De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.n.at inachtneming van de toezegging van
de wethouder.
Punt 17 (bijlage nr. 156).
De Voorzitter: aan de orde is Vaststellen van het verslag van
het gemeentelijk discriminatiemeldpunt over de jaren 1989,
1990 en 1991 alsmede een voorstel tot uitbreiding van de
werkzaamheden van het discriminatiemeldpunt.
De heer Graving: Mijnheer de voorzitter, het toenemend aantal
meldingen, zoals wij dat in de rapportage vinden, geeft al
aan dat er iets gaande is in onze samenleving. Ik ben er
daarom wel gelukkig mee dat de verslaglegging er nu ligt. Dat
betekent ook dat het ons een stukje verantwoordelijkheid
geeft om adequaat op te treden. Wij hebben daar ook een
aanzet toe gegeven bij het aanbieden van ons manifest bij de
algemene beschouwingen. Ik vind het jammer dat wij op dit
moment nog niet een verslaglegging hebben over de meldingen
die binnen gekomen zijn bij het discriminatiemeldpunt over
het jaar 1992.
Ik wil ook nog even stilstaan bij de totstandkoming van dit
meldpunt. Dat heeft een voorgeschiedenis, ik heb dat nog eens
uit de notulen opgezocht. 13 juni 1985 is in de raad besloten
om een (telefonisch) meldpunt op te richten, alleen heette
het toen expliciet "Meldpunt voor racistische discriminatie".
Daar heeft toen het accent heel duidelijk op gelegen. Als wij
kijken naar de raadsbehandeling zoals die toen is geweest,
hebben ook alle fracties zich geconcentreerd op racistische
discriminatie. Het blijkt ook in grote lijnen uit de meldin
gen die binnen komen dat het zich daarop concentreert. Ik
vind het daarom jammer dat nu bij deze verslaglegging op een
voor mijn gevoel wat ad hoccerige manier een andere vorm van
discriminatie ineens meegenomen zou moeten worden. Ik wil er
geen misverstand over laten bestaan dat ik ook vind dat
discriminatie op grond van sexuele gerichtheid niet moet
plaatsvinden. Maar discriminatie is meer, in artikel 1 van
onze Grondwet staat: "Allen die zich in Nederland bevinden
worden in gelijke gevallen gelijk behandeld, discriminatie
wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid,
ras, geslacht of op welke grond dan ook is niet toegestaan."
Als wij naar die formulering kijken dan is discriminatie als
39
begrip veel breder dan alleen rassendiscriminatie of discri
minatie op grond van sexuele gerichtheid. Wat ik erg mis in
het voorstel is dat als wij toe willen naar een verbreding
van ons meldpunt - ik kan mij dat goed voorstellen - dan vind
ik wel dat daar een betere onderbouwing voor moet komen en
dat er ook een betere begripsomschrijving moet komen. Dat
heeft wel ten grondslag gelegen aan de oorspronkelijke opzet
van het discriminatiemeldpunt. Ik denk ook dat de ernst van
de zaken waar het hier om gaat het verdient dat daar een
betere begripsomschrijving voor komt. Ik vind zelf de argu
mentatie en de omschrijving zoals die onderaan pagina 3 van
de raadsbrief staat wat negatief geformuleerd" "Extra midde
len zijn hiervoor niet beschikbaar en de uitbreiding dient
binnen de bestaande formatie te worden gevonden. Na een
inventarisatie van alle werkzaamheden op de afdeling is
structurele ruimte voor de gewenste uitbreiding gevonden". Ik
heb mij even afgevraagd of die ruimte er straks nog zal zijn
als de besluitvorming in november heeft plaatsgevonden, maar
dat is een kwestie van de praktische gang van zaken. Waar het
mij op dit moment om gaat is, als wij bezig zijn met zaken
van discriminatie verdient dit een goede behandeling. Zoals
wij op dit moment het meldpunt hebben gehad en het heeft
gefunctioneerd, ben ik daar gelukkig mee. Ik zou eigenlijk
niet toe willen naar een meldpunt voor racistische en seksu
eel gerichte discriminatie en het dan bij die twee willen
laten. Ik zou het dan graag nog breder op willen zetten en
daar is wat meer studie en een wat bredere omschrijving voor
nodig.
De heer Zijlstra: Mijnheer de voorzitter, het voorliggende
agendapunt bevat voor ons drie elementen. Ten eerste de
verslagen over 1989, 1990 en 1991 van het gemeentelijk dis
criminatiemeldpunt; ten tweede het subsidieverzoek van het
anti-discriminatiebureau Friesland en ten derde de zogenaamde
verbreding van het gemeentelijke meldpunt. Wij hebben in de
Commissie Emancipatiezaken al de nodige inhoudelijke opmer
kingen gemaakt. Over de achterstand van de verslagen 1989,
1990 en 1991 zijn ook een aantal redenen gegeven in de bij
gaande brief, maar ik wou toch naar aanleiding daarvan vragen
of de wethouder misschien al kan aangeven wanneer het jaar
verslag 1992 naar ons toe komt. Wat onze fractie betreft zou
het verslag wel wat mogen worden beperkt. Al de geobjectie-
veerde meldingsoverzichten die in het verslag staan zijn zeer
inzichtelijk, maar lijken ons ook vrij arbeidsintensief. Onze
belangstelling gaat toch meer uit naar wat in het andere
hoofdstuk staat, de gekwantificeerde meldingsoverzichten,
waarbij het gaat om een cijfermatig overzicht en een korte
analyse van de meldingen, de aard van de meldingen en de aard
40