beleid zijn, onnodig verharden. Onze fractie verwacht dat dit de volgende
keer wordt voorkomen. Procedures zijn hulpmiddelen ten behoeve van een
goede democratische besluitvorming en moeten zo helder als glas zijn en
dat waren zij niet. In feite is dat onze enige kritiek op het besluit om
Goutum-Noord aan te wijzen als een strategische kwaliteitslokatie
bedoeld voor mensen die de voorkeur geven aan een suburbaan woonmilieu.
Dan heb ik het niet alleen over koopwoningen, ook al wordt daar in
eerste instantie wel over gepraat.
De PAL-fractie is het niet eens met hen die zeggen dat met de
lokatie Goutum-Noord een dorp om zeep geholpen wordt. Toch is de reactie
van de Goutumers wel begrijpelijk. In de ogen van velen is Goutum net
zo'n dorp als Lekkum en Wytgaard. En als je kijkt naar de ontwikkelingen
van bevolking en woningbouw van de afgelopen 10 jaar, zie je in Goutum
dezelfde ontwikkelingen als in Lekkum en elders. Een stagnerend of
teruglopend inwonertal en achterblijvende woningbouw. Dat zijn de ontwik
kelingen van de tachtiger jaren. Wij moeten verder terug naar de zestiger
en zeventiger jaren om te zien wat de specifieke functie van Goutum
eigenlijk is. Een dorp dat een duidelijke opvangfunctie had en heeft voor
doelgroepen uit de stad. In de zeventiger jaren is het dorp niet om zeep
geholpen en dat zal ook in de negentiger jaren niet gebeuren. Daar kunnen
de dorpsbewoners ook zelf aan meewerken. De invulling van een kwaliteits
lokatie zou vanuit het dorp zelf vandaan kunnen komen. Ik verwacht van
de ontwerpers dat zij niet alleen vanuit de techniek (stedebouw en
architectuur) de plannen maken, maar ook open staan voor ideeën vanuit
het dorp.
Wij kunnen ons vinden in de raadsbrief en de motivatie van de nota.
Daar ga ik nu niet verder op in, dat is in de commissievergadering al
gebeurd. Ik heb naar aanleiding van de plannen nog twee vragen.
Met dit besluit van vanavond kunnen twee plannen in de prullenbak
worden gedeponeerd. Ten eerste het bestemmingsplan Goutum van 1969, nu
is dat niet zo'n punt want dat plan is al enigszins verouderd, maar ook
het bestemmingsplan Wiardaburen. Het mag bekend zijn dat wat dit laatste
betreft onze fractie daar weinig bezwaar tegen heeft. Toch staat Wiarda
buren nog voor meer dan 2.000.000,-- in de boeken. Dat is kennelijk de
prijs voor deze historische blunder en het niet luisteren naar de kritiek
van toen.
Twee vragen. Moeten wij deze 2.000.000,-- niet afboeken of ziet
het college nog mogelijkheden voor eventuele opbrengsten?
Hoe wordt nu met Goutum-Noord ingespeeld op eventuele toekomstige
ontwikkelingen die anders zijn dan wij op dit moment verwachten? Zou het
niet zaak zijn om de algemene plankosten zo laag mogelijk te houden en
een strakke fasering in te voeren zowel wat de planuitwerking als de
planuitvoering betreft? Nu al zijn er indicaties dat de koopsector ook
dreigt terug te vallen.
De Voorzitter: Het is nu pauze.
De Voorzitter schorst, om 20.55 uur, de vergadering voor de pauze.
26
De Voorzitter heropent, om 21.15 uur, de vergadering.
De heer Timmermans (weth.): De verschillende woordvoerderssters
hebben in overwegende mate aangegeven dat men inhoudelijk instemt met de
keuze voor een grootschalige lokatie aan de noordzijde bij Goutum. Ik
denk dat ik ten aanzien van de motieven mag verwijzen naar de stukken
zoals die hier ook vanavond aan de orde zijn, de discussie in de commis
sie en ook de argumenten die verschillende leden hier vanavond naar voren
hebben gebracht. Ik kom wat dit punt betreft nog even terug bij de
inbreng van mevrouw Van Ulzen namens de WD-fractie. De discussie spitst
zich vervolgens op een aantal concrete punten toe, namelijk de vraag hoe
je dan met name de onduidelijkheden die zijn ontstaan met betrekking tot
de procedure uit de weg ruimt.
Ik moet constateren dat die procedure blijkbaar onduidelijkheden
heeft opgeroepen. Nu kun je zeggen dat had niet gehoeven, want als
iedereen bij de les was geweest had dat niet aan de orde mogen zijn. Maar
het feit is er dat, de heer Heins heeft dat ook terecht geconstateerd,
niet alleen de inwoners van Goutum met name maar ook raadsleden de
procedure onduidelijk is. Ik zou nogmaals kunnen verwijzen naar de in
september vorig jaar vastgestelde interim verordening inspraak ruimtelij
ke plannen, maar daar schieten wij niet zo gek veel mee op. Er is ondui
delijkheid geschapen. Dat is jammer, omdat juist de bedoeling van die
ruimere inspraak is om zoveel mogelijk gelegenheid te geven om in te
spreken, maar blijkbaar kan dat tot grote verwarring leiden. De conclusie
die wij moeten trekken, voorzitter, is dat wij bij de presentatie van de
verschillende plannen blijkbaar veel meer aandacht moeten geven aan de
stand van de procedure en de aard van de besluitvormingsbespreking die
op dat moment plaats vindt. Ik denk dat het verstandig is om daar naar
te handelen in de toekomst.
Ten aanzien van de uitwerking zal duidelijk zijn dat wij juist
geprobeerd hebben in de procedure tot nu toe zoveel mogelijk ruimte voor
inspraak en discussie te bieden. Dat is ook geheel in de lijn van de
toezegging die ik in de eerste commissievergadering heb gedaan. Met
betrekking tot de uitwerking van de plannen wensen wij daar in nauw
overleg met de Vereniging van Dorpsbelang, maar ook in de vorm van een
hoorzitting gevolg aan te geven. Dan praten wij nog steeds over de
ontwerpfase, want daarna krijgen wij ook nog de officiële procedures in
het kader van de Wet op de ruimtelijke ordening met alle bezwaarschrif
tenprocedures die daar nog in kunnen worden gevonden. Het is nogmaals
nadrukkelijk de bedoeling om de discussie voor de uitwerking heel breed
te voeren en met alle belanghebbenden daarbij zoveel mogelijk in contact
te treden.
De heer Ten Hoeve heeft een drietal punten naar voren gebracht. In
de eerste plaats de noodzaak, en ik denk dat het college die onder
schrijft, van een zo nauwkeurig mogelijke fasering. Met name de spanning
op de woningmarkt en de ontwikkelingen ook op het terrein van de vrije
sector bouwplannen zijn niet zodanig dat je kunt zeggen dat de bomen tot
in de hemel zullen blijven groeien. Ik mag dan ook verwijzen naar pagina
3 van de raadsbrief waarin staat: het inrichtingsniveau van Camminghabu-
27