zijn teruggefloten om een moment dat wij nog niet het besluit hadden genomen. Ik ben blij dat wij nu vanavond dit onderwerp wel aan kunnen vatten en ik hoop ook tot een goede afronding kunnen brengen. De grote voordelen die deze fusie met zich mee zal brengen, ik hoef daar verder weinig woorden aan te besteden, onder schrijf ik van harte. Anderen hebben daar al op gewezen en om wille van de tijd wil ik daar nu niet uitvoerig op ingaan. Wat ik nog wel naar voren wil brengen zijn twee punten die toch wel van belang zijn. Ten eerste moeten wij toe naar één bestuurscommissie dan wel twee. U hebt al begrepen uit de inbreng van de heer De Jong van de D66-fractie dat ik zijn motie van harte onderschrijf. Ik zou er eigenlijk één argument aan toe willen voegen dat ik niet tegenkom in de raadsbrief en ook niet in de mocie als zodanig, maar dat ik wel uitermate van belang vind en ook in de commissie heb genoemd. Beide scholengemeenschappen hebben gekozen voor een eigen fusietraject. Dat zal juist met zich meebrengen dat de in breng en de sturing die er vanuit de bestuurscommissie gege ven moet worden verschillend van gehalte zal zijn, juist omdat de scholengemeenschap B niet dadelijk kiest voor een centrale directie. Ik vind dat een aanvullend argument, en voor mij zelfs doorslaggevend om het bestuurlijk allemaal zuiver te kunnen houden, om de eerste jaren te kiezen voor twee bestuurscommissies en ik hoop dat dat ook een meerder heid vindt in deze raad. Overigens wil ik tussendoor ook nog een opmerking maken van formele aard, dat is de tekst van het besluit zoals dat nu voorligt. Wij hebben een eerder voorstel gehad dat in septem ber jl. zou dienen in de raad. Dat was bijlage 197. Als ik nu de raadsbrief lees dan staat er over dat voorstel slechts in dat het thans voor u ter inzage is gelegd, natuurlijk wel deel uitmaakt van de besluitvorming. Maar in dat voorstel en in de bijlage daarbij staan zoveel zaken die mijns inziens voor het fusieproces van belang zijn, dat ik er toch wel aan hecht dat in de aanhef van het besluit zoals dat vanavond aan de orde is, dat besluit ook genoemd wordt. In die zin dat er dan komt te staan: "gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 september 1992, bijlage nr. 197 en het aanvullende voorstel van burgemeester en wethouders van 15 oktober 1992, bijlage 235". Ik denk dat het dan deel uitmaakt van de besluitvorming, althans meer inhoud heeft in het geheel. (De Voorzitter: Ik neem aan dat de raad er mee in stemt dat wij deze suggestie terstond overnemen. Dan hoeven wij daar niet langer over te debatteren.) Het is een klein formeel puntje dat, denk ik, wel van belang is voor het 34 verdere fusieproces. Ik wil nu nog op een tweede punt ingaan dat ik van uitermate belang vind, dat is de positie van het Stedelijk Gymnasium. Wij hebben daar natuurlijk al over van gedachten gewisseld met elkaar. Er zijn standpunten ingenomen. Ik heb soms een beetje de indruk dat die standpunten zo hard zijn ingenomen dat daar nauwelijks nog enige beweging in te krijgen is. Dat vind ik eigenlijk op dit mement, nu dat fusieproces wordt ingezet, niet in alle opzichten even verstandig. De vraag is ook wat de gevolgen allemaal zullen zijn. Dat heeft mij er toe gebracht om in de laatste commissievergade ring Onderwijs en Samenlevingszaken toch nog een lans te breken voor de mogelijkheid van het creëren van eventueel een algemeen bijzonder gymnasium met een neutraal karakter. U weet dat dat ook één van de opties is waar de oudervereniging zelf en ook het personeel van het Stedelijk Gymnasium aan denkt. Om die reden is er natuurlijk al één en andermaal subsidie aangevraagd bij de minister. Ik acht het zelf ook bestuurlijk niet verantwoord om op dit moment te kiezen voor een zelfstandig Stedelijk Gymnasium van openbare signatuur. Wat dat betreft volg ik het voorstel van het college. Ik vind h^t ook belangrijk dat wij het Stedelijk Gymnasium mee laten lopen in dat fusieproces, weliswaar via een status aparte zodat een aantal zaken nog goed ingevuld kunnen worden, ook met een commissie van wijze mannen om bij probleemsituaties tot een goede oplossing te komen. Ik denk dat dat het traject is dat wij op dit moment moeten gaan kiezen. Maar het bete kent tegelijk dat als wij het daarbij zouden laten, wij nog een aantal zaken open laten naar de Medezeggenschapsraad en zeker ook naar de oudervereniging van het Stedelijk Gymnasium toe. Ik neig er daarom toe om toch wat meer invulling te geven aan de motie die oorspronkelijk ingediend is door de PvdA- en de CDA-fractie als het ging om die status aparte, de periode waarvoor. Daarbij is eigenlijk een stukje opengelaten en is gezegd, als het al niet lukt moet daar wellicht in de toekomst nog eens naar gekeken worden. Nu vertaal ik met eigen woorden de motie. (De heer Krol: Er stond: Er ontstaat een nieuwe situatieDat is de letterlijke tekst, maar dat eindigt dan met een punt-komma en ik neem aan dat als de nieuwe situatie is ontstaan er opnieuw van gedachten gewis seld moet worden. Ik kan mij best indenken dat wij dat op dit moment voor ons uit zouden willen schuiven, omdat wij er niet vanuit gaan dat die situatie zich zal gaan voordoen. Maar ondertussen is het wel zo dat de oudervereniging wellicht door zal gaan met het aanvragen van subsidie om te kunnen gaan verzelfstandigen. Dat is eigenlijk de reden geweest, mijnheer de voorzitter, dat ik toch met een motie wil komen en graag wat invulling wil geven aan wat er eventueel zou 35

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 18