oplevert. Daar gaat het niet alleen om, het gaat ook om andere zaken bij fusies. Wij moeten vaststellen dat als je alles op een rijtje zet dat, alhoewel het misschien qua onderwijsvisie gewenst zou zijn de Stins en de Zamenhofschool te laten fuseren, die fusie feitelijk een doodgeboren kindje is. Daar kan niets uitkomen, wij moeten vaststellen als wij kijken naar waar de leerlingen vandaan komen, de leerlingen dan niet mee zullen gaan. Ook wij dachten in eerste instantie dat het anders lag, maar als je de nuchtere cijfers op een rijtje zet, kan je niet tot andere conclusies komen dan deze. De enige oplossing die er was geweest, was een vorm van nevenvestiging en hoofdvestiging, maar dat is onmogelijk in het gebied van de stad Leeuwarden. Dan wil ik even reageren op mevrouw Dikken. Ik verbaas mij er een beetje over dat de PvdA-fractie zich zo beroept op een besluit dat een aantal jaren geleden genomen is. Natuurlijk zijn besluiten die je neemt niet onbelangrijk, maar er is ook een moment om die eens te heroverwegen. Het zou op z'n minst jammer zijn dat nieuwe ontwikkelingen binnen het onderwijs veld geen kans van slagen hebben als het om fusie gaat. Dat zou slecht zijn, te meer omdat dat het onderwijsconcept is dat vanuit Leeuwarden ontwikkeld is. Nu wil ik de inhoudelij ke discussie wel aangaan, dat heb ik in de commissie ook ge zegd, in hoeverre er een verschil is tussen het Adler-concept en andere onderwijsvisies zoals die op alle scholen voorko men, daar lijkt mij alleen deze raadsvergadering niet de aangewezen plek voor en ook de commissievergadering niet. Daar moeten wij maar eens over praten, alleen ik durf de stelling aan dat er op z'n minst een fractioneel verschil in zit en een behoorlijk fractioneel verschil. (Mevrouw Dikken: Ik moet hier even op reagerenIk ben het hier totaal niet mee eens. Ik zeg alleen maar dat het Adler-concept iedere keer in de aandacht komt, maar de Wilaard is ook heel duide lijk bezig met de tweede instap, dat concept weegt blijkbaar minder zwaar mee als je gaat kijken naar het fuseren van de twee scholen. Daar discussieer ik ook met de heer Terpstra over. Het Adler-concept komt iedere keer wel naar boven, maar de rest van de scholen niet. Natuurlijk wil ik heel graag de discussie aan over de eventueel nieuwe concepten van de scholen, dat is prima, die voorstellen krijgen wij dan wel in de commissie en die zou ik dan ook inhoudelijk willen bespre ken.) Ik vind de vergelijking met de Wilaard en de Sinnema- school niet terecht omdat vastgesteld is dat die twee loka- ties zodanig groot zijn dat daar twee afzonderlijke onder wijsconcepten naast elkaar kunnen plaatsvinden. Dus het onderwijsconcept, hoe belangrijk dat ook zou zijn op de Wilaard, blijft gewoon bestaan naast het onderwijsconcept van de SinnemaschoolHet gaat er alleen om dat bij het opheffen 25 van de Zamenhofschool op z'n minst grote vraagtekens zijn te plaatsen bij de realiseerbaarheid van het concept op termijn. Het amendement van de D66-fractie. De heer De Jong maakt een afweging en komt tot een andere afweging dan wijWij hebben dan ook geen behoefte aan zijn amendement, evenmin als aan de motie van de WD-fractie. De heer Graving: Voorzitter, ik wil nog even kort reageren op het amendement en de motie. Ik heb ik eerste termijn niet het woord gevraagd omdat ik het van harte eens ben met het standpunt van het college. Dit heeft een lange voorbereidingsweg gekend, het is evenwichtig gebeurd, er is ook alle medewerking geweest van alle partij en, dat je dan uiteindelijk een verschil van inzicht hebt bij een aantal scholen, hoort erbij. Maar ik denk dat wij hier de beste oplossing kiezen. Vandaar dat ik ook geen behoefte heb aan het amendement en de motie van D66-fractie en de WD- fractie. Mevrouw Vlietstra: Voorzitter, kort nog even over de motie van de WD-fractie die nog ingediend is. Mevrouw Van Ulzen heeft gelijk als zij zegt dat een fusie altijd kan, je moet het willen. Ik constateer alleen wel dat haar motie in feite afwijkt van een besluit dat wij hier vorig jaar genomen hebben, namelijk dat spreiding het belangrijkste uitgangspunt zou zijn bij het maken van keuzes. In dit geval is kennelijk voor mevrouw Van Ulzen spreiding ineens een ondergeschikt argument en wordt "concept" verheven tot het belangrijkste criterium. Voor mijn gevoel is dit in strijd met het besluit dat de raad vorig jaar genomen heeft, dat gaf het kader aan waarbinnen het college de opdracht heeft gekregen om met een voorstel te komen. Uitgaande van spreiding zijn er slechts twee mogelijkheden, dat is ófwel het voorstel zoals het college dat heeft gedaan, ófwel de keuze Zamenhofschool-Pla- taanschool. Iedereen maakt daar dan zijn afweging in, streept de voors en tegens tegen elkaar weg en dat valt dan in het geval van het college en de meerderheid van de raad uit in de richting van een fusie tussen drie scholen. De D66-fractie zegt dat bij hun de afweging uitgaat in de richting van Zamenhofschool-PlataanschoolDan blijf je uitgaan van het criterium dat wij hier met z'n allen vastge steld hebben, namelijk dat wij primair kijken naar de sprei ding en dat wij niet lopende een proces ineens heel andere uitgangspunten gaan hanteren. 26

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 14