Set Ontt Or Uitj O 1 B< leegstaande panden omgaat. Dan kun je vervolgens van de kant van het Yerj(( Openbaar Ministerie en de openbare orde handhaving overwegen de beleids- yerw lijn voor het kraakbeleid ook aan te passen bij de gewijzigde situatie. yerw Dus wat mij betreft moet ik deze motie ontraden. Ik zie ook geen behoor- yerw lijke uitvoeringsmogelijkheid voor deze motie. Verkt 'v'ervv De heer Heins: Ik heb ook wel begrepen dat die beleidslijn vanuit het Verw Driehoeksoverleg naar voren is gekomen. Het is ook niet de bedoeling om het hele beleid ter discussie te stellen. Dat behelst de motie ook niet. Rui Mis schien is het woordje "beleid" in deze motie wat te zwaar geformu leerd. Ik zou graag willen dat, zoals u het op het laatst formuleerde, Verv daar in de commissie eens wat uitgebreider over wordt gesproken. Dat die notitie dan ook wordt voorbereid vanuit bijvoorbeeld de Dienst Stadsont wikkeling als het gaat over het beleid ten aanzien van leegstaande panden, als het gaat over het aanschrijvingsbeleid waar wij in de binnen stad niet mee werken, waar het gaat om wanneer de politie misschien wel die beleidslijn uit zou willen voeren maar het gewoon niet uitvoeren kan. Als het ware een notitie te laten voorbereiden, en niet een beleidsnoti tie want ik denk dat dat het moeilijke woord is, waardoor wij in de commissie kunnen praten over het gebied dat valt tussen in dit geval nt Stadsontwikkeling en het kraakbeleid. pl£ Mevrouw De Haan: Wat mij betreft gaat het ook met name om die twee zaken die u noemt met elkaar kort te sluiten. Dat is precies wat naar mijn idee Et de intentie van de motie is. Niet het kraakbeleid zelf, de regels die zijn opgesteld hoeven wat mij betreft niet eens zo zeer ter discussie te Ver staan, maar wel de concrete situaties waardoor er een aantal misver standen ontstaan. Daar gaat het om. Ik denk dus ook niet dat het kraakbe leid zelf ter discussie hoeft, maar wel dat je die gevallen die geweest zijn zou moeten evalueren van waar het dan aan geschort heeft. Dan komt y met name die gemeentelijke kant ook aan bod. De kortsluiting over die twee zaken, waar wij het net bij het Beleidsplan over gehad hebben, zou ie hier moeten kunnen realiseren. Vei J On De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, kunnen wij niet in de eerstvol gende vergadering met elkaar afspreken welke richting wij kiezen? Ik denk dat wij hier allemaal wat vrijblijvend zitten te praten, op een enkele uitzondering na natuurlijk, maar het lijkt mij veel beter om daar verder Ad te praten. Wij kregen vanavond dit stuk ook op tafel, ik wist ook niet c dat dit zou komen, het verraste mij eigenlijk een beetje. Ik begrijp ook niet waarom dit nu plotseling op tafel ligt en niet met de stukken meege- I stuurd is. Wij hebben hier in de fractie niet over kunnen spreken. Mijn verzoek zou zijn om dit in de eerstvolgende commissie te behandelen. (De Voorzitter: Moties worden nooit met de stukken meegestuurd.Het lijkt mij veel verstandiger om eerst de zaken eens op een rijtje te zetten en in de volgende commissievergadering af te spreken welke richting wij 26 2 uitgaan. De heer De Jong: Heb ik nu begrepen of de heer Heins zijn motie hand haaft, of niet7 Dat is mij nog niet geheel duidelijk geworden. Als hij de motie wel handhaaft, kan ik nu reeds zeggen dat mijn fractie die niet zal steunen. Wij kunnen ons vinden in de uitleg van de burgemeester. De heer Bilker: Dat is mijn vraag eigenlijk ook. Wat gaat er nu met deze motie gebeuren? Wat gaat de PAL-fractie nu doen? Ik begrijp in tweede instantie dat èn de PAL-fractie èn de PvdA-fractie een andere exegese aan het geheel geven. Maar dat staat er niet, wat dat betreft moeten wij ons altijd houden, zo heb ik geleerd, aan wat er staat. Zoals het hier vermeld staat wordt de motie in het geheel niet door de CDA-fractie gesteund. Wij hebben daar geen enkele behoefte aan. De concrete richtlij nen zijn concreet genoeg naar ons oordeel. Wij hebben op 8 april in de commissie ons ook achter het optreden van de politie en de burgemeester gesteld. Wij blijven dat doen, gezien de richtlijnen die er zijn. Wij kunnen het dus met u, burgemeester, eens zijn. In wezen is dit hier niet aan de orde. Een ander punt is natuurlijk als men zegt: wij willen wel eens praten over de situatie van de leegstand. Maar dan moet de motie daar ook over spreken. De wethouder van de Dienst Stadsontwikkeling kan een toezegging doen, dan zijn wij er uit en dan hoeft de motie ook niet in stemming gebracht te worden. (Mevrouw De Haan: Het gaat mij er juist om dat je geen relatie legt tussen leegstaande panden en kraken. Wij willen dus niet alleen over leegstand praten, maar ook die relatie aanbrengen tot wat de politie in het kader van de ontruiming doet. Die relatie daar gaat het nu juist om en wat mij betreft kan de motie blijven staan zoals het staat, want die is helder naar mijn idee.) Mevrouw Visser: Ik had bij dit punt al staan "akkoord met het raadsstuk inzake het beleid" en daar blijft mijn fractie achter staan. Ook de relatie die gelegd wordt naar de langdurige leegstand van panden, dat wij daar met elkaar heel zorgvuldig naar kijken, vind ik een taakstelling die natuurlijk altijd beantwoord moet worden, maar niet via een kraakbe leid. Ik denk dat het overleg over de manier waarop de politie met het kraakbeleid omgaat, via een zorgvuldige procedure aan de orde kan komen. Dat hoort hier, wat mijn fractie betreft, niet thuis. De Voorzitter: Als het gemeentebestuur, maar dan in zijn eigen verant woordelijkheid, komt tot de formulering van een beleid met betrekking tot leegstaande panden, waardoor je inderdaad beoogt om daar een zo goed en zo juist mogelijk gebruik van te maken om daarmee de verloedering van de stad tegen te gaan, dan blijft er waarschijnlijk weinig over om een kraakbeleid tot uitvoering te brengen. Alleen waar ik mee blijf zitten, dat zijn de rechten van eigenaren die ook met de wet in de hand zich

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 14