de enige mogelijkheid is in de toekomst als antwoord op een
bijzonder slechte ontwikkeling, dan hebben de brutalen een
rooskleurige toekomst en zitten de commissieleden bij dit
soort aanvragen voor jan joker, althans dat gevoel bekruipt
mij
Ten slotte, om een lang verhaal kort te maken, is ons crite
rium in deze: als een aanvraag via een voorbereidingsbesluit
om te komen tot het plaatsen van een bouwwerk op lokatie
Dennenstraat 14 en uitgevoerd zoals dat nu in de werkelijk
heid is gerealiseerd, gedaan zou zijn, dan zou deze aanvraag
door de CDA-fractie niet positief beoordeeld worden. Nu deze
aanvraag zich op deze manier toch voordoet, blijft ons oor
deel negatief en zijn wij tegen het voorstel.
De heer Timmermans (weth.): De heer IJntema heeft het over
een onbevredigende behandeling in de commissie. Ik had zelf
de indruk dat die behandeling zeer bevredigend was. Waar de
heer IJntema een onbevredigend gevoel van overhoudt is het
feit dat mensen soms wel eens iets in afwijking van wat mag
doen. Dat heeft niets met de behandeling in de commissie te
maken, dat heeft te maken met hun handelen. Nu wordt daar
vervolgens de draai aan gegeven, omdat mensen in strijd met
een wettelijk voorschrift hebben gehandeld, zijn wij - als ik
het goed beluister - min of meer verplicht als gemeente
akkoord te gaan met de procedure. Dat is natuurlijk volstrekt
niet aan de orde. De raad is vrij om te beslissen, zoals dat
ook aan de orde zou zijn geweest wanneer er eerst een aan
vraag zou zijn gekomen en dan een beoordeling plaats vindt,
een normaal te nemen voorbereidingsbesluit. Dan kan de raad
ook ja of nee zeggen, die mogelijkheid heeft zij nu ook. Als
het antwoord zou zijn van raad: Nee, wij werken niet mee aan
het nemen van een voorbereidingsbesluit om het gevraagde
bouwwerk te legaliseren, dan had die man die schuur moeten
afbreken. Zo hoort het, de brutalen hebben dus helemaal niet
de halve wereld, in tegendeel, zij lopen het risico dat zij
voor kosten komen te staan.
De heer IJntema: De wethouder heeft terecht opgemerkt dat het
mijn gevoel was, dat heb ik ook duidelijk gezegd, maar het
criterium is voor ons het slotstuk dat ik heb genoemd, dat
als de aanvraag binnen was gekomen zoals het nu is gebouwd,
dit voor ons geen punt was om mee in te stemmen. Dat is de
mening van de CDA-fractie.
De heer Ten Hoeve: Ik heb even gewacht met een reactie omdat
wij in de commissie, zoals de wethouder heeft gezegd, plano
16
logisch hebben getoetst of dit kon. Wij waren het daar over
eens. Tegelijk hebben wij gepraat over de APV en de wethouder
heeft heel duidelijk toegezegd dat wanneer er overlast zou
zijn, er opgetreden zou worden. Wij hebben intussen een brief
gekregen waar ook een aantal planologische aspecten in staan,
maar waarin met name gedoeld wordt op dingen die met de APV
te maken hebben. Mijn vraag is aan de wethouder of hij en met
hem de dienst nog eens goed naar deze brief willen kijken of
er redenen zijn om op te treden. Naast het planologische
aspect hebben wij in de commissie ook aangegeven dat wij toch
wel wat angstig waren omdat daar plotseling in een weekend
zonder bouwvergunning enz. dit soort dingen gebeuren. Dat is
best reden voor een bepaald wantrouwen. Maar het planologisch
aspect moet voorop staan en daarnaast moet, wanneer er echt
sprake is van overlast, er opgetreden worden. Mijn vraag aan
de wethouder is of hij daar goed naar wil kijken.
De heer Tizunermans (weth.Ik heb inderdaad in de commissie
aangegeven dat waar de regeling als het gaat om het voorkomen
van overlast niet is gelegen in de planologische regeling, de
Algemene Plaatselijk Verordening en de handhaving daarvan
bepalend zal zijn. Ik denk dat het goed is om hier in het
openbaar nog een keer aan te geven dat als er inderdaad
aantoonbare overlast komt, de verschillende vormen zijn ook
in de brief genoemd, de buurt alleszins het recht heeft om
daar de lokale overheid op aan te spreken. Ik vind dat wij
dan ook handelend op moeten treden.
De heer Ten Hoeve: Mijn fractievoorzitter fluistert mij in
het oor dat ik dit misschien niet tegen de wethouder moet
zeggen, maar dat het goed is dat onze nieuwe voorzitter dit
even in zijn oren knoopt.
De Voorzitter: Het is altijd goed om via de voorzitter de
debatteren, maar als het woord APV valt krijg ik wel extra
gespitste oortjes. Het is aan goede oren gezegd.
Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van b. en w.met de aantekening dat de CDA-fractie,
met uitzondering van de wethouders, geacht wil worden te
hebben tegengestemd.
17