het fact-finding. Wij stellen ons dat als volgt voor. De raad stelt één keer per jaar of meerdere keren een onderwerp vaat dat deze commissie moet onderzoeken. Ik zou mij kunnen voor stellen dat dat een onderwerp is dat aansluit bij gemeente lijke prioriteiten, bijvoorbeeld bestuurlijke vernieuwing, hoe werken de gemeentelijke inspanningen ten aanzien van de informatievoorziening naar de burgers op dit moment in de praktijk of hoe snel worden burgers in de praktijk geholpen. Maar ook in het kader van sociale vernieuwing zijn beat onderwerpen te bedenken. Hoe werken de maatregelen van socia le vernieuwing in de praktijk in onze speerpuntwijken. Ook voor milieu of stedelijke vernieuwing zijn goede onderwerpen te bedenken en een nieuwe raad kan met een nieuw collegepro gramma in de hand weer de aansluiting zoeken met haar priori teiten. Het is bovendien heel goed mogelijk onderwerpen te zoeken die aansluiten bij de gevoelens van de Leeuwarder bevolking. Ook deze gedachte hebben wij in een motie vastge legd. "De gemeenteraad van Leeuwarden, in vergadering bijeen op 6 september 1993, gelezen het initiatiefvoorstel van de PAL/GL-fractie met betrekking tot het instellen van een onderzoekscommissie uit de raad; gehoord de discussie en de daarbij ingebracht overwegin gen; overwegende: dat beleidsevaluatie bij de gemeente Leeuwarden meer systematische aandacht verdient, omdat met behulp van beleidsevaluatie een beter inzicht ontstaat met betrek king tot de effectiviteit van het gemeentelijk beleid en dus beter getoetst kan worden of het beleid de beoogde maatschappelijke effecten heeft respectievelijk of kos ten en baten van een gemeentelijk produkt in een juiste verhouding tot elkaar staan; overwegende: dat ook de gemeenteraad zelf een bijdrage kan leveren aan onderzoek naar hoe gemeentelijk beleid in de prak tijk uitpakt; besluit: in het vervolg ten minste één keer per jaar een onder zoekscommissie uit haar midden te belasten met evalua tief onderzoek naar de wijze waarop een door de raad vastgelegde beleidstaak in de praktijk functioneert; bij de keuze van de te onderzoeken taak waar mogelijk aan te sluiten bij gemeentelijke prioriteiten; de samenstelling van de commissie jaarlijks aan de hand van het te onderzoeken onderwerp te bepalen; bij de werkwijze te voorzien in de mogelijkheid om naast 40 bestuurlijk en ambtelijk betrokkenen ook externe deskun digen en gebruikers van gemeentelijke voorzieningen te raadplegen en de Commissie Algemene Zaken te vragen met een con creet voorstel te komen waarin taak en werkwijze nader worden uitgezocht." Ik hoop met deze voorstellen een constructieve bijdrage geleverd te hebben aan de discussie die wij vanavond naar aanleiding van het voorstel van de PAL/GL-fractie voeren. Ik hoop vooral ook dat de andere fracties onze voorstellen op hun merites beoordelen en naast het voorstel van de PAL/GL- fractie in hun afweging willen betrekken. De heer De Jong: Mijnheer de voorzitter, bij de beoordeling van het initiatiefvoorstel van de PAL/GL-fractie hebben voor de D66-fractie een aantal punten een rol gespeeld. Het lijkt mij verstandig dat ik die even langs loop. In allereerste instantie, en dat is vanavond door mevrouw Waalkens aan het begin van deze raadsvergadering ook opge merkt, is het voorstel natuurlijk niet nieuw. De WD-fractie en de fractie van de heer Greving hebben voor de zomervakan tie het idee gelanceerd van een commissie Vinger aan de pols. Dat idee kreeg destijds weinig steun. Wij vragen ons af waarom de PAL/GL-fractie nu met een voorstel komt. In tweede instantie weten wij allemaal hoe de politieke besluitvorming heeft plaatsgevonden in deze raad. Wij weten zelf waar wij voor of tegen gestemd hebben. Voorzitter, de D66-fractie heeft bij voortduring gewezen op het nastreven van een terughoudend begrotingsbeleid. Wij hebben diverse malen aangedrongen op tussenevaluatie van de ambtelijke reorganisatie. Soms was de informatie die de raad kreeg onvolledig of stonden nog niet alle gegevens vast, maar de raad, althans in de meeste gevallen meerderheden daarvan, hebben willens en wetens dat geaccepteerd. Wij zijn zelf verantwoordelijk voor ons eigen stemgedrag en wij zullen dus ook, elke politieke fractie afzonderlijk, verantwoording moeten afleggen aan de burgers. Een onderzoek zoals de PAL/GL-fractie nu voorstelt met een zo breed onderwerp kan volgens ons drie dingen opleveren: a. een collectieve schuldbekentenis waar volgens ons nie mand iets aan heeft; b. een spelletje zwarte pieten en daar wordt meestal de wereld niet beter van; c. een vlucht in beschuldigingen aan het adres van één of meer ambtenaren en daaraan heeft mijn fractie weinig behoefte. Wij denken dat de oorzaken van de tegenvallers bekend zijn. 41

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 21