drage in te voeren, die f 50.000,op jaarbasis op moet
brengen. De D66-fractie heeft een motie ingediend om het
schoolzwemmen helemaal te handhaven, die heb ik niet over een
ouderbijdrage horen spreken. Van de PAL/Groen Links-fractie
heb ik begrepen dat zij tegen afschaffing zijn. De
GPV/RPF/SGP-fractie kan zich eventueel vinden in een eigen
bijdrage van de ouders/verzorgers. Alleen de VVD-fractie
heeft zich uitgesproken voor het collegevoorstel; hun opvat
ting is dat het primair een verantwoordelijkheid is van de
ouders om hun kinderen te leren zwemmen.
Op datzelfde uitgangspunt is het collegevoorstel gebaseerd.
Ook wij hebben gezegd, primair is het een verantwoordelijk
heid van de ouders. Wij hebben als gemeente lang bijgedragen
in het schoolzwemmen. Gezien de financiële situatie waar wij
nu in zitten, vinden wij het niet meer verantwoord om daarmee
door te gaan. Overigens ook binnen het college bestaan daar
verschillende opvattingen over.
Wij hebben ons beraden over de moties. Wij hebben geconclu
deerd dat het overgrote deel van de raad tegen het b. en w.
voorstel is. Dat heeft ertoe geleid dat wij besloten hebben
het voorstel zoals dat gedaan is door de PvdA-fractie en de
CDA-fractie over te nemen. Dat betekent dus handhaven van het
schoolzwemmen en het invoeren van een ouderbijdrage, die ten
minste f 50.000,op jaarbasis op moet brengen.
De nadere uitwerking daarvan, de heer Den Oudsten heeft om
een onderzoek gevraagd, zal te zijner tijd voorgelegd worden
aan de Commissie Onderwijs en Samenlevingszaken. Daarmee
wijzen wij dus de motie van de D66-fractie af. Wij kiezen
nadrukkelijk voor een ouderbijdrage onder handhaving van het
schoolzwemmen. (De heer Hoogeveen: Voorzitterwij kunnen
hiermee InstemmenWij trekken ons deel van de motie over dit
punt terug.) (De Voorzitter: Dat is motie nummer 2 9.14. Ik
mag aannemen dat de motie nummer 26 van de CDA-fractie
evenals motie nummer 18 van de PvdA-fractie nu verder buiten
behandeling kunnen blijven
Voorzitter, dan heeft de PAL/Groen Links-fractie zich ver
klaard tegen afschaffing van de preventieve logopedie. Onze
overweging daarmee was eigenlijk dezelfde als bij het school
zwemmen, namelijk dat het niet primair een gemeentelijke
verantwoordelijkheid is. Die opvatting wordt kennelijk door
alle andere fracties gedeeld. Overigens zijn wij nog wel in
gesprek met de GGD om te kijken, dan kom ik ook even bij de
WD-fractie, of via het onderzoek van de schoolarts en wel
licht ook via een nog nadrukkelijker signalering vanuit leer
krachten, toch nog in enige mate aan preventieve zaken gedaan
kan worden. Dat zal nooit kunnen op de manier zoals het nu
gebeurt, maar door mensen daar extra attent op te laten zijn,
kun je wellicht toch nog iets in stand houden.
222
Nog een opmerking in de richting van de VVD-fractie. Pas als
er van verwijzing sprake is, dat loopt dan via de huisarts,
komt het ziekenfonds in beeld. Wij hadden eerder in de ge
meente overigens een curatieve logopedie. Die hebben wij
afgeschaft, omdat daar het ziekenfonds ook in kan voorzien,
waar het gaat om een financiële bijdrage. Bij preventieve
logopedie is dat niet mogelijk. Pas op het moment dat er een
verwijzing is, kan een beroep gedaan worden op het zieken
fonds
Dan ten slotte het OETC. Daarvan heeft de PAL/Groen Links
fractie gezegd dat zij tegen zijn omdat er geen duidelijkheid
is of er nu wel of niet sprake is van politieke invloeden,
waardoor ouders ervoor kiezen om hun kinderen thuis te houden
van het OETC. Die duidelijkheid is er wel. Die luidt dat er
een aantal jaren geleden inderdaad dit soort problemen hebben
gespeeld, maar dat dat op dit moment niet het geval is. Wat
dat betreft is de bezuiniging dus, zoals die hier geformu
leerd staat, een aanpassen van de ramingen, waar het gaat om
de uitgaven, aan de werkelijke uitgaven. In de zin is het dus
een boekhoudkundige kwestie.
Dan kom ik bij nieuw beleid. Daarin is het meest besproken
onderwerp de bijdrage aan de vernieuwing aan het Cambuursta-
dion. De heer Greving heeft daar ook een motie over inge
diend. Die motie leidt er eigenlijk toe dat hij zegt, laten
wij maar afzien van het doen van grote investeringen in het
Cambuurstadion.
Voorzitter, ik wil daar het volgende van zeggen. De heer
Greving zegt terecht dat wij het exploitatiesubsidie afge
bouwd hebben, dat is zo. Daar hebben wij een aantal jaren
geleden toe besloten, maar wij hebben toen wel gezegd, dat
wij ons primair verantwoordelijk voelen voor de accommodatie.
Juist vanuit die opvatting hebben wij als college gemeend
voor te moeten stellen om, niet alleen waar het om veiligheid
gaat, maar ook waar het gaat om het voortbestaan van het
betaald voetbal, een bijdrage te moeten leveren aan het
verbeteren van het Cambuurstadion. Onze bijdrage beperkt zich
tot f 5 miljoen. De overige f 7 miljoen die nodig is, zal
vanuit Cambuur zelf en vanuit het bedrijfsleven moeten komen.
Dan heeft de heer Greving gisteren bij de algemene beschou
wingen een opmerking gemaakt over het Fonds Sociale Vernieu
wing. Daarvan heeft hij gezegd, dat hij een bijdrage van
f 500.000,bovenop de bestaande storting in feite te veel
van het goede vindt. Hij zou wel kunnen instemmen met een
storting van f 160.000,Er staat inderdaad in het voorstel
nieuw beleid, dat wij dat bedrag tekort komen. Maar wat bij
ons daarnaast heeft gespeeld, is dat wij gezegd hebben,
223