weg te gaan, omdat je het waarschijnlijk niet lang volhoudt om in die situatie daar te blijven liggen. Maar als men perse wil blijven liggen, blijft men üggen. Dat betekent dat wij daar een uitsterf systeem gaan hanteren. Op het moment dat men daar weg gaat, danwel geen gebruik meer van de vergunning wil maken, is die ligplaats opgeheven. Wat is dan de verantwoordelijkheid van de gemeente, zo heeft de heer Schreuder gevraagd. Ik heb aangegeven dat wij vooral de mensen moeten motiveren, overtuigen dat het verstandig is om te gaan. Je kunt wel constateren dat op het moment dat men blijft liggen, men zelf risico's loopt. Dan nog even opnieuw verplaatsen lijkt mij een bijna uitzichtloze en nauwelijks te realiseren situatie. Het is heel verstandig dat de mensen alle ins en outs te weten krijgen voordat zij een echte keuze doen. Wanneer het beeld van hoe de nieuwe situatie er uit zal komen te zien duidelijker wordt en er wordt gewezen op de voordelen van de ver schillende lokaties, hoop ik echt dat zoveel mogelijk mensen de keuze voor verplaatsing gaan nemen. De heer Schreuder heeft ook aangegeven dat de dorpen in de procedure voor gedwongen feiten zijn geplaatst. Dat is voor een deel waar als het gaat om het gegeven dat men vrij plotseling geconfronteerd is met ideeën. Nu is dat natuurlijk altijd de moeilijkheid; er moet iemand een idee formuleren, dat is soms een college, die moet daarmee de discussie aangaan, op dat moment komt dat altijd hard over. Ik denk van de andere kant dat ook uit deze procedure gebleken is dat wel degelijk naar argu menten van de verschillende insprekers is geluisterd. Zeker niet volle dig, dat erken ik graag. Ik kan mij heel goed voorstellen dat vanuit de verschillende dorpen best kritisch wordt aangekeken tegen de keuzes zoals die hier vanavond voorliggen, maar ik denk dat wij serieus gepoogd hebben om alle alternatieven te bezien en te kijken op welke wijze wij zo min mogelijk in negatieve zin besluiten zouden kunnen nemen voor die respec tievelijke dorpsgemeenschap. Overigens is het zo dat wij vanavond het besluit nemen naar welke lokaties een aantal woonschepen wordt verplaatst. Daarna komt nog de hele democratische procedure met betrekking tot bestemmingsplanwijzigingen en dergelijke. Wij lopen, denk ik, in feite vooruit op allerlei officiële procedures en ik denk dat de inspraak wel degelijk correct is gehan teerd. Om de Commissie voor de Stadsontwikkeling te betrekken bij de voortgang van de stand van zaken, bestaat, denk ik geen enkel bezwaar tegen, in tegendeel. Wij zullen trouwens de komende tijd nog met ver schillende besluiten ook ter advisering in die commissie komen. Mevrouw Visser heeft ten aanzien van de verschillende lokaties haar instemming betuigd, behalve ten aanzien van de concrete plek in de MientjesvaartEr is in de commissie toegezegd dat wij zouden zoeken naar alternatieven. Mevrouw Visser vraagt naar de stand van zaken. Op dit moment wordt er wel al voorzichtig aan gewerkt of de andere lokatie die ook in de commissie genoemd is bruikbaar is. Ik heb de indruk dat daar mogelijkheden zijn, maar concreet kan ik haar daar op dit moment niet over inlichten. Dat krijgen wij binnenkort in de commissie. De heer Krol heeft nog gevraagd - ook anderen hebben dat gedaan - 22 hoe nu de situatie is bij Ritsumazijl. Ook dat kent alle kenmerken van gehaaste procedures en niet helemaal optimaal overleg, als ik het zo mag zeggen, met het gemeentebestuur van MenaldumadeelZij wijzen er op, en terecht op zichzelf maar dat wisten wij ook wel dat, het hebben van woonschepen in met name het open deel van de Middelzee niet geheel in overeenstemming is met de visie die wij gezamenlijk als gemeentebesturen hebben. Je kunt het uitleggen als 5 te veel. Je kunt ook zeggen er liggen er nu in dat open gebied 28 en er blijven 5. In die zin is het een essentiële verbetering van de ideeën die achter de stellingnames in die Middelzeeschets zijn verwoord. Ik ga ervan uit dat wij in overleg met het gemeentebestuur van Menaldumadeel tot een oplossing geraken. Feitelijk is de situatie zo dat de woonschepen gesitueerd zullen blijven in de gemeente Leeuwarden. Ik kan mij niet voorstellen dat men daar niet net begrip en besef heeft dat het hier niet gaat om een probleem van de gemeente Leeuwarden alleen, maar dat de achterliggende problematiek natuurlijk is het afvalstoffenprobleem waar ook de gemeente Menaldumadeel een verantwoordelijkheid in heeft. De heer Krol heeft gevraagd naar het bestuurlijk overleg. Minister Braks die op dit moment met quota en kwantum in de aandacht is, is niet echt voor het kwantum van het aantal woonschepen geïnteresseerd, je kunt daar begrip voor hebben. Hij heeft daarvoor een ambtenaar die namens hem bestuurlijk overleg kan plegen. Dat is naar onze stellige overtuiging ook de enige manier om op zo'n korte termijn, tussen de adviescommissiebehan deling en nu, tot een nader overleg te komen. Wij hebben met de directeur Landbouw, Natuur en Openluchtrecreatie serieus overlegd en de bestuurlij ke implicatie van het probleem zoals wij dat hier voor ons hadden, besproken. Op grond daarvan is ook van die zijde de overtuiging gegroeid dat wij alles hebben gedaan om te kijken of er geen andere oplossingen waren. Maar ook naar zijn inschatting waren die in redelijkheid op dit moment niet beschikbaar. De heer Heins heeft nog een aantal opmerkingen gemaakt met betrek king tot de procedure. Je kunt daar op verschillende manieren tegenaan kijken. Ik denk toch dat je moet constateren dat zo'n proces altijd te lang duurt omdat het hier gaat om mensen die in problemen zitten. Maar het is tegelijkertijd zo dat de consequenties van het verplaatsen van 28 woonschepen nogal ingrijpend zijn. Wij hebben dat ook mogen constateren in de verschillende hoorzittingen, waar iedereen eigenlijk best begrip had dat die verplaatsing als zodanig wenselijk is. Maar toch heeft de verplaatsing voor diegenen die daar plotseling mee geconfronteerd worden in de directie omgeving, nogal wat consequenties. Die inschattingen hebben ook in het college nadrukkelijk een rol gespeeld en wij hebben ook die moeilijke afweging moeten maken. Dat is niet per omgaande gebeurd, dat heeft even tijd gekost. Dat is jammer, maar ik denk dat uiteindelijk iets meer tijd nemen en dan komen tot een voorstel dat blijkbaar toch door de meerderheid in deze raad kan worden gedeeld, misschien verstandi ger is dan te kort om de hoek en vervolgens met verdeelde meningen blijven zitten. Dan ten aanzien van de uitvoeringstermijnen; zoals gezegd wordt vanavond het principebesluit genomen. Er zullen voorbereidingsbesluiten 23

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1990 | | pagina 12