krijgen en de doelen die eronder liggen te laten slagen; als het gaat om het proberen een uitstraling te creëren van, noem het maar dynamiek, van een gemeente in beweging waarin toch een gunstige vestigingsplaats er uit springt, dan zeg ik dat ons een zekere onbescheidenheid past. Wij moeten proberen die uitstraling neer te zetten in de markt van Nederland en wij moeten proberen dat zo nadrukkelijk mogelijk te doen. Ik denk dat het goed is om dat nog een keer te zeggen. Als wij straks in de commissie weer praten over een promotie- en acquisitieplan dat dit punt dan ook nadrukkelijk kan worden meegewogen. Dat er veel ideeën zijn over niet alleen promotie en acquisitie, maar ook werkgelegenheidsbeleid, blijkt wel weer uit deze raad, want ze vliegen ons om te oren, van Sterspot tot het analyseren van bepaalde situaties tot het hergebruiken van bepaalde spoorlijntjes enz. Ik denk dat er op zichzelf ook een hele zinvolle discussie uit kan komen. Ten slotte nog even iets over de containerterminalIk zat een beetje met de opmerking van de heer Bakker, die zei: het maakt mij niet uit of dat ding nu in Tytsjerksteradiel staat of in Leeuwarden. Ik zit voor de gemeente Leeuwarden in de raad en daar ligt mijn eerste belang, maar ik besef tegelijkertijd dat het ook in het belang van Leeuwarden is om heel zorgvuldig met de belangen van Tytsjerksteradiel om te springen. In die zin denk ik ook dat het verstandig is om, zelfs al wil de wethouder van Tytsjerksteradiel niet praten, toch met het college nadrukkelijk op dezelfde lijn te zitten. Als het gaat om het afwegen van lokaties denk ik zo wie zo dat alleen al door de aanwezigheid van een spoorlijn in de buurt van de lokatie die wij voorstellen, wij betere kansen hebben dan een andere lokatie in de buurt, die dan toevallig in Tytsjerksteradiel ligt. Zo ligt dat dan voor mij wel. De heer Bakker: Ik wou nog een paar opmerkingen maken. De wethouder heeft goed begrepen wat ik bedoelde met'dat het met name in de Randstad vol wordt. Ik heb aangegeven dat in de Randstad bepaalde werkzaamheden bij uitstek plaats zullen kunnen vinden en dat in de periferie, in ons geval heg gehele Noorden waaronder Leeuwarden, met name uitvoerende werkzaamheden kunnen plaatsvinden. Dat is ook iets wat mevrouw Garms positief zou moeten stemmen, want juist dit soort werkzaam heden maken het mogelijk met name vrij veel laaggeschoolden aan een baan te helpen. Het zal overigens een gigantische toer worden om bijvoorbeeld een bedrijf uit de Randstad te bewegen naar Leeuwarden te komen, want je moet niet te snel verwachten dat de werknemers daarvan ook mee zullen komen; die willen niet. Daarom vind ik het juist zo belangrijk dat je die werknemers heel goed laat zien hoe Leeuwarden of Friesland er uit ziet. Daar is juist die promotieronde voor nodig. Ik zat net te denken toen wij over dat LDC praten, waarom zouden wij al die werknemers die daar werken niet gewoon een gratis kaart van Huis '91 sturen. Dat is in feite een hele mooie reclame om die mensen al vast warm te maken om hier te komen wonen. 30 De slag om Europa '92 is in volle hevigheid op dit ogenblik gaande. Ik vind het heel aardig dat wij in deze raadzaal en commissies gezellig keuvelen over dit soort plannen. Ik hoop wel dat het college zich er van bewust is dat wij niet veel tijd voor praten en uitzoeken hebben. Wij moeten hier redelijk slagvaardig mee aan de gang. Wij hebben het Stati onskwartier weten binnen te halen, wij hebben het knooppunt binnen weten te halen, wij moeten niet al te bang zijn om nu door te pakken. Van mij mag het, laten wij maar proberen ook deze projecten binnen te halen. Ik denk dat daar heus wel vraag naar is. Als je dan over prioriteiten gaat praten, kan Telematica nooit kapot, containervervoer heeft de toekomst en met promotie kun je in feite morgen beginnen. Ik zou zeggen: los maarl Mevrouw Van Ulzen: Ik heb begrepen dat Tytsjerksteradiel er op terug zal komen in stadsgewestelijk verband, dus helemaal niet over praten is niet waar Het doet mij deugd dat de wethouder nog eens heel duidelijk gezegd heeft dat beslissingen autonoom door het bedrijfsleven genomen worden. Als dat niet gebeurt, hoeven wij maar een paar honderd kilometer verderop te kijken wat er dan gebeurt. De kant van Berlijn uit en daarachter, weet u wel. Voor de zekerheid wou ik dit nog maar even herhalen. Iedereen is inmiddels geweldig enthousiast en dat siert een ieder, maar wij zijn dacht ik voorlopig alleen nog maar bezig het bedrag vast te stellen dat wij aan de diverse onderzoeken zullen uitgeven. Het is nog niet zover. Mevrouw Tiemersma: Ik wilde de wethouder bedanken voor zijn toezeggingen en antwoorden. Ik denk dat, nu iedereen akkoord is gegaan na een lange periode van praten over dit investeringsplan, wij eindelijk met z'n allen aan de gang kunnen gaan. Wij moeten er dan ook voor zorgen dat er zo snel mogelijk concrete resultaten uit die plannen komen. Want dat is toch wat telt voor de toekomst van Leeuwarden. Mevrouw Visser: Ik ben blij met de toezegging over het spoorlijntje en ook wat betreft de zorgvuldige afweging van de milieu-effecten. Dat wil ik hierbij ook nog kwijt. De heer Heere (weth) Een antwoord op de opmerking van mevrouw Garms over de werklozen en de relatie met de aan te trekken werkgelegenheid. Dat is heel lastig, omdat je daarbij toch een zekere selectiviteit invoert, die de kansen op bedrijven aantrekken niet per definitie vergroot. Ik combi neer haar opmerking ook nog even met die van de heer Bakker, die vooral spreekt over "in Leeuwarden uitvoerend werk zien te krijgen". Dat is iets in diezelfde orde van grootte, denk ik. Dat is wellicht vanuit arbeids marktbeleid gezien wel een aansluiting bij de groep langdurige werklozen, maar het is op de lange termijn natuurlijk de vraag of dat een goede ontwikkeling voor Leeuwarden is. Je ziet nu al dat door fusies en andere 31

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 16