sociale vernieuwingsbeleid wat wij ingezet hebben, ook met kracht moet worden voortgezet. Vorige week in de raadsver gadering waar de sociale vernieuwing op de agenda heeft gestaan, hebben wij dat ook met algemene stemmen onder schreven. Dat geldt overigens niet alleen voor het bestrij den van achterstandssituaties, dat geldt ook voor zaken die samenhangen met de sociale vernieuwing, bestuurlijke ver nieuwing - ook de voorzitter is daar trouwens op ingegaan - en het buurtbeheer. Ook daarvan is de noodzaak en de actu aliteit vorige week en ook vanavond weer benadrukt. Om die reden zal ik daar vanavond ook niet uitgebreid meer op ingaan. Overigens zal collega Heere nog wat nadrukkelijker ingaan op het buurtbeheer Alle fracties zijn verder ingegaan op het beleidsterrein Onderwijs en hebben terecht geconstateerd dat dit beleid sterrein gigantisch in beweging is als gevolg van schaal vergroting, autonomievergroting, lump sum-achtige bekosti gingsstelsel etc. Dat zal ongetwijfeld ook gevolgen hebben voor de relatie tussen bestuur, in ons geval is dat dan de gemeenteraad als schoolbestuur, en school. Scholen zullen zelfstandiger moeten worden, meer zelf moeten regelen en beslissen en daar ook instrumenten voor moeten krijgen. Direct betrokkenen zullen meer inbreng moeten hebben. Ik denk daarbij overigens niet alleen aan ouders, ik denk daarbij ook heel nadrukkelijk aan personeel van scholen. Gezien de ervaringen die wij intussen hebben opgedaan met het fenomeen zelfbeheer zie ik daar wel perspectief in. Ik sluit niet uit, dat wij gekoppeld aan de schaalvergroting in het basisonderwijs, komen tot één of meer commissies ex artikel 61 zoals de CDA- en D66-fractie in hun motie voor stellen. Het lijkt mij alleen niet verstandig om daar nu al een uitspraak over te doen. Wij hebben eerder, en nog onlangs was dat het geval toen de kwestie Hempens aan de orde was, afgesproken met elkaar dat wij daar in eerste instantie een meningsvormende discussie over zouden hebben in de Commissie Onderwijs en Samenlevingszaken. Mij lijkt verstandig om dat ook eerst te doen, ook de discussie te voeren met de MR's en met de GMR en met de directeuren en pas dan een standpunt in te nemen Voorzitter, in januari a.s. zullen wij voor het eerst in de commissie een discussie hebben over de schaalvergroting in het basisonderwijs. Het lijkt mij verstandig om deze hele problematiek en de ideeën die daarover leven bij de frac ties, in die discussie te betrekken. Dat geldt overigens ook voor het punt dat de WD-fractie aan de orde heeft gesteld, namelijk de aandacht voor de dorpsscholen. Ik zou voor willen stellen om ook dat te betrekken bij die discussie in januari 1992. 86 Dan hebben de PvdA-, D66- en WD-fracties hun zorg uitge sproken over de voortgang van het Herenakkoord en gevraagd wat het college daaraan doet. Ik wil voorop stellen dat wij als college daar regelmatig overleg over hebben, zowel met het bestuur van de AHOF als met het provinciaal bestuur, omdat wij die zorg wel delen. De stand van zaken is op dit moment als volgt Voor wat de huisvesting betreft, mevrouw De Haan heeft daar ook nadrukkelijk naar gevraagd, is het zo dat het programma van eisen al geruime tijd klaar is. Maar intussen is er wat anders gebeurd en dat is dat de huisvesting in het hoger onderwijs op een andere manier gefinancierd gaat worden. Het is namelijk de bedoeling dat de scholen straks hun huisvesting in eigendom en beheer over gaan nemen. Dat is de reden dat het bestuur van AHOF-AHON besloten heeft om het hele programma van eisen nog eens door te laten rekenen door een extern bureau om te kijken hoe de zaak er bij ligt op wat langere termijn gezien. Begin februari wordt daar over een rapportage verwacht. Overigens geldt de eerste keus nog steeds de Potmarge-lokatie, ook daarover is af en toe wat onduidelijkheid ontstaan. Wij hebben nog niet zo lang geleden weer een overleg gehad met de AHOF-directie en zij hebben ons verzekerd dat zij nog steeds kiezen voor de lokatie PotmargeDe financiering van die huisvesting is nog steeds niet helemaal duidelijk, dat is ook onze indruk. Ik heb begrepen dat juist vandaag daarover weer overleg wordt gevoerd met de voorzitter van het College van Gedeputeerde Staten, die in het verleden zeer nadrukkelijk en direct bij het Herenakkoord betrokken is geweest. Wat de fusie betreft, de besturen van de AHOF en het Van Hall-instituut hebben besloten om per 1 januari 1992 bestuurlijk te fuseren. De Medezeggenschapsraad van het Van Hall-instituut heeft daar bezwaar tegen gemaakt. Zij heeft de zaak aanhangig gemaakt bij de geschillencommissie. Maar de uitspraak van die geschillencommissie kan het fusiebe- sluit niet meer doorkruisen. Om die reden heeft diezelfde MR een kort geding aangespannen tegen het AHON-bestuur met als doel om het bestuursbesluit tot bestuurlijke fusie op te schortenIk heb begrepen dat dat kort geding vandaag heeft gediend. Wij hebben daar de uitslag nog niet van gehoord In ieder geval betekent dat voor ons dat wij op dit punt voortdurend de vinger aan de pols houden en ook regelmatig informeren en overleggen over de stand van zaken. Dan zijn er door de D66- en WD-fractie een aantal opmer kingen gemaakt over het voortgezet onderwijs. Ik bedoel de eerste en tweede fase van het voortgezet onderwijs, want uiteraard valt ook de AHOF onder het voortgezet onderwijs. De voorbereiding voor de fusie is in volle gang. Er wordt hard aan gewerkt in stuur- en werkgroepen. Voor zover mijn waarneming strekt mijnheer De Jong - en dat is vrij ver 87

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1991 | | pagina 45