reden om er voor te pleiten niet alleen de andere scholen, waar ook die schooluitval hoog is, te betrekken bij de scho lengemeenschapsvorming, maar ook het gymnasium. Een andere overweging is dat uit ervaringen elders gebleken is dat op het moment aat je zo'n categoriale school in stand houdt naast een scholengemeenschap, er effecten optreden waarbij de ene school de andere uitholt. Ik denk dat dat ook niet de bedoeling kan zijn van een bestuur dat de verantwoordelijk heid heeft voor al die scholen met elkaar. Maar het eerste punt is met name een overweging die er bij het college, en ook bij de andere partijen, steeds toe geleid heeft dat wij vinden dat ook het Stedelijk Gymnasium bij de scholengemeen schapsvorming betrokken zal moeten worden. De heer De Jong heeft ook over dit punt een motie ingediend. Hij heeft er voor gepleit om het Stedelijk Gymnasium voorals nog buiten het fusiebesluit te houden, afhankelijk van ver trouwen, instemmingsrecht en gevolgen voor het gymnasium. Ik kan niet helemaal traceren wat hij met vooralsnog bedoelt. Hij kan dat zelf ongetwijfeld beter, dus misschien dat hij dat in tweede termijn nog wat beter uit kan leggen. Het zal duidelijk zijn dat ik ook deze motie niet zal ondersteunen. Mevrouw Van Ulzen zegt dat er geen duidelijkheid is over het kunnen halen van de gymnasiale eindtermen. Het zal haar duidelijk zijn dat wij daar anders over de..iten. Wij hebben een aantal garanties gecreëerd voor het Gymnasium; wij hebben nu een lessentabel overlegd waaruit overduidelijk blijkt dat die gymnasiale eindtermen heel goed haalbaar zijn. Dus wat dat betreft blijven wij daarover van mening verschillen. Dan zegt zij dat het nauwelijks voorkomt in deze raad dat fracties van standpunt veranderen. Ik moet haar zeggen dat ik dat niet met haar eens ben. Misschien zou zij ook de hele geschiedenis vanaf 1986 nog een keertje door moeten nemen. Dan kan zij zien dat op een aantal zeer essentiële punten enkele fracties hier van standpunt veranderd is en dat de enige fractie die altijd op zijn standpunt is blijven staan, de WD-fractie is. Dus wat dat betreft denk ik dat de pot de ketel verwijt dat hij zwart ziet. In ieder geval constateer ik dat de meerderheid van deze raad heel gevoelig is gebleken voor alternatieven, inspraak, adviezen, etc. en dat dat uit eindelijk geleid heeft tot een voorstel waar op één na alle scholen zich ook in kunnen vinden. Ik denk dat dat niet niks is Dan heeft mevrouw Van Ulzen nog gezegd dat wij geen enkele rekening houden met omliggende gemeenten. Dat verbaast mij zeer. Eén van de redenen waarom wij een aantal nevenvestigin gen opnemen in de scholengemeenschappen is nu juist het rekening houden met omliggende gemeenten. Doen wij dat niet, dan leidt dat er toe dat in heel Noord en Noordoost Friesland 44 geen openbaar voortgezet onderwijs meer zal zijn. Dus wat dat betreft denk ik dat de gemeente Leeuwarden een forse verant woordelijkheid op zich neemt en zeer veel rekening houdt met omliggende gemeenten, waarbij de gemeenteraden van die ge meenten ook van harte ingestemd hebben met de voorstellen zoals die hier liggen. De keuze voor één bestuurscommissie. Mevrouw Van Ulzen zegt: ik snap die keuze niet. Ik geloof niet dat ik nu nog een keer zal proberen haar dat uit te leggen. Ik heb dat intussen al erg veel keren gedaan, ook in de raadsbrief is dat nog een keer heel nadrukkelijk geprobeerd op basis van argumenten, niet op basis van verborgen agenda's of scenario's. Het scenario dat mevrouw Van Ulzen hier nu even neerlegt over de Uitterdijken is wat dat betreft bijna te lachwekkend, zou ik willen zeggen, om daar serieus op in te gaan. (Mevrouw Van Ulzen: De wethouder durft wel.) Ja hoor, mevrouw Van Ulzen durft ook, dus ik durf ook, ik zou niet weten waarom ik niet zou durven. Het is echter een gedachtengang van mevrouw Van Ulzen die kant noch wal raakt. Wij hebben geprobeerd op basis van argumenten aan te geven waarom wij een keuze maken voor één bestuurscommissie en daar staan wij voor. Ik constateer dat de meerderheid van de raad die keuze met ons maakt. (Mevrouw Van Ulzen: Dat komt omdat 15 plus 9 24 is.) Plus drie is 27, dat is het rekensommetje dat mevrouw Van Ulzen niet kon maken, maar dat ik met mijn kennis ooit opgedaan in het hoofdrekenen nog wel kan maken. 27 van de 36 is toch een overtuigende meerderheid, zou ik zeggen. Eén bestuur betekent één brede scholengemeenschap, zegt mevrouw Van Ulzen. Als ik dat soort dingen hoor denk ik, waar hebben wij ons nu al die jaren zo druk om gemaakt. Wij hadden één bestuur voor zes scholen, kennelijk hebben wij al die jaren al één brede scholengemeenschap gehad. Het was mij niet opgevallen, maar misschien was het haar wel opgevallen. Dan heeft mevrouw Van Ulzen nog iets gezegd over het ambte lijk personeel. Waar zij 8 of 9 personen vandaan haalt is mij een raadsel, moet ik eerlijk zeggen. In de raadsbrief - en niet alleen deze maar ook in de vorige en ook het ECN rap port, wordt gesproken van twee a drie formatieplaatsen. (Mevrouw Van Ulzen: Dat kunnen toch meer mensen zijn.) Acht of negen personen lijkt mij wat overdreven. Het gaat om twee a drie formatieplaatsen en wij hebben met z'n allen een fat soenlijke procedure afgesproken om die mensen op dezelfde manier te behandelen als het personeel op de scholen, gelijk waardig dus. (Mevrouw Van Ulzen: Maar de wethouder legt niet uit hoe zij dat van plan is te doen.) Jawel, dat staat in het raadsvoorstel. Dan moet mevrouw Van Ulzen toch wat beter lezen. Er wordt voorgesteld om een inpassingscommissie te vormen die daar met een voorstel over zal komen. Ik denk dat zij dat op een fatsoenlijke manier zullen doen. Er zijn wat 45

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 23