die kant om hoog gaan en de tekorten zo laag mogelijk worden. Wellicht dat er ook mogelijkheden voor de gemeente liggen in haar rol als werk geefster, want het is niet zo dat het LDC alleen diensten verleent aan intermediaire en onderwijs. Dit zou ook heel goed kunnen naar werkgevers en personeelsorganisaties. Het is in ieder geval onze inzet om die tekor ten zo laag mogelijk te laten zijn om de garanties niet, of in ieder geval in geringe mate, aan te hoeven spreken. Het zal ook inderdaad nog moeten blijken, de heer Bilker heeft dat ook gezegd, of het feit dat het LDC in Leeuwarden zit inderdaad er toe leidt dat je 2 jaar langer nodig hebt om kostendekkend te draaien. Dat je extra kosten maakt vanwege verhuizing is logisch, maar die kosten neemt het rijk dan ook voor zijn rekening. Het andere is een veronderstelling en het zal nog moeten blijken of dat inderdaad zo is. De afstand naar Leeuwarden is inderdaad niet zo verschrikkelijk groot als sommigen misschien denken. Dan heeft mevrouw De Haan ten slotte nog gevraagd aan het college om informatie te geven over het wonen in Leeuwarden in brede zin aan de mensen, van het LDC. De huidige en toekomstige werknemers van het LDC te stimuleren om zich zo veel mogelijk ook in Leeuwarden te vestigen. Dat wil ik graag toezeggen. Ik denk ook dat dat heel belangrijk is. Dan kom ik bij mevrouw Garms. Ik heb een aantal punten van haar al beantwoord. Zij heeft uitgelegd waarom zij bij de algemene beschouwingen tegen de storting in het Werkgelegenheidsfons waren. Ik heb in de commissie begrepen dat zij wel voor dit voorstel zijn. Ik heb haar dat net niet horen zeggen, maar ik heb haar ook niet het tegendeel horen zeggen, dus ik neem aan dat in dit geval de PAL-fractie wel in kan stemmen met dit voorstel Ik ben al even ingegaan op het punt dat het er inderdaad op lijkt dat je in de slag moet om werkgelegenheid binnen te halen. Dat is uiteraard geen goede zaak. Het betrekken van de commissies daar ben ik al op ingegaan. Mevrouw Garms zegt, dat je zou moeten stimuleren dat het LDC zo spoedig mogelijk verhuist. Voor zover wij daar invloed op hebben, zullen wij dat bevorderen. Ideeën over huisvesting. Wij hebben aanvankelijk wel de suggestie gedaan aan het LDC om te gaan zitten in de buurt van Tadingastatehet RDC in oprichting. Daar zijn zij nog niet op ingegaan, maar als er verder met hen gepraat gaat worden over de huisvesting, zullen wij opnieuw die suggestie op tafel leggen. Mevrouw Vissers daar ben ik denk ik intussen op ingegaan. Wat betreft de toetsingscriteria heeft zij gezegd dat zij zich daarbij aansluit bij mevrouw De Haan. Zij zei juist dat je dit beter per geval zou kunnen bekijken en voorlopig geen harde toetsingscriteria aan zou moeten leggen. Ik ben dat met mevrouw De Haan eens en ik zou dus ook niet voor willen stellen om in z'n algemeenheid toetsingscriteria te formule ren. Behalve dan criteria in de zin van zorgvuldigheid, een goede afwe 14 ging maken tussen wat het kost en wat het oplevert. Dan kom ik bij de heer Bilker. Op een aantal punten van hem ben ik ook al ingegaan. Hij heeft in feite hetzelfde gezegd: je moet dit goed beoordelen op werkgelegenheidseffecten. Hij heeft nog de suggestie gedaan om daar eventueel een apart fonds voor te vormen. Ik kan mij voorstellen dat dat een punt is dat in de Commissie Economische en Sociale Zaken nog eens een keer aan de orde zou kunnen komen, omdat dat een wat breder punt is Dan ten slotte de WD-fractie. Schoorvoetend akkoord, begrijp ik. Het is een uitzondering voor hen, zegt de heer De Beer, hij wil niet weer verrast worden met dit soort situaties. Ik kan niet beloven dat dit niet weer voor zal komen. Op zich denk ik dat wij moeten proberen om werkgele genheid naar Leeuwarden te halen en dat wij elke keer als zo'n situatie zich voordoet die afweging moeten maken. In die zin vind ik wel dat je er heel zorgvuldig mee moet omgaan, maar om dit nu meteen tot uitzonde ring te verheffen, gaat mij wel wat heel ver. Er kunnen situaties ont staan, ook in de toekomst, waarvan je zegt, dit lijkt ons een goede beslissing om het nu wel te doen. Mevrouw De Haan: Heel kort, want wij zijn het praktisch op alle punten eens. Ik heb de wethouder gevraagd, als zich in de toekomst weer een dergelijk geval zou voordoen te pogen de positieve effecten wat uitvoeri ger in de raadsbrief te beschrijven. Dan denk ik aan indirecte effecten, niet alleen aan werkgelegenheid maar ook op allerlei andere terreinen. Ik heb niet gehoord dat de wethouder daar op ingegaan is. De wethouder heeft toegezegd zo veel mogelijk voorlichting te willen geven aan mensen die hier nieuw van buiten komen om te proberen die aan de gemeente te binden." Ik zou het op prijs stellen als bijvoorbeeld op het moment dat het LDC enige tijd draait en mensen zo veel mogelijk gehuisvest zijn, eens een rapportage te houden van hoeveel mensen nu daadwerkelijk in de stad zijn komen wonen en wat al of niet de beweegre denen zijn geweest om bijvoorbeeld niet in de stad te komen wonen. Om daar als gemeente ook lering uit te kunnen trekken. Mevrouw Garms: Ook wij hebben naar voren gebracht dat wij eigenlijk vinden dat er criteria of randvoorwaarden zouden moeten komen om een keuze te kunnen maken wanneer je wel of niet in dit soort situaties doorgaat. Op zich kan ik meegaan, dat heb ik in de commissie ook al gezegd, om eerst wat ervaringen op te doen, maar ik denk dat het toch belangrijk is, hoewel het jammer is dat wij daarvoor niet beleid ontwik kelen omdat die trend daadwerkelijk waarneembaar is. Het lijkt ons toch van belang om ons bewust te zijn van de argumenten die per situatie naar voren gebracht worden en die moeten ook iedere keer weer opnieuw getoetst worden of wij die niet op verschillende momenten anders gaan gebruiken. 15

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 8