Ei Verk( Verw Verw Ontt Or Uit; O eens onverschillig worden of in enkele gevallen het recht in eigen handen gaan nemen. Voorzitter, wij willen deze klachten ernstig nemen en er moet zeer snel gewerkt worden aan een structurele oplossing. Dat geldt natuurlijk niet ^ervv alleen voor de Herestraat, dat geldt voor de gehele gemeente. Een duide- Verk lijk optreden van de politie, zoals de aanpak van foutparkeerders op het Verw Wilhelminaplein bijvoorbeeld, dwingt respect af en heeft zeker op den Verw duur positieve gevolgen. Wij vernemen graag uw reactie, mijnheer de voorzitter. Ru yerv De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, op deze wijze kun je na een half jaar geen brief beantwoorden. De gemeentelijke reorganisatie kan en mag Scl geen excuus meer zijn. Op z'n minst kun je in zo'n briefje je veront schuldigen voor het feit dat je na een half jaar in staat bent het antwoord te geven. Klantvriendelijk zijn is op papier kennelijk iets anders dan in de praktijk. Wij willen dan ook graag dit antwoord in bovengenoemde zin aangepast zien. De WD-fractie is ook benieuwd naar de wijze waarop de burgemeester Ont' separaat zal reageren. Ik denk dat de hoofdtaken in het Beleidsplan pi: Gemeentepolitie Leeuwarden voldoende aanknopingspunten geeft. Bijvoor beeld "het regelend optreden ter bevordering van orde en rust" en een Zt zinsnede uit datzelfde rapport: "de beëindiging van onaanvaardbare situa ties" yer De heer Heins: Ik zal hier kort over zijn. Evenals de vorige sprekers zijn wij ook verontwaardigd door deze gang van zaken. Ik sluit mij met name bij het voorstel van mevrouw De Haan aan om in de commissie hier eens nader over te praten, met name wat de klachten betreft. Mevrouw Visser: Ook mijn fractie heeft geen toevoegingen aan de eerdere ^e' sprekers. Wij benadrukken dat de zorgvuldigheid en openheid van de 0° briefschrijver met eenzelfde zorgvuldigheid behoort te worden behandeld. E Ik sluit mij aan bij een verdere behandeling in de commissie. E De Voorzitter: Ik denk dat het goed is dat ik eerst wethouder Timmermans Ac de gelegenheid geef om te reageren op de brief die er dan wel ligt. c I De heer Timmermans (weth.): Voorzitter, ik weet niet of het verstandig is om dan ook het punt van de teleurstelling te behandelen. Ik denk dat j ik mag constateren dat ook het college constateert dat na een half jaar een brief behandelen, zonder dat een volledig antwoord beschikbaar is, teleurstellend is en eigenlijk niet had mogen voorkomen. Ik constateer, 2 dat ondanks pogingen en stellingnames in de richting van de organisatie om de verschillende brieven die in het nabije verleden, maar in dit geval zelfs al weer wat langer, de organisatie zijn ingebracht met het verzoek om daar snel op te reageren, dat dit nog niet geheel is gelukt. Op dit moment is een overzicht beschikbaar waarin dit boven tafel komt, wij proberen daar nu echt vanaf te komen. Daarbij is duidelijke dat de individuele medewerkers die de antwoorden moeten geven, te snel beslis singen nemen in de richting van, wij zullen gelijk het inhoudelijk antwoord geven, terwijl het vaak verstandig is om te kiezen voor een mededeling in de sfeer van "om de raad te berichten". Dit betekent echter wel dat een verontschuldiging in deze brief op z'n minst op zijn plaats is. Ten aanzien van de heer Bilker, met betrekking tot het antwoord voor wat betreft de bouw van het Provinciehuis, denk ik dat de brief volstrekt duidelijk is. Het is een kwestie die in 1985 is ontstaan. Toen is daar van de zijde van de familie Smit bezwaar tegen aangetekend, daar heeft een uitgebreide procedure over plaats gevonden. Uiteindelijk is men in het ongelijk gesteld en daarmee is die discussie afgerond. Wellicht is het taalgebruik wat juridisch, maar aan de andere kant denk ik dat de familie Smit in dit verband, ook gelet op de eerdere correspondentie, precies weet waar dit op neer komt. De Voorzitter: Het tweede element ga ik toch in een algemene context plaatsen. Het is juist dat brieven die naar de raad worden gestuurd terstond op de agenda dienen te worden geplaatst. Mevrouw De Haan zegt dat dit bij de fracties de nodige irritaties heeft opgewekt. Ik deel die gevoelens. Ik heb deze dag ook met de nodige irritaties doorgebracht, om de doodeenvoudige reden dat ik deze brief pas twee weken heb. Vervolgens heb ik die naar de politie gestuurd en gezegd dat ik nu ook binnen twee weken een rapportage hierover wil. Het mag niet zo zijn dat vanaf septem- ber-oktober dergelijke brieven onderweg zijn. Die brief heeft al die tijd op de dienst gelegen. U mag mij er op aanspreken dat het in de Gemeente wet mijn verantwoordelijkheid is te zorgen dat brieven die aan het bevoegd gezag gericht zijn ook terstond ter plekke worden gebracht waar zij horen. Als dat niet gebeurt, deugt dat van geen kant. Ik heb daar ook geen goed woord voor over. Sterker nog, ik begin morgen een reeks ge sprekken met directeuren om te overleggen op welke manier de directeuren van de dienst zich er daadwerkelijk mee gaan bezig houden dat betere procedures worden gevolgd. Een brief moet niet naar een dienst om eerst inhoudelijk bekeken te worden. Een brief mag naar een dienst gaan om te laten beoordelen wat het advies en het procedurevoorstel aan de raad moet zijn, eerst een preadvies "voor kennisgeving aannemen" danwel anderszins. Dit is nog maar één voorbeeld. Ik heb vandaag de stapel gekregen van wat er nog ligt en daar ben ik van geschrokken. Ik heb er geen enkelen behoefte aan om nu recht te praten wat krom is. Ik herhaal, het deugt van geen kant. Wij zullen dan ook maatregelen treffen om te voorkomen dat dit 7

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 4