onverlet, voorzitter, dat als wij het hebben over de gemid delde grondprijs, dat niet betekent dat iedere kavel die prijs zou moeten kosten, omdat per kavel later een voorstel wordt gemaakt van wat de werkelijke waarde is. Dan wordt er inderdaad gekeken naar de kwaliteit van de kavel, de loka- tie. Dat betekent dat er ook kavels zullen zijn met een lagere grondprijs, zoals dat nu ook het geval is en ook kavels die zo uniek zijn gesitueerd dat die een aanzienlijk hogere grondprijs per vierkante meter kunnen rechtvaardi gen De heer Greving heeft aangegeven dat op grond van rechtson gelijkheid (dat is misschien een wat groot woord) de één een andere vierkante meterprijs zou moeten betalen als de ander. Ik heb al aangegeven in mijn eerste reactie dat dat per definitie het geval is. Bovendien is het zo dat mocht blijken dat er een stormloopje gaat plaatsvinden, wij volgend jaar bij de hercalculatie van het bestemmingsplan opnieuw tot stijging overgaan, omdat de markt daar aanlei ding toe geeft, danwel tot daling omdat de markt daartoe aanleiding geeft. Je kunt dus per definitie altijd niet garanderen naar de individuele kopers in de loop der tijd dat er gelijke prijzen zullen worden gehanteerd. Altijd wordt het in de context van de dan aanwezige marktsituatie gemeten. Dan de opmerking van de heer Krol dat het vorige bouwplan Marwerd gestart is met een prijs die tot een positieve exploitatie zou leiden, met inderdaad de voorlopige aanname toen dat gezien de onzekere uitkomsten, in het nog uit te werken plangedeelte aan de noord-oost zijde van het be staande dorp, de "winst" daar naar toe zou kunnen gaan. Ik citeer nu uit de exploitatie-opzet van 1979. Een half jaar later is evenwel in de commissie geconstateerd, toen het ging om het bouwrijp maken van Wirdum-Marwerd, dat de oorspronkelijke marge tussen de in de exploitatie-opzet geraamde kosten van het bouwrijp maken en de geraamde opbrengst van 150.000,nu verdwijnt door deze hogere kosten van bouwrijp maken. Met andere woorden, veel is er blijkbaar niet over geschoten. (De heer Krol: Er is mij gebleken dat er een positief saldo van ten minste 250.000,op het plan zit, wethouder. Wist u dat?) Ja zeker, bij de laatste hercalculatie is dat gebleken. (De heer Krol: Er is dus ruimte.) Ja, maar op een andere basis dan toen is vastgesteld. (De heer Krol: Maar er is een positief saldo.) Ja, uiteindelijk is er een positief saldo. Dan rest mij nog één opmerking, dat is de opmerking van de heer Heins en ondersteund door mevrouw Jongedijk: Is het 38 niet mogelijk om te denken aan een stadsgewestelijke grond- kosten verevening? Dat is een heel boeiende gedachte, die is wel eens eerder naar voren gebracht. Ik heb niet de indruk dat alle handen in elkaar zijn geslagen of dat iedereen klappend daar omheen is gaan staan. Het is wel zo dat wij nu bezig gaan met het stadsgewestelijk woningmarkt plan. Ik sluit niet uit dat het uit een oogpunt van ade quate planning van waar is het gewenst dat welk type woning komt, er dan toch een uitgangspunt zou kunnen ontstaan waarin de desbetreffende gemeenten zeggen er is een aanlei ding om een benadering te gaan hanteren. Want uiteindelijk, hoe je het ook wendt of keert, het concurreren tussen gemeentes is, denk ik, niet in het belang van de inwoners van die gemeentes. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Ik breng eerst in stemming de motie ingediend door de heer Krol, mede-ondertekend door de heer A.PTerpstra. De motie van de heren Krol en Terpstra van de CDA-fractie wordt verworpen met 29 tegen 8 stemmen. Voor stemden de leden van de CDA-fractie met uitzondering van het college en de heer Greving van de GPV/RPF/SGP-fractie De Voorzitter: Aan de orde is de stemming over punt 31. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.met inachtneming van de toezeg ging van de wethouder. De Voorzitter: Dan is het nu pauze. De Voorzitter schorst de vergadering, om 21.05, uur voor de pauze De Voorzitter heropent, om 21.25 uur, de vergadering. Punt 32 tot en met 41 (bijlage nr. 98, 111, 114, 85, 90, 91, 94, 93, 95 en 97) 39

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 20