De heer De Beer: Mijnheer de voorzitter, ik had dezelfde opmerking willen maken. Wij hebben eerst nog gedacht om niet in te kunnen stemmen met dit voorbereidingsbesluitDat ia ook in de commissie aan de orde geweest. In een volgende commissievergadering hebben wij gezegd dat wij akkoord gaan met het voorbereidingsbesluit, maar ik wil hier nogmaals onderstrepen dat dat niet automatisch inhoudt dat wij ook met het vervolg akkoord zullen kunnen gaan. Mevrouw Vlietstra (weth.): Ik kan kort zijn. Ik neem daar op dit moment kennis van. Op dit moment besluiten wij alleen over een krediet voor een onderzoek. Er komt op basis van dit onderzoek een uitgewerkt raadsvoorstel waarbij de raad te zijner tijd gevraagd zal worden een krediet beschikbaar te stellen voor de aanleg van een kunststofatletiekbaan. In de opvatting van het college liggen deze zaken overigens wel in eikaars verlengde. Ik denk dat ik daar geen onduidelijkheid over wil laten bestaan. De Voorzitter: Aan de orde is de stemming. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 12 (bijlage nr. 223). Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 13 (bijlage nr. 215). De Voorzitter: Aan de orde is Beëindiging subsidieregeling ten behoeve van gebruikers van niet-gemeentelijke sportaccom modaties De heer Greving: Voorzitter, zoals vanuit mijn steunfractie in de Commissie Cultuur, Sport en Recreatie al naar voren is gebracht, heb ik wat moeite met het feit dat er op deze wijze gesnoeid gaat worden in een van onze sportactiviteiten, ook al is dat in een outillage die de gemeente zelf niet beschik 12 baar stelt. Het betekent het beëindigen van de subsidierege ling voor gebruikers van niet-gemeentelijke sportaccommoda ties en ik vind dat jammer. Ik begrijp dat het gebeurt tegen de achtergrond van het besluit dat wij onder punt 11 hebben genomen, dus was het misschien ook logischer geweest om dit in een andere volgorde te behandelen dan nu gebeurt. Ik vind het jammer dat dit gebeurt en zou er eigenlijk voor willen pleiten dat in de toekomst nogeens goed gekeken gaat worden naar het hele subsidiebeleid zoals dat in de sport plaats vindt en dat er ook enige relatie wordt gelegd tussen de sportactiviteiten die er plaats vinden en de kosten die dat voor de gemeenschap via subsidieregelingen met zich mee brengt. Uiteraard moet je dan allerlei dingen verschillend gaan wegen, zijn het clubsporten dan wel individuele sporten, zijn het zaalsporten dan wel vindt het buiten plaats; in hoeverre heeft het nog te maken met amateuristische sportbe oefening? Dat zijn dingen die op dit moment voor mijn gevoel niet volledig goed en breed worden overwogen. Ik vind het jammer dat dit besluit valt, wij blijven bij ons standpunt, dat wij in de commissie ingenomen hebben via de steunfractie, dat wij tegen de afschaffing van deze subsidie regeling zijn. Mevrouw Vlietstra: Voorzitter, de heer Greving is tegen dit voorstel, dat is duidelijk. Het zal mijnheer Greving ook duidelijk zijn dat wij daar anders over denken. Dat wij daar anders over denken heeft alles te maken met punt 11. Wij hebben, ik geloof wel zeven jaar, gezocht naar mogelijkheden om de slechte atletiekbaan die wij hebben niet alleen te renoveren, maar ook van een kunststoflaag te voorzien om daarmee voor eens en altijd een groot aantal problemen op te lossen. Een aantal keren is geprobeerd om daar in het kader van nieuw beleid middelen voor vrij te maken. Dat is niet gelukt en uiteindelijk hebben wij gezegd, als wij wat willen is er maar één mogelijkheid en dat is kijken binnen de sport sector of er met middelen te schuiven is. Veel subsidierege lingen hebben wij overigens niet meer in de sportsector. Van deze subsidieregeling kun je constateren dat die verouderd is en een tamelijk willekeurig gebruik kent. Er zijn een aantal verenigingen die daar gebruik van maken een groot aantal anderen niet. Ofwel je zou een situatie moeten hebben dat iedereen er gebruik van maakt, maar dan wordt de spoeling dun, ófwel je constateert dat in de praktijk de verenigingen die daar gebruik van maken redelijkerwijs ook zonder dat subsidie kunnen en je zet dat geld in op een plek waar dat heel hard nodig is, namelijk ten behoeve van een atletiek baan. Wij hebben voor dat laatste gekozen. Als mijnheer Greving dan zegt dat wij in de toekomst goed zouden moeten 13

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 7