje kunnen hebben. Op de vierde plaats omdat, zoals mevrouw De Haan ook terecht
opmerkte, wij met het nieuwe kabinet Inzetten op de bestuurlijke rol van de gemeente. Er dienen
zich kansen en uitdagingen aan waar wij deels Jaren op hebben zitten wachten, met name wat
betreft de oplossing van het werkloosheidsvraagstuk.
Vanuit die optiek wil Ik een enkele opmerking maken over de naar mijn gevoel wel erg
stereotype benadering waarmee de PAL-fractle Ingaat op de positie van de overheid. Er zou
volgens PAL sprake zijn van meer markt en minder overheid. En zoals Ik de heer Meerdlnk
beluister zou dat een tendens zijn die door het hele politieke spectrum In deze raad, met uit
zondering van klein links, gedragen wordt. Ik ben van oordeel dat dit een te simpele analyse
Is. Er Is naar mijn gevoel ook heel duidelijk sprake van een politieke stroming, In Ieder geval
op lokaal niveau maar naar mijn gevoel ook In het nieuwe kabinet, die je zou kunnen typeren
niet zozeer met minder overheid maar veel meer met een andere overheid. In die stroming staat
Inderdaad de maakbaarheid van de samenleving ter discussie, maar niet de beïnvloedbaarheid. Het
gaat dan niet meer om een overheid die alleen op de winkel past en alles verder aan de markt
overlaat of als tegenpool een overheid die Idealistisch en ambitieus nauwkeurige blauwdrukken
maakt hoe het allemaal moet. Nee, het gaat dan om een overheid die efficiënt Is georganIseerd,
klantgericht werkt, uit is op resultaten, maar die ook nog steeds lange termijndoelstellingen
nastreeft, zij het dat zij daarbij maatwerk levert wat betreft de uitvoeringsprocessen en zich
niet laat vangen In stereorype rollen.
Een overheid dus die er niet benauwd voor Is soms coalities te sluiten met het bedrijfsle
ven als dat een bijdrage kan leveren aan de uitvoering van doelen en soms ook heel expliciet
andere maatschappelijke organisaties medeverantwoordelijkheid geeft c.q. medeplichtig maakt aan
- 43 -
de uitvoering van beleid. De prIvatlserIng van de arbeidsvoorziening Is mijns Inziens daar het
meest recente voorbeeld van. Vaak ook blijft de overheid de dingen gewoon zelf doen, omdat dat
de meest effectieve manier Is om doelen te realiseren. Kortom, er Is In het denken over de
positie van de overheid sprake van een veel groter spectrum aan opvattingen dan de opvatting
van een overheid op afstand aan de ene kant en de opvattingen die de PAL-fractle naar voren
brengt aan de andere kant. In die zin kan het denk Ik geen kwaad als de PAL-fractle op basis
van een wat genuanceerdere analyse aan die discussie gaat deelnemen.
Terug naar het regeerakkoord en zijn kansen en uitdagingen, die met name zijn te vinden In
het thema sociale vernieuwing zoals dat naar voren wordt gebracht en In relatie daarmee met de
arbeidspools. Ik kom daarmee op de meer specifieke beantwoording van de gestelde vragen
terecht.
Allereerst de sociale vernieuwing. De PvdA-fractle vraagt om een offensief beleid. Ik ben
het daarmee eens. Een andere suggestie Is een aparte projectorganisatie. Dat zou kunnen. WIJ
zijn van plan om zeer binnenkort daarover binnen het college een zogenaamde vrije discussie
te voeren, dat wil zeggen een vrije discussie over de vraag hoe wij met de sociale vernieuwing
willen omgaan In de komende periode, Inschattende wat dat ongeveer op rijksniveau zou kunnen
gaan betekenen. In dat verband komen ook met name de arbeidspools aan de orde.
