2 Or Ontt eigenlijk ondingen vindt. Hij vraagt welke termijn wij in gedachten Verkt hebben. In dit voorstel wordt uitgegaan, ik dacht dat wij dat in de yerw commissie ook uitvoerig toegelicht hadden, van een bloktijd van twee uur en een overschrijding, die wij gebaseerd hebben op ervaringen elders, van LrV> 102. De heer Van Olffen heeft in de commissie gezegd dat hij dat een te er^ korte periode vond. Ik heb hem toegezegd dat ik bereid ben om te kijken r of die periode verlengd zou kunnen worden tot een tijd die wel acceptabel Verw is, zij het dat je daarmee enig financieel risico incalculeert. Verw Dan heeft de heer Van Olffen nog een punt van heel andere orde aangesne- Rui deri) namelijk overleg met de regio om dit soort voorzieningen een breder draagvlak te geven. Als ik hem goed begrijp dan zit hij vooral te denken Verw aan een financieel breder draagvlak, hoewel hij dat woord niet gebruikt heeft. Dit is een punt dat je niet zo maar even aan een zwembad moet Set koppelen. Dat de regio belang heeft bij dit soort voorzieningen, is denk ik zonneklaar. Dat geldt overigens voor meer voorzieningen in de gemeente Ontti Leeuwarden. In die zin zou je best, in ieder geval in stadsgewestelijk verband, de discussie kunnen starten hoe je met z'n allen voorzieningen, die voor een heel groot gebied van belang zijn, in stand houdt. Maar om dat nu expliciet aan het zwembad te koppelen, gaat mij op dit moment een beetje te ver. Ik denk dat dat een discussie is die eerst in een wat algemenere zin binnen die stuurgroep Stadsgewest gevoerd moet worden en Pl2 dan wellicht op wat langere termijn wat specifieker over een aantal voorzieningen waar het dan om gaat. Het zwembad is daar een voorbeeld Za van> de Harmonie zou een ander voorbeeld kunnen zijn er. zo zijn er waarschijnlijk wel meer. Er Dan de heer De Beer. Hij zegt: het beeld is nu duidelijker dan een jaar Ver geleden en dat is voor ons reden om in te stemmen met het voorstel. Dat Uit} verheugt mij zeer. O Hij zou twee punten graag terug willen hebben in de commissie. De blok- tijden en de beheersvorm. Ik wil hem dat graag toezeggen. Ik heb dat V overigens ook al toegezegd in de vorige commissievergadering, zij het dat ik er van uitga dat hij wèl in kan stemmen op basis van de raadsbrief en de nadere rapportage, met de keuze voor het beheer bij de gemeente. Hoe wij dan vervolgens uitwerking geven aan een vorm van contractmanagement, is een zaak waar in de commissie dan nog uitvoerig over beraadslaagd kan worden. Maar de principiële keuze van het in eigen beheer houden, wordt in ons voorstel wel vanavond gemaakt. (De heer De Beer: Ik heb gezegd "de nadere uitwerking van deze beheersvorm"Van deze beheersvorm, o.k, dan heb ik het goed begrepen. Ad c Dan kom ik bij mevrouw Dijkstra. Zij zegt, wij hadden graag meteen een goede financiële opzet gezien en niet in twee etappes. Ik denk dat dat I heel lastig was, mevrouw Dijkstra. Wij hebben vorig jaar de principe keuze gemaakt, wij hebben toen ook de architectenkeuze gemaakt. Pas daarna ga je aan het werk met het maken van een bestekklaar plan en ook pas daarna kun je kijken wat de consequenties zijn voor de exploitatie. Een jaar geleden was dat gewoon niet mogelijk. Dan zie je dat op een Vei Om D B 42 aantal punten die exploitatie meevalt, op een aantal andere punten valt dat tegen. Maar per saldo is het plaatje sluitend - ondanks dat de inves tering hoger is -, dat was een jaar geleden met een lager bedrag niet het geval. Uiteindelijk gaat het er toch om die exploitatie jaarlijks rond te krijgen, inclusief de besparing van 1,5 ton. Zijn nu alle mee- en tegenvallers opgenomen? Ja, zij het dat wij natuur lijk op dit moment niet kunnen overzien hoe de aanbesteding uitvalt, dat zal nog moeten blijken; zij het dat wij voor de bezoekersaantallen een zo zorgvuldig mogelijke raming hebben gemaakt, maar je kan ook daar geen spijkerharde garanties voor geven, dat zal in de praktijk moeten blijken. Je kunt wel zo zorgvuldig mogelijk ramen, dat hebben wij gedaan, wij hebben het zelfs aan de conservatieve kant geraamd. Ik denk overigens dat het heel verstandig is dat wij dat zo gedaan hebben. Maar er blijft altijd een onzekerheid inzitten. Mevrouw Dijkstra zegt: wij kiezen nu ook voor het houden in eigen beheer, maar dan wel zo zakelijk mogelijk. Waarom staat dat niet in de raads brief? Naar mijn idee staat dat wel in de raadsbrief zij het, ik heb dat ook in de commissie gezegd, dat het daarin wat kort om de bocht staat. Waar wij vanuit gaan is een beheer binnen de eigen gemeente. Vervolgens moeten wij invulling geven aan een zodanig vastgelegde afspraak tussen het college en de betreffende zwembadbeheerder, dat je dat beheer ook zo zakelijk mogelijk vorm kunt geven. Over die uitwerking zullen wij met een voorstel komen; dat zal ook aan de commissie voorgelegd worden. Als mevrouw Dijkstra zegt, ik wil daar nu een antwoord op, anders kom ik in tweede termijn met een motie, dan wacht ik dat maar even af, want dat antwoord heb ik op dit moment niet. Wij hebben toegezegd om daarmee te komen. Maar over de inzet, een zo zakelijk mogelijke aanpak van het zwembad, daar zijn wij het van harte mee eens. Ik denk ook dat dat nodig is, omdat het toch een bedrijf is dat heel adequaat moet kunnen inspelen op allerlei zaken die niet alleen dagelijks gebeuren, maar ook op ontwik kelingen die zich op de wat langere termijn voordoen. In die zin moet je daar heel heldere afspraken over maken. Dan heeft de heer Hiemstra gevraagd naar het klantvriendelijke kassasys teem. De vraag was mij niet helemaal duidelijk, moet ik eerlijk zeggen. Ik heb in de commissie - de ambtenaren hebben dat nog veel duidelijker gedaan - een aantal voordelen genoemd van het kassasysteem. De heer Hiemstra heeft toen gezegd dat er ook wel eens ervaringen waren opgedaan met een kassasysteem op een andere plek die wat minder klantvriendelijk waren. Mij is niet duidelijk wat hij nu vanavond nog op dit punt wil horen. Misschien kan hij dat in tweede termijn nog even uitleggen. Dan kom ik bij mevrouw Visser. Zij zegt, weliswaar waren wij voor tempo risering van het zwembad als de algemene reserve heel duidelijk beneden de 3 miljoen kwam, maar gezien dit voorstel denken wij toch dat het verstandig is om er mee door te gaan. Zij heeft gezegd: in ieder geval zou ik die zakelijke opzet en de proble matiek van de bloktijden nog een keer in de commissie aan de orde willen 43

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 22