tie, versnippering en overaanbod van bedrijventerreinen. Een
streekplan moet daarvoor de randvoorwaarden scheppen in
ruimtelijke zin. Daarnaast denkt mijn fractie dat het streek
plan een middel kan zijn om met elkaar in gesprek te gaan
over dit onderwerp, ook omdat geen enkele gemeente er belang
bij heeft tegen elkaar uitgespeeld te worden. Wat dat betreft
vinden wij het een goede zaak dat door de vier Westergo-
gemeenten een ontwikkelingsperspectief is gemaakt. Wij plei
ten er dan ook voor het ontwikkelingsperspectief Westergo-
zone om te zetten in een uitwerkingsplan.
Tot slot wil ik de wethouder vragen naar het besluit van deze
raadsbrief. Ik vraag mij af of hier niet de reactie van het
stadsgewest aan toegevoegd moet worden.
Wij stemmen in met deze reactie en wensen het college succes
in hun streven het knooppunt Leeuwarden een haar toekomende
positie in het streekplan te verwerven.
Mevrouw Tieaersaa: Vanavond praten wij als raad over de
reacties op het streekplan Friesland. De CDA-fractie zal
instemmen met de ingediende reacties. Over het streekplan is
de laatste maanden in allerlei verbanden al veel gesproken,
door ambtenaren, door staven en gemeenteraadsfracties, door
colleges, het stadsgewest, enz. Natuurlijk loop je dan de
kans in herhaling te treden, maar het belang van Leeuwarden,
de Westergo-gemeenten en zelfs de hele Regio Noord-Friesland
kan niet genoeg onder de aandacht gebracht worden. Ik wil een
aantal punten dan ook nogmaals benadrukken.
In de eerste plaats vindt ook de CDA-fractie dat er te weinig
aandacht is voor de knooppuntstatus van Leeuwarden. Het wordt
genoemd, maar een duidelijke keuze voor Leeuwarden met be
trekking tot bovenregionale voorzieningen en concentratie van
investeringen wordt niet gemaakt. Wij vinden dat de provincie
hiermee wegloopt van haar medeverantwoordelijkheid voor het
knooppunt Leeuwarden. Het knooppunt Leeuwarden zou een apart
investeringscluster moeten worden. Ik wil hier nog aan toe
voegen dat het ook voor deze raad echt wel duidelijk is dat
dit niet betekent dat alleen de provincie daar meer in moet
steken.
Een ander belangrijk punt vormt de bedrijventerreinen. Mocht
het zo zijn dat het bestaande plan voor Megaparken daadwerke
lijk gerealiseerd wordt, dan is onzes inziens niet alleen
labeling van deze bedrijventerreinen van belang, maar ook het
bepalen van een minimum kavelgrootte, bijvoorbeeld 20 ha.
Hierdoor kan interne concurrentie in de regio worden tegenge
gaan.
Daarnaast is het ook noodzakelijk dat Leeuwarden zelf blijft
20
werken aan de uitvoering van de plannen die in het Westergo
perspectief voor bedrijventerreinen zijn opgenomen.
Een derde belangrijk punt vormt de verbindingen. Wij hebben
begrepen dat het College van Gedeputeerde Staten onder andere
voor de rondweg om Sneek heeft gekozen, omdat volgens Rijks
waterstaat dit het enige project is dat voor subsidie in
aanmerking komt. Hiervoor hebben wij begrip. Maar nu gedepu
teerde Liemburg in de pers heeft laten doorschemeren dat er
ook voor de zogenaamde haak om Leeuwarden mogelijkheden zijn,
achten wij het van het grootste belang dit samen met de
provincie te realiseren. De haak is namelijk niet alleen
belangrijk voor Leeuwarden, maar voor heel Noord-Friesland.
De uitwerking van het streekplan zal volgens de provincie
plaatsvinden in het sociaal-economisch beleidsplan in het 5B-
programma. Tot nu toe heeft ook dat nog niet veel opgeleverd.
Hoe schat de wethouder de kansen in van de plannen uit het
ontwikkelingsperspectief Westergo-zone die ingediend zijn in
het kader van het 5B-programma? Heeft de uitwerking van deze
plannen erg veel haast en moeten hier ook door de gemeenten
nog extra inspanningen voor geleverd worden?
Ik wil afsluiten met een positieve opmerking, die heeft
betrekking op het ontwikkelingsperspectief Westergo-zone. Het
is goed dat wij dit tot stand hebben kunnen brengen in zo'n
korte periode, maar in de toekomst zullen wij, als dat moge
lijk is, ook als gemeente nog alerter moeten reageren op
allerlei zaken, zodat de provincie niet meer om Leeuwarden
heen kan.
De heer Burg: Voorzitter, hoewel het ontwerp-streekplan al in
twee commissies meer of minder uitvoerig aan de orde is ge
weest, is het belangrijk genoeg om er op deze plaats nog even
kort op te reageren. Zoals in de inleiding is geschreven,
gaat het om een volledige herziening, waarin Leeuwarden naar
onze mening een vooraanstaande rol zou moeten innemen, als
stadsgewest maar ook als stedelijk knooppunt en, een verheu
gende ontwikkeling, in nauwe samenwerking met de gemeenten
Franekeradeel, Harlingen en Menaldumadeel in de Westergo-zone
bij allerlei zaken die in het streekplan aan de orde komen.
Om niet in herhaling te vervallen willen wij hier onze con
clusie weergeven op deze behandelingen, omdat wij de indruk
hebben dat er geen nieuwe ontwikkelingen te melden zijn of
het moet zijn dat er in het, naar wij hebben begrepen, posi
tieve gesprek van de colleges gemeente/provincie voor het
streekplan nog verbeteringen of nieuwe gezichtspunten zijn
verschenen
Overigens gaan wij akkoord met het voorgestelde besluit.
21