Meerdere fracties zijn op de arbeidspools Ingegaan. Arbeidspools zijn wat ons betreft te
beschouwen als een doorbraak In het denken op rijksniveau over de oplossing van de werkloosheid
en bieden In dat kader een veelbelovend perspectief. Hoe gaan wij dat nu vormgeven? Allereerst
zijn arbeidspools onderdeel van de sociale vernieuwing. Ten tweede staat het college achter het
standpunt van de VNG dat gemeenten verantwoorde!Ijk zijn voor de arbeidspools. Tegelijkertijd
zeg Ik daar ook heel nadrukkelijk bij dat wij voor één ding enorm moeten oppassen, namelijk dat
wij de discussie over arbeidspools niet gaan verengen tot een competentie-discussie. Dat lijkt
mij Improdukttef en enorm vertragend. Daarom zal de Inzet ook moeten zijn - de PvdA-fractte
wijst daar terecht op - hoe Je met de arbeldsvoorztenlng en het lokale bedrijfsleven de samen
werking vorm geeft.
Het is daarbij goed te bedenken dat een zeer groot deel van ons huidige werkloosheidsbe
leid al gestalte krijgt door middel van samenwerkingsprojecten met het Arbeldsbureau en soms
ook nog met de provincie Friesland. Ik wijs dan op heroriënterlngsgesprekken, het Jeugdwerkga
rantieplan, de Opstap, leerwerkproject De Meenthe, conciërges basisscholen. Een en ander wordt
ook samen met de arbeidsvoorziening opgepakt.
Kortom, de gemeenten zijn verantwoordelIjk, maar wel In overleg en In samenwerking met de
arbeldsvoorzlening.
Onze eerste voorlopige Ideeën met betrekking tot de arbeidspools gaan er op dit moment dan
ook naar uit om daarvoor aparte organisaties op te richten die gevoed worden met geld en be
trokkenheid zowel vanuit de kant van de gemeente als vanuit de kant van de arbeidsvoorziening.
Er zal daarbij overigens nog heel veel uitgewerkt moeten worden, bijvoorbeeld de plaats van het
Jeugdwerkgarantieplan, de vraag wat je met bestaande projecten doet enz. enz. In dat verband
zal ook de vraag die de PvdA stelt moeten worden beantwoord, namelijk of Je tot een aparte pool
voor migranten moet komen. Mijn eerste reactie Is daarbij overigens dat Je ervoor moet oppassen
dat Je voor elke doelgroep aparte organisaties en arbeidspools opzet, want dat komt de samen
hang en de efficiency niet ten goede. Het lijkt mij beter om met een duidelijke taakstelling te
werken naar verschillende doelgroepen In één organisatie.
Wat betreft het werkloosheldsbestrljdingsplan waar de PvdA over spreekt twee opmerkingen.
Het beleid met betrekking tot de arbeidspools zal ook een belangrijk deel zijn van dit werk
loosheldsbestrljdingsplan. Bovendien hebt u onlangs bij de behandeling van het activiteitenplan
In het kader van de nota Werkgelegenheid besloten om een apart hoofdstuk aan die nota toe te
voegen, waarin nader wordt Ingegaan op het arbeldsvoorztentngenbeleld en de relatie die de
gemeente daarmee heeft. Ik wil wel toezeggen dat wij In dat kader vooral de Instrumentele
Invulling zullen kiezen, zodat er als resultaat sprake Is van een werkloosheldsbestrljdings
plan. Duidelijk Is In leder geval wel dat wij met dit gehele beleidsterrein snel moeten
opschieten, al was het alleen maar omdat de middelen In 1990 beperkt zijn. Vandaar ook dat wij
positief zullen reageren op het plan van DIvosa-Noord met betrekking tot de werkloosheid, omdat
daarmee In Ieder geval een claim op de beschikbare middelen wordt gelegd.
Tot slot nog twee opmerkingen op het gebied van de werkgelegenheid. Allereerst het "ene