voorstel van b. en w.met de aantekening dat de GPV/RPF/SGP-
fractie geacht wil worden te hebben tegengestemd.
Punt 26 (bijlage nr. 241).
De Voorzitter: Aan de orde is Deregulering subsidiebeleid
welzijn.
De heer Brinks: Doordat het college besloten heeft om de
verordening voor buurt- en wijkwerk niet nu te behandelen, is
de grootste angel uit het dereguleringsvoorstel gehaald. In
de verschillende commissies is hier uitgebreid over gesproken
en met de meeste verordeningen kunnen wij instemmen. Voor de
PAL/Groen Links-fractie blijven er nog twee verordeningen
over waarover ik iets wel zeggen.
De eerste is de verordening voor het Fonds Podiumkunsten, die
is voorzien van de letter 1. in de lijst.
Het college stelt voor om in het vervolg geen produkties meer
te subsidiëren. Subsidiëren van produkties wordt een verant
woordelijkheid van de provincie genoemd. In de notitie Podi
umkunst uit 1988 staat het volgende te lezen: "In de praktijk
is gebleken dat deze overheden (en bedoeld worden dan rijk en
provincie) weinig prioriteit geven aan lokaal gerichte klein
schalige podiumprodukties.Even verder staat te lezen: "Het
wordt daarom als een knelpunt ervaren dat voor dergelijk
produkties van overheidswege geen of onvoldoende middelen
beschikbaar worden gesteld." In de afgelopen vier jaar is de
praktijk niets veranderd. Nog steeds geven rijk en provincies
weinig prioriteit aan kleinschalige lokaal gerichte podium
produkties en nog steeds zijn organisaties die structureel
kleinschalige produkties maken aangewezen op het Gemeentelijk
Fonds Podiumkunst. Daarom vindt de PAL/Groen Links-fractie
het een slechte zaak dat de produkties niet meer voor subsi
diëring in aanmerking komen volgens de voorgestelde verorde
ning. Wij zullen deze verordening dan ook niet goedkeuren.
De tweede verordening waarover ik iets wil zeggen betreft die
over de amateuristische kunstbeoefening. Die is voorzien van
de letter n.
Het college stelt voor om in het vervolg geen subsidie meer
uit te betalen aan een instelling die recht heeft op minder
dan f 500,Het argument daarvoor wordt gevonden in de
herwaardering. Een ander argument wordt niet genoemd. Door
die grens op f 500,te leggen krijgt een aantal instellin
gen geen subsidie meer. De toneelgezelschappen vallen bijna
90
I
allemaal uit de boot. De PAL/Groen Links—fractie vindt dat
dat niet moet gebeuren. Wanneer de grens op f 250, zou
liggen, komen de meeste van die gezelschappen weer wel in
aanmerking voor subsidie. Ik baseer mij dan op de verdeling
van 1992 zoals die in het Sociaal-Cultureel Programma staat.
Ik dien een motie in om te bereiken dat die grens niet op
f 500,maar op f 250,komt te liggen.
Die luidt als volgt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden,
in vergadering bijeen op 26 oktober 1992;
overwegende
- dat door een grens van f 500,op te nemen in de
verordening voor Amateuristische kunstbeoefening
een aantal organisaties niet meer voor subsidi
ering in aanmerking komt;
dat vooral de amateuristische toneelgezelschappen
hiervan de dupe worden;
- dat dit opnieuw een verschraling kan betekenen in
het aanbod van kleinschalige toneelvoorstellin
gen;
besluit
de grens waar onder een organisatie niet meer voor sub
sidiëring in aanmerking komt te leggen op f 250,
en gaat over tot de orde van de dag."
Ik heb al gezegd dat het enige argument van het college om de
grens op f 500,te leggen wordt gevonden in de herwaarde
ring. Er moet f 10.000,bezuinigd worden op het fonds. Door
de grens op f 2 50,te leggen zou er meer betaald moeten
worden. Ik kan mij voorstellen dat iedereen nieuwsgierig is
naar de dekking die wij daarvoor gevonden hebben. De dekking
wordt gevonden in het al bezuinigde bedrag. Ik baseer mij
opnieuw op de verdeling voor 1992, zoals in het programma
heeft gestaan. Het voorstel van het college levert geen
f 10.000,maar f 14.000,op. Het verleggen van de grens
kost ongeveer f 2.000,aan extra subsidie. De taakstelling
wordt dan dus niet met 140, maar slechts met 120% gehaald. Ik
zou iedereen willen feliciteren die zo'n taakstelling haalt.
De Voorzitter: Ik wil even weten of er nog meer sprekers
zijn. Want het lijkt mij dat wij nu over de schreef gaan.
Ik stel u voor morgenavond om half acht verder te gaan en nu
de vergadering te beëindigen. Het is nu kwart over twaalf.
Als ik het zo even gezien heb, zijn er nog vijf sprekers, er
komt een reactie van het college, er komt een tweede termijn,
er moeten nog stemverklaringen komen. Dar is het straks kwart
voor één. Dat is in strijd met alles wat wij hebben afgespro-
91