wij die wel zullen willen ondersteunen. De heer Janssen (weth.De heer Burg heeft een aantal alge mene opmerkingen over het MUP gemaakt waar ik kennis van genomen heb. De heer Heins heeft nog eens gewezen op de achterstand die wij hebben opgelopen ten opzichte van de Milieunota die door deze raad is vastgesteld. Ook het college is daarop ingegaan in de nota. De heer Heins heeft gevraagd om volgend jaar een evaluatie. Dat lijkt mij een hele goede zaak, wij hebben daar in de commissie ook met elkaar over gesproken, dat wil je munitie hebben om met een hernieuwd elan aan de slag te gaan met de uitvoering van de Milieunota, dan is het goed om eerst de stand van zaken eens op te maken en de zaken nog eens goed op een rijtje te zetten. Wij hebben het er ook over gehad dat dan een toetsing aan wat concretere doelstellingen die in de Milieunota zijn geformuleerd een goede zaak zou zijn. De toezegging die de heer Heins gevraagd heeft, doe ik graag. Dan heeft de heer Heins een motie ingediend over dat hij graag heeft dat er aan het Milieuprogramma wordt toegevoegd een onderzoek naar gedifferentieerde tariefheffing, zoals daar nu in Oostzaan een proef mee is. Ik denk dat er haast niemand in deze raad anders over denkt. Iedereen ziet wel dat waar resultaten van proeven bekend zijn dat in het algemeen leidt tot goede resultaten. Wethouder Bilker die dit punt primair in portefeuille heeft, heeft ook aangegeven dat kritisch gekeken wordt naar de resultaten in Oostzaan en met name naar wat je allemaal moet doen voordat je hier in Leeuwarden met dat systeem zou kunnen werken. Ik begrijp dat de heer Heins, om die algemene instemming te onderstrepen, nogeens een motie indient en zegt van noem het dan ook een onderzoek binnen het MUP. Ik wil dat graag over nemen, voorzitter. Het tweede punt dat de heer Heins zegt i^ om dat dan te doen in plaats van een ander onderzoek ~at in het MUP staan, namelijk een onderzoek naar gescheiden inzameling van kunst stof, glas en metaal. De heer Greving heeft daarbij opgemerkt dat hij wel graag wil dat dat onderzoek ook doorgaat. Wij hebben over dat laatste onderzoek in de commissie gesproken vanuit de overweging dat het niet erg zinvol is om in Leeu warden opnieuw het wiel uit te vinden en dat het onderzoek naar die gescheiden inzameling zou moeten beginnen met een verzameling van resultaten van waar dit elders in de praktijk wordt gebracht. Ik zou u willen voorstellen dat wij vanuit de intentie van de motie in elk geval een wat nadrukkelijker 314 kader geven aan dat onderzoek, het de vinger aan de pols houden zoals collega Bilker dat noemt, wat betreft die ta- riefdiffentiëring. Wij bekijken daarbij wel in hoeverre wij het onderzoek naar die gescheiden inzameling zoveel mogelijk overeind kunnen houden. Dan moeten wij de capaciteit even op een rijtje zetten en de financiële consequenties die daaraan verbonden zijn. Tegen die achtergrond wil het college graag de motie overne men. De heer Biemans heeft aangegeven, als ik hem goed begrepen heb, dat hij ook de motie ondersteunt. (De heer Biemana: Ik zou afwachten wat de wethouder zou antwoorden.) Dan hoor ik dat in tweede termijn nog wel. Hij heeft verder een heel concrete vraag gesteld die vanmid dag in de Commissie Milieu en Stadsbeheer ook aan de orde is geweest. Hij heeft gezegd dat de CDA-fractie vragen heeft gesteld en wat is daarmee gebeurd. Het antwoord kan zijn dat het college met betrekking tot deze geluidsoverlast al acti viteiten had ondernomen voordat de CDA-fractie vragen gesteld had. Er is sprake van geluidsoverlast bij de indoorkermis in de Frieslandhal. Als mensen daarover klagen en het blijkt dat er sprake is van daadwerkelijke overschrijding van bepaalde grenzen, die in de vergunningen van de Frieslandhal zijn aangegeven, dan ga je met de eigenaar van de hal praten en zeggen: doe er wat aan. Ik heb begrepen dat dat gebeurd is. Mevrouw Dikken heeft onderstreept dat er sprake is van een pijnlijke achterstand en dat de PvdA-fractie ook vindt dat er de komende jaren extra middelen voor milieu vrijgemaakt moeten worden. Zij heeft aangegeven dat zij ook de motie van de PAL/GL-fractie ondersteunt namens haar fractie. De heer Greving heeft aangegeven dat hij binnen de beperkte financiële ruimte het een goed programma vindt. Ik heb al aangegeven dat wij nog wel willen kijken in hoeverre wij dat onderzoek naar de resultaten van gescheiden inzameling elders op wellicht wau een eenvoudige manier doorgang kunnen laten vinden. De heer Hiemstra heeft binnen de financiële kaders ook zijn instemming met het programma uitgesproken. De heer Burg: Voorzitter, ik wou toch nog even reageren op de motie en helemaal na de beantwoording van de wethouder. Hij noemt de uitvoering van de motie een verstrekte vinger aan de pols. Ik denk dat er in Leeuwarden toch specifieke problemen zijn voor het uitvoeren van een tariefdifferentiatie waar ze 315

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 11