gens ook de enige manier om die duidelijkheid te krijgen. Als
dat er toe leidt dat hij op termijn anders tegen de zaken aan
gaat kijken, zou dat mij zeer welkom zijn.
(De heer De Jong: Ik heb gezegd dat ik de juridische procedu
res in ieder geval af wil wachten. Daarna ontstaat voor de
D66-fractie een nieuwe situatieMeer heb ik niet gezegd.)
Dat is dan al op heel korte termijn. Misschien dat dan al de
duidelijkheid zodanig is dat de heer De Jong er anders tegen
aan kan gaan kijken. Het college heeft duidelijk geen behoef
te aan een buiten de fusie houden op dit moment van het
Stedelijk Gymnasium. Maar dat heb ik in eerste termijn ook al
duidelijk gemaakt. Wij zien daar geen aanleiding toe, omdat
wij vinden dat wij voldoende waarborgen geschapen hebben om
op een zorgvuldige manier met het Gymnasium het traject in te
gaan.
Mevrouw Van Ulzen verwijt mij dat ik haar niet voor vol aan
zie waar het gaat om het geven van argumenten voor twee
bestuurscommissies. Ik denk dat ik dat wel doe waar het gaat
om het aandragen van argumenten. Ik heb de argumenten die zij
aangedragen heeft samen met de D66- en de GPV/RPF/SGP-fractie
zelfs onderschreven. Ik heb haar alleen gezegd dat er ook een
aantal andere argumenten is die voor ons zwaarder wegen. Ik
moet haar zeggen dat ik er wel moeite mee heb om haar voor
vol aan te zien als zij met scenario's komt zoals zij daarnet
kwam. Maar ik probeer dan vooral toch maar in te gaan op de
argumenten die zij aandraagt.
Dan een toezegging dat het Slauerhoff College acht jaar
buiten een volgende fusie zal blijven. Ik zou haar aan willen
raden om toch nog eens de brief te lezen die wij op 6 oktober
jl. gestuurd hebben naar de MR van het Slauerhoff College.
Daar staat niet in dat er een nieuwe ijskastprocedure zal
komen, maar daar staat dat gelet op de omvang van deze taak,
namelijk het vormgeven aan de basisvorming, het vbo, etc.,
ons college de komende jaren geen initiatieven zal nemen tot
verdere fusies. Het college gaat ervan uit dat door middel
van de thans voorgestelde fusies een onderwijsstructuur wordt
gecreëerd die voor een langere periode, te denken valt aan
twee volledige beleidsperioden, een toekomstwaarde heeft. Dat
is wat in de brief staat en dat is ook wat door de fracties
voor het grootste deel wordt onderschreven.
Mijnheer Greving zegt, dat ik heb gezegd dat de motie mij
niet aanspreekt. Ik heb daar overigens wel een aantal argu
menten bij gegeven en niet alleen gezegd dat de motie mij
niet aanspreekt. Ik kan hem een heel eind volgen. Als hij
zegt dat je de inzet van ouders positief moet waarderen, ben
ik dat met hem eens, dat vind ik ook. Als hij zegt dat ouders
recht hebben op het stichten van een bijzondere school binnen
58
de randvoorwaarden die de wetgever daarvoor stelt, ben ik dat
met hem eens. Maar dat hoeft niet te betekenen dat op het
moment dat dat inderdaad tot een positief gevolg zou leiden,
wij dan de consequentie zouden moeten trekken om onze openba
re school om te zetten in een algemeen bijzondere. Dat is een
combinatie die ik niet kan volgen. Als op een gegeven moment
de staatssecretaris besluit dat de oudervereniging een alge
meen bijzonder gymnasium op mag richten, is dat een feit. Dat
zullen wij accepteren. Dat laat onverlet dat wij er vanuit
het openbaar onderwijs aan hechten om een zo breed mogelijk
onderwijsaanbod te hebben voor leerlingen die dat openbaar
onderwijs willen bezoeken en een gymnasiale afdeling is daar
één van. Ik ben het best met u eens als hier straks, stel dat
die situatie ontstaat, twee zelfstandige gymnasia en één
gymnasiale afdeling zouden zijn, dat elkaar onderling be-
invloedtNatuurlijk, dat zal gebeuren, maar dat is iets wat
wij niet in de hand hebben. Als de pogingen van de ouders,
waar ik op zich helemaal geen problemen mee heb, want dat is
een recht dat zij hebben, tot dat resultaat leiden, is dat
zo. Maar dat laat onverlet dat wij onze eigen weg moeten gaan
en dat wij er belang bij hebben om die scholengemeenschap zo
breed mogelijk te maken.
Mevrouw Garms zegt dat zij het zou betreuren als er nu geko
zen wordt voor homogeen instromen. Ik denk dat wij de zaak
niet dramatischer moeten maken dan zij is. Als ik kijk naar
de voorstellen zoals die er nu liggen vanuit de beide clus
ters, dan wordt er binnen cluster A gekozen voor een homogene
gymnasium instroom op basis van de status aparte voor de
komende drie jaar en er wordt gekozen voor een aparte i-
instroom. Beide hoeven niet voor de eeuwigheid zo vastgelegd
te zijn. Voor de overige leerlingen wordt niet gekozen voor
een homogene instroom. Dus wat dat betreft is dat helemaal
niet aan de orde.
Daar wou ik het bij laten.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Ik breng eerst in stemming de ingediende moties. Ik stel u
voor dit in volgorde van indiening te doen.
Aan de orde is de stemming over motie nr. 1 ingediend door de
heer De Jong, die met vereende krachten gewijzigd is, waar
door er ten slotte staat: "Verzoekt het college van b. en w.
voorstellen te ontwikkelen om voor beide scholengemeenschap
pen voor een periode van vijf jaar een bestuurscommissie ex
artikel 61 van de Gemeentewet in het leven te roepen."
59