c
2
1
Leeuwarden 1991-1995.
Verk(
Verw
Verw
Verw
Verki
Verw
Verw
Ru
Verv
ScJ
Ontt
Or
Ontt
pl<
Zï
Ei
Ver
Uit]
O
Vei
On
C
B
Ad
Bt
Mevrouw De Haan: Mijnheer de voorzitter, na de discussie in de Commissie
Openbare Orde waar een aantal concrete zaken aan de orde zijn geweest,
van onze kant nog enkele algemene opmerkingen.
In de eerste plaats verwachten wij van een beleidsplan, dus ook dat van
de politie, een inventarisatie van knelpunten van het werk van de politie
hier in Leeuwarden. En op basis daarvan concreet geformuleerde doelstel
lingen die ook toetsbaar zijn aan de hand van een jaarverslag, een
vertaling daarvan naar de middelen toe, zowel qua menskracht als financi
en, en heldere beleidskeuzes in de zin van prioriteiten. Met name die
concreet geformuleerde doelstellingen en die heldere beleidskeuzes missen
wij in zijn algemeenheid wat in het Beleidsplan van de Gemeentepolitie.
Wij vinden het te weinig concreet en te globaal en waarschijnlijk ook een
te zwakke basis om jaaractiviteitenplannen op te maken.
Voor een tweede algemene opmerking verwijs ik naar een artikel van Pieter
Nieuwenhuysen, dat ik laatst las in Binnenlands Bestuur. Hij zegt dat
vanaf het moment dat wettelijk geregeld is dat de burgemeester verant
woording aflegt aan de raad, terwijl een grotere openheid is gekomen ten
aanzien van het beleid ten aanzien van de politie en de raad zich er wat
meer mee is gaan bemoeien, toch - en dat zijn dan de woorden van Pieter
Nieuwenhuysen - het openbare orde-beleid zich op een staatsrechtelijk
eilandje bevindt en dat dat gevolgen heeft voor de beleidscultuurHet
werkt, zo zegt hij, bij gemeenteraden een houding van gepaste distantie
in de hand. Alle maatschappelijke verontrusting over de toegenomen
onveiligheid hebben deze houding niet wezenlijk veranderd. Hij signaleert
dat als een landelijk probleem, bij de verschillende gemeenten.
Ik ervaar dat in Leeuwarden ook wel een beetje, zeker als je bijvoorbeeld
de discussies in de Commissie Openbare Orde meemaakt en de resultaten van
die discussies in het Beleidsplan eigenlijk nauwelijks terug vindt. Even
verderop in het artikel schrijft hij: "Met de explosieve groei van
criminaliteit en wetsovertreding wordt dit instrument steeds bezwaarlij
ker. De huidige ontwikkeling stelt niet alleen geheel nieuwe eisen aan
de korpsbeheerder, sinds de rapporten van Roethof en het Beleidsplan
Samenleving en Criminaliteit weten wij ook dat de politie het niet alleen
af kan en dat bestuurlijke preventie een veel grotere rol moet gaan
spelen. Ook op andere beleidsterreinen zullen de mouwen moeten worden
opgestroopt. Veiligheid wordt een zaak van integraal beleid voor het hele
college van b. en w. Dit lukt uiteraard des te beter naar mate de wette
lijke portefeuillehouder volwaardig meedoet als politiek bestuurder.
Daarmee wordt en passant ook bevorderd dat het politiekorps, nu nog vaak
een gesloten wereldje, meer als een normale gemeentelijke dienst gaat
functioneren." Hij geeft dan een warm pleidooi voor de benoemde burge
meester en dan niet zozeer vanuit de argumentatie waar wij het in de
algemene beschouwingen over gehad hebben, de benoemde burgemeester die
de lokale democratie verlevendigt, maar meer de benoemde burgemeester om
dat integrale beleid ten aanzien van de politie gestalte te geven. Met
12
name ook om dat politiebeleid uit haar isolement te halen.
De benoemde burgemeester is hier niet aan de orde. Waar het mij vanavond
om gaat is dat ik wel onderken en wel uit wil spreken ook, dat wij vinden
dat het veiligheidsbeleid uit die geïsoleerde positie gehaald zou moeten
worden en dat wij een voorstander zijn van een zo integraal mogelijk
beleid. In het Beleidsplan vinden wij die tendens ook terug. De politie
geeft ook aan het absoluut niet meer alleen te kunnen. Zij wijst wat dat
betreft op de verantwoordelijkheid van de burgers en zij wijst ook heel
nadrukkelijk op de rol van de raad. Wij hebben het daar in de Commissie
Openbare Orde ook over gehad. De raad voert op verschillende terreinen
een eigen beleid. De politie en het beleid van de gemeente krijgen steeds
meer raakvlakken en hebben elkaar beleidsmatig ook hard nodig.
Het Beleidsplan geeft dat dus als trend aan, maar wat ons betreft wordt
dat te weinig uitgewerkt. Wij zouden eigenlijk willen voorstellen aan
de burgemeester er voor te zorgen dat in de jaarplannen met name op het
terrein van de sociale vernieuwing maar ook zeker op het terrein van
milieu, wat de gemeente betreft hoge prioriteiten van beleid, die samen
werking tussen politie en gemeente tot uitdrukking komt. Wat ons betreft
in helder geformuleerde uitgangspunten die ook toetsbaar zijn aan de hand
van een jaarverslag.
Voor de rest zijn er een aantal opmerkingen die eigenlijk steeds terug
komen bij de behandeling van het Beleidsplan en waarvan wij het gevoel
hebben dat wij niet helemaal terug kunnen vinden in hoeverre het beleid
effectief is. Ik denk dan bijvoorbeeld aan het tegengaan van discrimina
tie, maar ook de vooroordelen. Ik denk ook bij dit punt aan het voor
keursbeleid voor vrouwen, dat wij al een aantal keren genoemd hebben,
maar waarvan wij nog steeds het gevoel hebben dat het niet echt effectief
werkt. Een derde punt is een goede klachtenprocedure. Dat komt ook steeds
terug in de verslagen, maar wij hebben nog steeds het gevoel dat dat niet
goed geregeld is.
Wat deze laatste punten betreft zou ik graag de burgemeester willen
vragen hoe de stand van zaken op dit moment is.
Dan heb ik nog één puntje.
Ik heb het net gehad over integraal beleid, politie en gemeente samenwer
ken op een aantal beleidsterreinen. Ik wil de burgemeester vragen om met
name als het gaat om het nieuwe bestuur van de politie, de regionalisatie
van de politie, in de gaten te houden dat dat boven tafel blijft, want
dat is één van de knelpunten, zo heb ik begrepen, bij de nieuwe bestuur
lijke vormgeving van de politie.
De heer Bilker: Mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie wil een korte
algemene reactie geven op het voor ons liggende Beleidsplan. Het plan is
namelijk uitvoerig in de Commissie Openbare Orde aan de orde geweest.
Veel wordt in dit Beleidsplan aangekondigd. Men treft dan ook veelal
13