wij niet meer zouden doen. Niet alleen het geld mag een rol spelen bij de herwaardering. Dat geeft het verschil aan tussen bezuinigingen en herwaardering. Bij de algemene beschouwingen van december 1990 ben ik uitge breid ingegaan op de noodzaak tot beleidsevaluatie van het gemeentelijk takenpakket. Het was de heer Bilker die bij deze algemene beschouwingen sprak over het doorlichten van de taken op doelmatigheid, kwaliteit, continuïteit en mogelijk heid van decentralisatie naar het maatschappelijk middenveld. Een prachtige zin. Hij bedoelde afstoting en privatisering, denk ik. De motie die hij namens de CDA-fractie indiende legde de basis voor de bestuursopdracht kerntaken. Het colle ge heeft bij monde van wethouder Koopmans zonder één woord van kritiek de motie overgenomen. Ook hij wilde af van de kaasschaafmethode. Ik verwijs naar de notulen van de vorige algemene beschouwingen, waarbij de gehele raad achter stond. Met alle beste wil van de wereld kan je deze prioriteiten lijst toch niet het beoogde resultaat noemen van de opdracht van b. en w. en de meningen van deze gemeenteraad. Wat deze prioriteitenlijst mist, is een beoordeling van de wijze van uitvoering: een onmisbaar onderdeel om de gestelde vragen te beantwoorden. Tegelijkertijd, dat geef ik volmondig toe, het moeilijkste onderdeel. De vragen of de overheid de goede dingen doet en de dingen goed doet, zijn niet met een prioriteitenlijst te beantwoor den. Een voorbeeld, het college bezuinigt op de stadsvernieu wing omdat zij van mening is dat het uitvoeringsniveau wel wat lager kan, ook al staat het bovenaan de prioriteiten lijst. Er was een inventarisatie van het uitvoeringsniveau gemaakt, maar daar is niets mee gedaan, omdat men twijfelde aan de juistheid ervan. De ene dienst vulde het niet op dezelfde manier in als de andere. Bovendien vond het college het met name erg ingewikkeld als naast de prioriteit ook nog het uitvoeringsniveau mee moest spelen. Maar was daar toch niet een extern bureau voor ingeschakeld, speciaal een bureau met veel ervaring? Konden zij dit niet in de juiste banen leiden en lijn brengen in de vele gegevens en invalshoeken? Viel de deskundigheid wat tegen misschien of was het budget verkeerd geraamd? Onze algemene conclusie is dat zonder het uitvoeringsniveau deze lijst niet kan dienen als leidraad voor verdere besluit vorming over de herwaardering. Wij maken ons als raad bela chelijk als wij toch een dergelijk besluit zouden nemen. Vandaar dat wij de motie van de D66-fractie mede hebben ondertekend. Als politieke partij willen wij best iets zeggen over de prioriteitenlijst, al was het alleen maar om de prioriteiten 26 van het college en die van andere partijen weer eens te leggen naast die van ons. Dan is het van belang wat geheel bovenaan staan en wat onderaan staat, want ik weet niet wat het college bedoelt met de tussenliggende categorieën B, C en D. Dus ga ik niet in op wijzigingen die daarop betrekking hebben. Wij hebben de taken onder categorie A beoordeeld in het licht van ons eigen programma. Alleen die kerntaken in A die een directe relatie hebben met onze eigen kerndoelen: het terug dringen van de scheve verhoudingen en een radicaal milieube leid. Dat betekent voor ons dat wij de Banenpool en het Jeugdwerkgarantieplan naar A zouden willen brengen, omdat deze net als trajectbemiddeling direct gericht zijn op het creëren van betaalde arbeidsplaatsen voor mensen zonder werk. Als onderdelen van het minimabeleid zouden naar onze mening ook de taken inkomstenvoorzieningen ouderen en aanvulling inkomen tot sociaal minimum genoemd moeten worden. Ten on rechte staan deze taken in de lijst van het college ergens onderaan, categorie D of E. Onlangs is uit onderzoek in Rotterdam gebleken dat veel geld hiervoor blijft liggen en dat er grotere inspanning van de lokale overheid geboden is om dit geld bij de mensen te krijgen. Ook taken als asielzoekers, vluchtelingenopvang, minderheden beleid en ontwikkelingssamenwerking zouden wat ons betreft in categorie A moeten komen, omdat hier juist sprake is van taken die gericht zijn op het terugdringen van scheve ver houdingen. Dit in het teken van het motto "mondiaal denken, lokaal handelen". Wat ons betreft schuiven taken als stedelijk knooppunt en public relations naar een lagere categorie. Deze taken hebben niet een directe relatie met onze kerndoelen. Stadsvernieu wing eigenlijk ook niet. (Mevrouw De Haan: Pr en werkloos heid heeft niets met scheve verhoudingen te maken?) Mevrouw De Haan heeft mij niet goed gevolgd, ik heb gezegd dat mini mabeleid daar juist wel bij hoort. (Mevrouw De Haan: Maar pr acquisitie en knooppuntheeft dat niets met werkgelegenheid te maken?) Dat heeft veel met werkgelegenheid te maken, maar met meerdere dingen van de werkgelegenheid. Het is zo'n breed veld. Mevrouw De Haan heeft net gezegd, je kan het van heel breed naar heel fijn beschouwen, A tot en met E. Zo hebben wij er niet naar gezien, wij hebben gezien welke dingen expliciet een relatie hebben met onze twee kerndoelen. Dat is werkgelegenheid op die onderdelen waar je te maken hebt met het creëren van arbeidsplaatsen voor werklozen wel. Maar de volle breedte van het werkgelegenheidsbeleid en de promotie, waar het bijvoorbeeld gaat om alle inspanningen die gedaan worden voor het aantrekken van buitenlandse bedrijven hier, heeft dat niet. Daar hebben wij een andere mening over en ook over het creëren van zichtlokaties voor hoogwaardige kanto- 27

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 14