c Ver Ver Ver Ver Vet Vei Vei Ve S Or Oi I V u c De heer Heins: In de commissie hebben wij bij dit voorbereidingsbesluit een opmerking gemaakt, omdat wij toen vonden dat er geen voldoende motivatie bij stond waarom dit voorbereidingsbesluit wat al 2 jaar, met verlenging zelfs 3 jaar, heeft gelopen, nu opnieuw moet worden verlengd. Er is toen toegezegd dat er een motivatie zou komen. Die is er in één zin aan toegevoegd. Als je die zin gaat analyseren, dan staat daar eigenlijk maar bar weinig in. Daar staat in: "onvoldoende capaciteit en het maken van een ontwerp-plan had niet de hoogste prioriteit". Voor zover ik kan begrijpen wat daar staat, betekent dat in feite twee keer hetzelfde, ware het niet dat ik wat bezwaren maak tegen het woord "prioriteit" in dit verband. Wij hebben een planning- en prioriteitsstelling stedelijke werkzaamheden 1990 gemaakt, die hebben wij vorig jaar ook in de commis sies besproken. Toen hebben wij vastgesteld dat dit bestemmingsplan eind 1990 gereed zou zijn. Dus het had voldoende prioriteit. Dat kan gesteld worden. Toch is er kennelijk iets gebeurd. Andere plannen en andere werkzaamheden zijn voorgegaan, daarvan heb ik in de commissie niets vernomen. Er staat in dat er een vertraging van enkele maanden is ont staan. Die enkelen maanden daar moet worden gelezen "een jaar" want zoals het er nu naar uitziet, wordt het niet eind 1990 maar eind 1991. Al met al denk ik - dat is dan een beetje een algemeen punt - als wij als raadsleden moeten besturen op hoofdlijnen, dan is het afspreken van prioriteiten een erg belangrijke zaak. Als die niet gehaald worden, omdat andere plannen belangrijker blijken te zijn, dan moet dat terug naar de commissie, voordat je uiteindelijk als raad geconfronteerd wordt met het feit dat andere plannen toch iets belangrijker waren. Met andere woorden, ook het veranderen van prioriteitsstelling moet naar de commissie toe, pas dan kunnen wij op een goede manier op hoofdlijnen besturen. De heer Timmermans: Voorzitter, wat de heer Heins zegt zou het mooiste zijn als dat allemaal precies zo in een keer zou kunnen. De intentie is wel degelijk dat wij werken met prioriteitsschema's. Wij werken met inzichten/keuzemodellen van hoe je de beschikbare middelen in het kader van de stadsvernieuwing (grondbedrijf en algemene middelen) inzet als het gaat om produktie van bestemmingsplannen. Toch denk ik dat het hier niet hetzelfde betreft, want wat hebben wij vorig jaar inderdaad meegemaakt - ik durf het bijna niet meer te zeggen - maar ik meen mij te herinneren dat er op dat moment een reorganisatie speelde, die er toe geleid heeft dat de capaciteit inderdaad is afgenomen. Als die capaciteit afgenomen is, moet je opnieuw prioriteiten stellen. Dat is hier aan de orde ge weest. Het is inderdaad zo dat op het lijstje met plannen dat wij voor 1990 hadden gepresenteerd, dit plan niet het hoogste stond. Wij hebben gekozen voor hele concrete plannen zoals bijvoorbeeld het plan voor het recreatiegebied Schenkenschans. Dat had om andere redenen, u wel bekend, de prioriteit. Wij proberen overigens om regelmatig, in ieder geval aan het begin van het jaar, de prioriteitsstelling van het maken van de verschillende plannen aan de raad voor te leggen. Het is wenselijk, maar inderdaad nog niet altijd gelukt, om halverwege het jaar te bekijken 36 zoals wij dat op verschillende andere beleidsonderdelen doen, of er een herverdeling moet plaatsvinden. Ik stel mij voor dat bij het steeds beter worden van het instrument beleidsplanning, wij aan het verzoek van de heer Heins kunnen voldoen. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 27 (bijlage nr. 51). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 28 (bijlage nr. 43). De Voorzitter: Aan de orde is Programma Flankerend Ouderenbeleid 1991. Mevrouw Dikken: Voorzitter, in het kadër van het Programma Flankerend Ouderenbeleid willen wij nog een paar opmerkingen maken. In de commissie zijn wij al uitgebreid op de subsidie-aanvragen ingegaan. Ik wil mij nu beperken tot twee aanvragen uit het programma. Als eerste de aanvraag van de Stichting Buurtwerk Wielenpólle. Hierop heeft mijn partij een voorbehoud gemaakt. Ten tweede de aanvraag van het BOSS (Bureau Ouderen Service Schieringen) De Stichting Buurtwerk Wielenpólle. Wij hebben erg veel waardering voor de opzet van het woonproject van woonwagenbewoners in de Wielenpólle. Vooral omdat dit project woonwagen bewoners mogelijkheden geeft om op of naast het woonwagenterrein een woning te betrekken die aangepast is aan het wonen voor ouderen. Jammer- genoeg is op dit moment nog niet bekend of er contingenten aanwezig zijn om dit project te realiseren. Het overleg dat er is geweest tussen een aantal commissieleden en vertegenwoordigers van de wijk, heeft dit contingentenprobleem ook geconstateerd. Verder wordt er met name door de bewoners van de Wielenpólle op aangedrongen om de huidige sociaal-cultu reel werkster dit project te laten begeleiden. Wij vragen dan ook van de wethouder dat hij er alles aan zal doen om op korte termijn duidelijkheid te verschaffen of en wanneer dit project gerealiseerd kan worden. De bewoners hebben hier recht op en zulke plannen moeten niet in de kast komen te liggen. Verder lijkt het ons goed dat de wethouder nog eens overlegt met de Stichting Buurtwerk Wielenpólle over de invulling van de uren die er nodig zijn om dit project te bege leiden. Op zich lijkt het ons een goede zaak om personen die al jaren 37

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 19