dan wanneer het gaat over het openbaar onderwijs. Wij weten dan nu en wij zijn er dankbaar voor dat de heer Krol dat duidelijk heeft gemaakt. (De Voorzitter: Misschien wil me vrouw Van Ulzen een wat serieuzere toon aanslaanzodat wij haar ook serieus kunnen nemen.) Dat zoekt u zelf maar uit, maar ik ben serieus, want ik vind het namelijk echt heel erg dat ik in al die tijd geen antwoord op de vraag heb gehad of christelijke scholen alleen aan de ouders zijn voorbehouden en of dat ook niet geldt voor openbare scholen. Het schijnt nu dat dat kennelijk inderdaad anders ligt, voor openbare scholen wordt dus kennelijk een andere invulling gegeven. Althans als je van de CDA-fractie bent. Ik vind dit jammer. (De heer Krol: Voorzitterdit gaat mij te ver. Ik heb me vrouw Van Ulzen een duidelijk antwoord gegeven. Ik herhaal dat ook niet weer. Maar als zij het niet wil begrijpen, kan ik het ook niet helpen, maar dan ligt het niet aan mij maar aan haar zelf.) Voorzitter, ik wou het hier voorlopig bij laten. De heer Graving: Voorzitter, ik wil nog kort ingaan op de moties die op dit moment voorliggen. In de eerste plaats motie nr. 1 van de D66-fractie. Ik heb die mede-ondertekend en ik onderschrijf die motie ook, daar hoef ik verder niet veel meer van te zeggen. Bij motie 2 ligt dat wat anders, die heb ik ook niet mede- ondertekend, dat zal u opgevallen zijn. Ik vind, en dat is meteen al een stukje antwoord in de beantwoording in de opmerkingen die over motie nr. 3 van mijzelf zijn gemaakt, dat het uitgestippelde fusietraject wel degelijk voldoende perspectief biedt voor het Stedelijk Gymnasium om tot een geslaagde fusie te komen. Daarom vind ik het ook niet noodza kelijk om het Stedelijk Gymnasium buiten dat fusieproces te gaan houden. Dan kom ik bij de opmerkingen over die motie die ikzelf inge diend heb. Daar wou ik het volgende van zeggen. De wethouder heeft daar in eerste instantie op gereageerd en zij heeft gezegd dat deze motie het college niet aanspreekt. Zij vindt ook dat daarom deze motie maar ontraden moet wor den. Waar ik een lans voor probeer te breken is juist de waardering voor de inzet van de ouders als het gaat om het onderwijs. Ik vind ook dat het onderwijs wat dat betreft een verlengstuk is van de opvoeding en dat daarom de inbreng die ouders willen hebben in dat onderwijs positief gewaardeerd moet worden. Dat kan als consequentie hebben dat ouders zelfs moeten gaan kiezen en zullen gaan kiezen voor een bijzondere 54 school. Dat recht hebben ze, dat heeft iedere Nederlander, om te zamen over te gaan tot stichting van scholen. Alleen het gaat hier om een school die een openbaar karakter heeft en die nu meegaat in een fusieproces. Mijns inziens een goed fusieproces, daar zal ik voor stemmen. Maar wij moeten tege lijk reëel zijn, nu wij zien dat ouders zich op deze wijze inzetten voor het onderwijs. De mogelijkheid die wij op dit moment hebben, zeg ik eigenlijk intern binnen deze raad maar tegelijk ook naar de oudervereniging toe: als het u ernst is, als u vindt dat deze school zou moeten blijven voortbestaan met een zelfstandig karakter, dan is daar de mogelijkheid van een algemeen bijzondere school, u hebt daar ook al blijk van gegeven, want u hebt één en andermaal al een subsidieverzoek ingediend. Stapt u nu mee in het fusieproces en wilt u toch de andere kant uit, laten wij dan ook als raad reëel zijn en zeggen dat dan die school alsnog dat karakter zou kunnen krijgen, mits die continuïteit van dat type onderwijs voldoen gewaarborgd is. Dan hinkt die motie niet op twee gedachten, zoals de heer Den Oudsten heeft gezegd, maar gaat die gewoon uit van de reële opties die op dit moment nog open liggen. Ik probeer daarmee een stuk van de kou weg te nemen. Ik wil wat dat betreft ook proberen wat politieke duidelijkheid te creëren naar de toekomst toe en ik zeg daarmee ook eigenlijk naar de ondervereniging toe: dit is de enige mogelijkheid die u in feite hebt. Ik til dan ook de besluitvorming uit boven waar wij hier mee bezig zijn. Want in feite is dat een stukje besluitvorming die op het ministerie genomen moet gaan wor den. Dan het nadeel dat er eventueel aan zit. Dat heb ik niet verwoord in de motie. Hoe gaat het dan met het eventuele gymnasiale vakkenpakket binnen scholengemeenschap A? Ik wil daar best een uitspraak over doen op dit moment. Ik vind dat dat thuis hoort in het openbaar onderwijs, alleen wij zullen als dat traject gelopen zal moeten worden dat op een waar schijnlijk afgeslankte manier moeten gaan vormgeven binnen die scholengemeenschap A. Mocht het zover komen dat die verzelfstandiging van het Stedelijk Gymnasium alsnog door kan gaan, dan moeten wij kijken hoe het met de leerlingenaantal len is. Ik wil daar best een principe-uitspraak over doen. Ik zeg, dat hoort ook in de scholengemeenschap A thuis, maar wij zullen het dan op een andere manier moeten opzetten als wij dat nu in het fusietraject beogen. Ik denk dat daarom deze motie best gesteund kan worden en niet op twee gedachten hinkt. Wat ik eigenlijk teleurstellend vond, is dat de wet houder zegt: de motie spreekt ons niet aan. Dat vat ik toch een beetje op als dat de inbreng die ouders willen hebben in het onderwijs ook niet zo zeer aanspreekt. Dat zou ik erg jammer vinden. 55

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 28