hebben. Hetzelfde geldt wat ons betreft voor de huisvesting. Als de nieuwe welzijnsinstelling kan zorgen voor een goedko pere huisvesting, dan mag het budget voor inhoudelijk werk daarmee worden vermeerderd. Kortom, het enige dat wij als gemeente dienen aan te geven is: de hoofdtaken, deeltaken, financiële kaders en de rand voorwaarden voor huisvesting en de verhouding tussen leiding en uitvoerend werk. De verhouding die in de notitie staat aangegeven was 8:22. Wij zijn dan ook van mening dat de onderdelen III. en IV. van de notitie die ingaan op de beno digde functies en de huisvesting dienen te worden geschrapt en dat vervolgens de aangepaste notitie wordt gebruikt als uitgangspunt voor de totstandkoming van het beleidsplan van de nieuwe welzijnsinstelling. Wij willen hier eventueel in tweede instantie een motie over indienen. Wij vragen nu de wethouder om ons standpunt over te nemen. De in de afgelopen dagen door de raad genomen besluiten met betrekking tot de bezuinigingen zullen op veel terreinen gevolgen hebben voor de Leeuwarder bevolking. Ook de komende jaren mag nog verwacht worden dat de middelen schaars zullen zijn en nog meer dan ooit tevoren is het nu voor de gemeente Leeuwarden zaak die schaarse middelen zo efficiënt en zo effectief mogelijk in te zetten. De discussies rond de nieuwe welzijnsinstelling heeft dat ook duidelijk gemaakt, er moet gekozen worden. Wat, zo vragen wij ons nu af, is het sociale beleid voor Leeuwarden nu er bezuinigd is op minimabeleid, sociale vernieuwing, onderwijs, buurten en wijken, welzijns werk en ga zo maar door. Allerlei taken die direct of indi rect te maken hebben met het welzijn van de inwoners van Leeuwarden. Het sociaal beleid is versnipperd en uit de gesprekken die wij de afgelopen tijd hebben gevoerd met de welzijnsinstellingen blijkt dat deze versnipperingen op talrijke terreinen leiden tot doublures van taken, gebrek aan afstemming en verkokering in de aanpak. Het vormen nu van een nieuwe welzijnsinstelling is wat ons betreft een eerste stap in de goede richting, maar daarmee zijn wij er nog niet. Nog meer dan ooit tevoren moeten wij voorkomen dat door de uit voering van gemeentelijke taken er juist problemen ontstaan waardoor de vraag naar hulpverlening groter zal worden. Bij sociaal beleid gaat het om taken die enerzijds uitgevoerd worden door de verschillende instellingen, wij denken hierbij aan de nieuwe welzijnsinstelling, belangengroepen, wijk- en buurtorganisaties, woningbouwcorporaties, woonconsumentenor ganisaties, scholen en dergelijke en anderzijds taken die door de verschillende diensten/afdelingen van de gemeente zelf worden uitgevoerd. Ik denk hierbij aan stadsbeheer (buurtbeheer), Stadsontwikkeling(stadsvernieuwing), crimina liteitspreventie, sociale vernieuwing, minimabeleid, onder 320 wijs en samenlevingszaken. Om te zorgen dat de schaarse middelen efficiënt worden ingezet en de afstemming tussen deeltaken wordt uitgevoerd door diverse instellingen op het terrein van sociaal beleid, is het nodig te komen tot een heroriëntatie. Ook de gemeente Leeuwarden dient een integrale benadering te ontwikkelen in de verschillende beleidsterrei nen die vallen onder de noemer sociaal beleid. Daarom heb ik samen met de fractie van D66, PvdA en WD een motie samenge steld die luidt als volgt: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 15, 16 en 17 november 1993, behandelt de invulling van de taakstelling in het kader van de Herwaardering 1992-1996 inzake de nieuwe welzijnsinstel ling overweegt dat de taakstelling op de nieuwe welzijnsinstelling een beperking betekent van de benodigde uit te voeren taken; dat de vastgestelde bezuinigingen effect hebben op diverse taken van de gemeente Leeuwarden enerzijds en van verschillende instellingen anderzijds die zich richten op het welzijn van de inwoners van Leeuwar den; dat voorkomen moet worden dat versnippering van de uitvoering van deze taken zal leiden tot gebrek aan afstemming enerzijds en tot gevolg zal hebben dat de beschikbare (schaarse) middelen niet efficiënt worden ingezet anderzijds; besluit: het college op te dragen: 1. op korte termijn alle relevante interne en externe taken die zich richten op het welzijn van de inwoners van Leeuwarden overzichtelijk in beeld te brengen; 2. in 1994 te komen tot de ontwikkeling van sociaal beleid waarbij gestreefd wordt naar afstemming tussen de verschillende taken en efficiënte inzet van midde len; 3. bij de ontwikkeling van sociaal beleid zowel de poli tiek als relevante instellingen nauw te betrekken." De motie is mede-ondertekend door de heer Van Olffen van de PvdA-fractie, de heer De Jong van de D66-fractie en mevrouw Van Ulzen van de WD-fractie. Mevrouw Dijkstra: Voorzitter, voor onze fractie zijn een aantal zaken met betrekking tot de nieuwe welzijnsinstelling 321

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1993 | | pagina 14