Ontt Or B< 2 Verw Verw Ontt zinnen aan die duiden op aandacht voor nieuwe ontwikkelingen. Op zichzelf Verk( natuurlijk een goede zaak, maar de vraag bij zulke constateringen is wel: yerw wat gebeurt er nu precies en wat gaat er gebeuren? Er is zo langzamerhand weer meer behoefte aan herkenbaar concreet beleid. Een gericht optreden van de politie telkens weer op een ander gebied, zoals bijvoorbeeld criminaliteitsbestrijding, parkeerovertredingen, milieudelicten of bij burenoverlastzoals wij vandaag in de krant hebben kunnen lezen, of op e w welk gebied dan ook, kan vruchten afwerpen. De burger ziet dan dat er wat V pru gebeurt en ervaart de politie dan ook weer als een goede vriend. Er is veel aan de hand bij de politie: herstructurering, regionalisering, maar ook automatisering en het alert moeten zijn op die vele aandachts- Verv velden. Dat betekent veel voor de politie en wij hebben het dan over mentaliteits- en cultuurverandering. Wat onze fractie betreft zal daar Scl de klemtoon op moeten komen te liggen. Met andere woorden de zogenaamde bastionmentaliteit moet doorbroken worden. Ook wat dat betreft behoort het meer uren op straat zijn tot de afstemming van de belangrijkste aandachtspunten. Wij moeten dus wat de concrete uitwerking betreft niet blijven hangen in formuleringen als "het moet mogelijk zijn" of "het zal moeten" Helaas constateer ik dat ook in de definitieve versie van dit Beleidsplan dit soort zinsconstructies zijn blijven staan. Ook met betrekking tot de Psociale cultuur en ten aanzien van de klachtenprocedures staan te vaak zulke omschrijvingen. In de commissie hebben wij gepleit voor aanscher- pingen. Belangrijkste zaak blijft natuurlijk de praktijk. De kwartaalver slagen en de jaarlijkse evaluatie kunnen daarvan de neerslag vormen in Ei de Commissie Openbare Orde. Wij willen u, burgemeester, in ieder geval verzoeken deze mogelijkheid ons te bieden. Ver De beleidsontwikkeling van de reorganisatie en de regionalisatie is een Uit] onderwerp dat telkens in de commissie aan de orde komt, ik zal daar dan O nu ook niet verder op ingaan. y De conclusie van de CDA-fractie is dat op de volgende aspecten moet worden gelet bij het politiebeleid, uiteraard passend in het totaal ye] geïntegreerde beleid: 1. De herkenbaarheid, dus de politie op straat en een doelgericht optreden. Dat laatste zou zelfs publieksvriendelijk, als het om een bepaald aspect gaat, zoals bijvoorbeeld bij parkeerovertredingen of een actie van inbraakpreventie, door middel van een publiciteits- actie kunnen worden gepresenteerd. Dat geeft ook weer een positief beeld, zeker op de lange termijn om de burgers er meer bij te Ad betrekken, c 2. De al genoemde mentaliteits- en cultuurverandering, zowel intern als extern. I 3. Aandacht voor milieu-overtredingen. 4. De regionalisatie waardoor een goede samenwerking in het geheel moet ontstaan. 14 Mevrouw Visser: Mijnheer de voorzitter, wij hebben ook al in de commissie bepaalde punten aangedragen, met name waar het gaat om preventie, contro le en integratie. Ook verdere samenwerking op het milieugebied is daar bepleit. De aanwezigheid van de politie op straat en het effect dat dit heeft op het gevoel van veiligheid bij de burgers, is een belangrijk aspect dat wordt onderkend in het Beleidsplan. Bij de post Binnenstad blijft mijn fractie toch een dag en nacht bemensing bepleiten. Gezien de agressie-uitingen in de binnenstad zou de lijn politie-agressor een zo kort mogelijke dienen te zijn. Gebiedsgebonden aanpak dus ook daar. Dat het Beleidsplan beoogt een zo concreet mogelijk beeld te geven van het te voeren beleid is een goede zaak. Bij het politietoezicht wordt gesproken over de middelen en methodes die worden gehanteerd. Er wordt ook gesproken over het maken van keuzes daarin. Ook daarin wordt beoogd de lijn politie-burger zo kort mogelijk te maken. Dan de werkbegeleiding. De agent op straat zal zeker directer worden geconfronteerd met agressie. Stress ontstaat daar uit. Wij bepleiten daarvoor ook binnen het korps voldoende en expliciete aandacht. Dus meer dan wat ik heb gelezen in het Beleidsplan, waar het wel onder de aandacht wordt gebracht, maar nog niet expliciet bij de werkbegeleiding. De concrete maatregelen die als actiepunten zijn ondergebracht in het structureel beleid lijken mijn fractie een goede manier van flexibili- teitsinbouwingErnstige criminaliteits bestrijding door een team als methodische aanpak, zoals in Amsterdam gebeurt, geeft opzienbarende resultaten. Is daar binnen Leeuwarden ook nog aan te denken? Het functioneringsgesprek, beoordeling en toekomstverwachting. De optimale inzet van oudere werknemers via een mogelijke loopbaanombui ging lijkt mij een prima zaak. Ook wat de lijnen naar de commissie betreft lijkt het mijn fractie een goede zaak ook die zo kort mogelijk te maken, zodat de afstemming politiek-politie ook zo goed mogelijk op elkaar kan inspelen, liefst via kwartaalverslagen. De heer De Jong: Voorzitter, begin december is uitgebreid in de Commissie Openbare Orde gesproken over het Beleidsplan van de Gemeentepolitie. In het Beleidsplan, en dan citeer ik bladzijde 8 waar het gaat over de cultuurverandering, staat: "De burger moet de politie zien en ontmoeten". Dat betekent klantvriendelijkheid in plaats van bastionmentaliteit. Dat is volgens de D66-fractie een goede zaak. Immers uit een onderzoek genaamd "Kijk op toezicht" van mevrouw Van der Schaaf, blijkt dat 70Z van de Leeuwarder bevolking weinig of geen toezicht door de politie ervaart. Uiteraard is dat een zeer subjectieve ervaring, dat wil ik er bij zeggen. Je bent er natuurlijk niet met alleen maar meer politie op straat. Daarom zal van een aanpak, zoals die bepleit wordt in het Beleidsplan een gedif ferentieerde politie, veel preventieve werking uitgaan. Te denken valt aan regulier politie-optredenstadswachten, parkeerpolitie en misschien zullen wij in de toekomst onze greep nog wel eens moeten doen naar onconventionele maatregelen. Een vraag daarbij is, wanneer krijgen wij 15

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 8