een beleidswijziging voor te bereiden op het gebied van de
ESf-subsidie toekenning, waardoor een besluit omtrent die
financiering nog niet tot stand is gekomen.
Dat brengt met zich mee dat uiteindelijk in de eerste maanden
van het komend jaar de nieuwe organisatie, zoals die zou
moeten gaan ontstaan, gaat starten met een liquiditeitspro
bleem. De eerste maanden zou er onvoldoende geld beschikbaar
zijn op basis van de garanties die er nu zijn. In feite is
dat alleen de subsidietoekenning van f 1,01 miljoen van de
gemeente waarover wij nu moeten gaan beslissen. Dat bedrag,
als dat alleen in maandelijkse termijnen wordt voorgeschoten,
zal onvoldoende zijn om het huidige personeelsbestand te
kunnen betalen. Daarmee dreigt de nieuwe stichting een valse
start te gaan maken. Om die reden heb ik samen met de heer
Kroes van de PAL/GL-fractie de motie opgesteld zoals die
zojuist door de heer Kroes is ingediend.
Daarnaast zijn er een groot aantal vragen omtrent de inhoude
lijke kant van de fusie gerezen. De heer Kroes verwees al
naar een gesprek dat wij hebben gehad met twee vertegenwoor
digers van twee van de stichtingen die bij de fusie betrokken
zijn. Eigenlijk is niet meer duidelijk wie nu met wie aan het
fuseren is. Daarom vragen wij ons af, en dat zijn vragen die
wij heel duidelijk aan het college willen stellen, op welk
moment nu feitelijk de beslissing tot de Stichting Werkplaats
De Opstap tot stand is gekomen. Wanneer dat feitelijk tot
stand is gekomen, is van groot belang omdat wij willen weten
of dat is gebeurd voordat of nadat de externe adviseur met
het idee kwam.
Vervolgens is het van belang te weten of het college toestem
ming heeft gegeven tot deze splitsing en zo ja of het college
voldoende de consequenties van dit besluit heeft overzien op
het moment dat zij de toestemming gaf.
Ten slotte willen wij ook graag weten hoe de zeggenschap in
die beheerstichting is geregeld. Is het zo dat de werkstich-
ting feitelijk nauwelijks zeggenschap heeft in de beheers-
tichting? Dat zou tot gevolg kunnen hebben dat straks de
werkstichtingen - als er meer ontstaan zijn - feitelijk hun
doelen niet kunnen bereiken uit geldgebrek, terwijl de be-
heerstichting het vermogen dat is verworven met behulp van
gemeenschapsubsidies aan het oppotten is. Dat kan natuurlijk
niet de bedoeling zijn.
Wij komen tot de vraag of wij op dit moment het besluit
kunnen nemen dat voorligt. Op zichzelf is het besluit wel in
orde, alleen de praktijk wijkt af van het besluit zoals dat
voorligt
Er zijn nogal wat vragen die door het college beantwoord
moeten worden voordat wij definitief een besluit kunnen
nemen
49
De heer Janssen (weth.s Voorzitter, ik heb de indruk dat er
het afgelopen weekend een hoop gebeurd is. Waar ik ook een
beetje mee zit is dat de heer Hoogeveen heeft gezegd dat hij
met twee vertegenwoordigers van de stichtingen heeft gespro
ken en die hebben hem allerlei zaken verteld. Het college
heeft natuurlijk met het bestuur van de stichtingen gespro
ken. Ik zit een beetje met het probleem dat ik merk dat er in
dat proces, het gaat om reorganisatie, er spelen belangen een
rol, daar zijn verschillen van inzicht, er uiteindelijk
besturen van stichtingen zijn die een bepaald standpunt
innemen en namens de verschillende stichtingen iets vinden.
Op het moment dat de heer Hoogeveen zegt dat hij gesproken
heeft met een vertegenwoordiger van een stichting, zit ik
voor mijzelf een beetje met de vraag, omdat ik gehoord heb
vanuit mijn eigen fractie dat er allerlei dingen zijn ge
beurd, wie praat nu namens wie en waarover. Dat vind ik een
probleem als het om een zaak als reorganisatie gaat. Wat mijn
instelling dan ook altijd is geweest, is dat ik heb gezegd
dat het college een bepaald besluit heeft uit te voeren dat
de raad heeft genomen, zij heeft daar een bepaalde verant
woordelijkheid in, de stichtingsbesturen hebben daar een
verantwoordelijkheid in. Wij hebben als gemeente, gehoord de
commissie, besloten om die stichtingsbesturen daarbij een
adviseur ten dienst te stellen, omdat het altijd lastig is
als je met z'n drieën samen wat moet om dat dan gezamenlijk
te doen. Dan is het altijd handig als je er een onafhankelijk
persoon bij hebt. Ik denk dat dit verstandig is. Ik weet niet
precies hoe ik bij de woorden van de heer Kroes de kwalifica
tie misleidend moet interpreteren, maar ik interpreteer het
nogal zwaar. Dan lijkt het haast alsof je de situatie anders
bewust voorstelt dan hij is. Dat is in het geheel niet mijn
bedoeling geweest. Ik heb altijd geredeneerd vanuit de ver
antwoordelijkheid die de gemeente naar dit fusieproces heeft.
In dat fusieproces staan naast het personeel natuurlijk ook
nog de besturen van de stichting die een eigen verantwoorde
lijkheid in dat hele verhaal hebben. Ik heb mij altijd verre
gehouden van de verantwoordelijkheid van die verschillende
stichtingsbesturen.
Dan zijn er twee dingen aan de hand. Op de eerste plaats is
door een aantal sprekers de organsatiestructuur van de Stich
ting De Opstap naar voren gebracht zoals die in de loop van
dit jaar gewijzigd is. Daar hoeven wij niet zo ingewikkeld
met elkaar over te doen. Wij hebben als college in het begin
van dit jaar een brief gekregen van de Stichting De Opstap
dat daar een probleem ontstond tussen de wat commercieel
getinte activiteiten, de activiteiten die revenuen opbrach
ten, en de werkervaringsactiviteiten. Dat gaf problemen, zo
hebben wij begrepen, in de fiscaal juridische sfeer, dat gaf
onduidelijkheid. Daar waar men nu de constructie afschildert
50