besluiten nemen over die voorbereidingskredieten. Wij zitten in de tijdsklem van die EFRO-subsidie, dat is terecht aange geven. Dat betekent dus dat wij begin december a.s. in feite moeten aanbesteden om uiteindelijk voor 1 januari 1993 te gunnen. Dat betekent dus dat je uitgewerkte plannen moet hebben en dat is de reden waarom wij nu dit besluit moeten nemen, om vast te stellen of het zinvol is te werken aan het maken van de bestekklare plannen. Ik dacht dat ik daarmee feitelijk de vragen en de opmerkingen van de raadsleden had beantwoord. Ik wil toch nog één keer aangeven dat het niet doen leidt tot een op startbasis investering weggegooid geld van f 2,3 mil joen. Als wij variant B gaan uitvoeren hebben wij inderdaad een verschil, dan moeten wij daar meer geld naar toebrengen, maar daar krijgen wij natuurlijk iets voor. Een brug over het Kurkemeer, want zoals het nu is is het terrein niet bereik baar; een doorgraving, zodat er sprake kan zijn van een recreatieve route tussen het Vliet en de Greuns; een zwaai- kom; een loswal, waar wel degelijk behoefte aan is en uiter aard een uitgeefbaar bedrijfsterrein. Ik denk dat het argu ment dat door de heer Heins naar voren is gebracht, dat wij anders te maken hebben met een situatie midden in de stad waar een zeer groot terrein voor 20 jaar vervuild ligt te wezen, waarbij je je nog maar af moet vragen hoe de toekom stige ontwikkelingen als het gaat om sanering zich zullen gaan voordoen, van niet ongering belang is. Het college is dus van mening dat de voordelen zoals ik die nu genoemd heb op zichzelf die extra investering rechtvaardigen. Maar nog maals binnen de maximale grensstelling van zowel de bedragen als de zekerheden. De heer Bakker: De wethouder geeft aan niet in staat te zijn op dit moment aan te geven wanneer de gehele vervuiling in kaart gebracht kan zijn. (De heer Timmermans: De heer Bakker kan die zekerheid nooit krijgenNee, dat is duidelijk. Er zijn grote risico's. Hij stelde dat het geen zin heeft de besluitvorming uit te stellen gezien het feit dat met de uitvoering alleen begonnen wordt als er "zekerheid" is. Wij zijn het vertrouwen een beetje kwijt geraakt in dit soort handelwijze en ik neem aan dat, gezien hetgeen er allemaal aan extra kredieten is gevraagd de afgelopen tijd, ons dat niet helemaal kwalijk valt te nemen. (De heer Heins: Waar praat de heer Bakker nu over? Welk soort handelwijze dan? Ik snap het niet.) Als wij nog over een algemene reserve zouden hebben beschikt, dan zouden wij wel met dit voorstel hebben durven instemmen. Alleen, op dit ogenblik is het op en elke misser is een welzijnsvoorziening (ik zal het maar even 74 plastisch uitdrukken). Ik wil in ieder geval vanavond van het college weten (of van wethouder Koopmans of van wethouder Timmermans) dat als de raad vanavond akkoord gaat met dit project en het gaat mis, waar het college dan denkt de finan ciële dekking vandaan te halen. De heer Burg: Voorzitter, ik heb geen behoefte veel toe te voegen aan onze opvatting, want het is gewoon een kwestie van inschatting. De wethouder wil eigenlijk met het besluit wachten tot december en dus nu een voorlopig besluit nemen. Wij willen nu het besluit nemen om het niet te doen. De wethouder zegt in zijn antwoord dat het bij de discussie over verontreinigde grond voor wat betreft de toepassing het hier gaat om licht verontreinigde grond. Daar wil ik nog even op ingaan, want als ik de notitie lees over de bodemaspecten Schilkampen en dan wel de resultaten van het uitgevoerde bodemonderzoek, dan staat er op pagina 2 "landelijk en pro vinciaal wordt er een discussie gevoerd om licht tot matig verontreinigde grond nog een doelmatige functie te geven". Dus dan gaat het niet alleen om licht verontreinigde grond, maar ook om matig verontreinigde grond en daar wees ik op in mijn eerste instantie. Wij blijven bxj ons standpunt. De heer Heins: Ik heb er toch even behoefte aan om te reage ren op wat de heer Burg daarnet suggereerde en wat ook door de heer Bakker naar voren wordt gebracht. Zoals ik de stukken heb gelezen, heeft het wel of niet doorgaan helemaal geen relatie met de bezuinigingen die voor ons liggen. Het bedrag dat er extra wordt gedekt komt uit het Egalisatiefonds en komt uit een risicoreserve die daar in zit. In het ene geval wordt er een zwaar beroep op gedaan, in het andere geval een minder zwaar beroep. De heer Bakker suggereert min of meer dat als wij dit niet door laten gaan, er dan minder bezuinigd hoeft te worden. Dat is absoluut niet aan de orde. Ik had even behoefte om dit kwijt te raken. De heer Greving: Ik heb al in de commissie meegedeeld dat wij voor dit voorstel zijn. Wij vinden het een wijs en verstandig voorstel van het college om nu toch maar te kiezen voor optie B als de meest begaanbare weg, natuurlijk binnen de bekende randvoorwaarden. Het probleem voor ons uit schuiven lost zeker de eerst komende 20 jaren niets op en dan is het ook nog maar de vraag. Ik heb nog wel behoefte om even te reageren op wat van de 75

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1992 | | pagina 38