sma, afdelingshoofd Samenlevingszaken en Cultuur Dienst
Welzijn, A. ter Haar, administrateur Deinst Welzijn, R. Neij,
directeur Dienst Economische en Sociale Zaken, J. Swint,
afdelingshoofd Financiën Concern, P.H. v.d. Valk directeur
Dienst Stadsontwikkeling en Milieu, P.A. v.d. Woude, algemeen
directeur Dienst Stadsbeheer, P. Zwaagstra, afdelingshoofd
Financieel Administratief Management Dienst Stadsbeheer.
De Voorzitter: Dames en heren, de vergadering is heropend.
Hartelijk welkom op deze tweede dag van de algemene en finan
ciële beschouwingen.
Er is bericht van verhindering ontvangen van de heer Bakker.
Gisteravond zijn wij geëindigd met het afronden van de alge
mene beschouwingen. Nu zijn de financiële beschouwingen aan
de orde als onderdeel 2.a van de agenda.
Ik geef de heer Den Oudsten het woord voor een opmerking
vanuit de raad.
De heer Den Oudsten: Geeft u mij tegelijkertijd, voorzitter,
het woord voor mijn eerste termijn, want dan koppel ik het
aan elkaar.
De Voorzitter: U had vantevoren bij de voorzitter gemeld dat
u los van de inhoudelijke termijn een opmerking wilde maken.
De heer Den Oudsten: U heeft volkomen gelijk, dat is waar.
Dan doe ik eerst het huishoudelijk punt.
Wij hebben, dat zal iedereen die in deze raad zit inmiddels
duidelijk zijn, straks een lawine van voorstellen en tegen
voorstellen te verwachten. Het zal, als wij niet uitkijken,
een soort tombola worden waar het heel lastig van is om tot
een gerichte goede besluitvorming te komen. In overleg met de
andere fracties hebben wij gekeken hoe wij dat op een goede
manier kunnen doen. Wij zijn tot de volgende opzet gekomen,
in de hoop dat onze voorzitter die opzet ook zou willen
ondersteunen en vervolgens zou willen uitvoeren.
Wij houden allemaal eerst onze eerste termijnen, waarin wij
zowel praten over dekkingsvoorstellen als over voorstellen
die wij anders willen dan het college nu op tafel heeft
gelegd. Direct daaraanvolgend antwoordt het college in eerste
termijn. Na de beantwoording van het college eerste termijn
zouden wij graag willen dat er ruimte is voor fractie-over
leg. Na dat fractie-overleg zouden wij een opgeknipte tweede
157
termijn willen inlassen, waarbij wij de tweede termijn willen
starten met uitsluitend dekkingsvoorstellen. Tweede termijn
raad, tweede termijn college, die ook moet uitmonden in
besluitvorming. Alle moties die dan op tafel liggen zullen op
dat moment ook moeten worden afgekaart. Dan weten wij hoeveel
dekkingsruimte er is geaccordeerd door de raad.
Vervolgens zou er, als de voorzitter ons daartoe de gelegen
heid geeft, weer ruimte kunnen zijn voor fractieberaad.
Daarna vinden de tweede termijnen plaats waarin wij spreken
over inhoudelijke wijzigingsvoorstellen. Tweede termijn raad
en tweede termijn college. Dan kunnen wij uiteindelijk de
zaken, als het goed is, hopelijk nog vandaag afsluiten.
Dat is het voorstel zoals wij dat met elkaar hebben bespro
ken.
De Voorzitter: Ik ben er blij om, ik kan zeggen namens het
college, dat er niet alleen vantevoren inhoudelijk is gespro
ken, dat heeft het college natuurlijk ook in onderling beraad
gedaan om ons goed voor te bereiden op de eerste termijn,
maar dat wij ons ook hebben gebogen over de vraag hoe kan een
zekere structurering en trechtering naar een adequate be
sluitvorming plaats vinden.
Het voorstel lijkt mij heel adequaat. Eerste termijn normaal
aflopen per fractie en collegelid. Dan de normale, hopelijk
ook binnen de bij u verwachte tijdspanne, schorsing. Want dan
is ook zicht, zo zal het college ook afronden, op een moge
lijke dekkingsruimte, wat zij haalbaar en concreet acht. Dan
een zodanige opknipping van de tweede termijn waardoor duide
lijk wordt wat door de raad in meerderheid is besloten aan
aanvaarde dekkingswijzigingen om vervolgens - wederom na
schorsing, want dan gaat het om politiek beraad over de
invulling van de te verdelen poet (om het even populair maar
onparlementair te zeggen) en dan de inhoudelijke wijzigings
voorstellen te bespreken.
Dan blijft het hoofdverhaal van twee termijnen in stand, maar
komt tegemoet aan onze behoefte om van groot naar klein te
werken
Ik zou het voorstel daarom erg graag willen ondersteunen.
De heer Den Oudsten: Deze manier van werken is op zichzelf
geen garantie dat wij er ook werkelijk uit komen. Dat zal
vooral aan onszelf liggen. Ik zal proberen om zo kort en
puntig mogelijk een aantal zaken op een rij te zetten.
Als je al gedurende een groot aantal maanden geconfronteerd
bent met het idee dat er op een gegeven moment besluitvorming
moet plaats vinden over bezuinigingen, raak je onwillekeurig
158