zijn.
Wij hebben als Partij van de Arbeid een campagne gevoerd op
inhoudelijke gronden, waarbij wij activiteiten ontplooid
hebben, kleinschalige activiteiten, laagdrempelige
activiteiten, waarbij het contact tussen de burger en in dit
geval PvdA-politici het meest tot zijn recht komt. De andere
partijen hebben dat op hun manier gedaan. In het algemeen
zijn wij daar ook aardig tevreden over, alhoewel ik mij één
advertentie van de WD herinner waarbij de suggestie werd
gewekt alsof het gemeentebestuur meer aandacht zou besteden
aan de problemen in Nigeraqua dan aan haar eigen wijken zoals
Schieringen en Heechterp. Toen vroeg ik mij werkelijk af om
welke inhoud het nu nog gaat.
De Leeuwarder verkiezingsuitslag paste geheel in het lan
delijk beeld van groeiers en verliezers en opkomst van plaat
selijke partijen. Wie de nationale grens overziet kan niet om
de conclusie heen dat de invloed van de nationale politiek op
de raadsverkiezingen nog steeds heel erg groot is, hetgeen
nog eens werd versterkt door het feit dat de kamerverkiezin
gen spoedig volgen op de gemeenteraadsverkiezingen.
Als Leeuwarder Partij van de Arbeid hebben wij die landelijke
dominantie van raadsverkiezingen altijd betreurd. Voor ons is
het nog steeds een opgave om in onze gemeente er voor te
zorgen dat partijkeuzes bij uitstek door de lokale en niet
door de landelijke politiek worden bepaald. Wij vinden het
dan wel nodig om aan de communicatie van zowel het gemeen
tebestuur als de politiek zelf richting burgers heel hoge
eisen te stellen.
Anderzijds was het een pluspunt bij deze uitslag dat de
opkomst niet lager maar juist een beetje hoger is uitgevallen
dan de vorige. Dit is natuurlijk geen reden om te juichen,
het blijft zorgwekkend dat eenderde van de bevolking het
kennelijk niet de moeite waard vindt om te gaan stemmen. Maar
een opkomst die nauwelijks afwijkt van die in 1990 is al met
al toch een meevaller. Ik persoonlijk denk dat de dreiging
dat voor het eerst extreem rechtse partijen als CD of CP'86
tot deze raad zouden kunnen doordringen, diverse kiezers
heeft gemotiveerd om alsnog te gaan stemmen op partijen die
de democratie en de rechtsstaat serieus nemen. Als ik de
Leeuwarder kiezerB ergens mee kan complimenteren dan is het
wel dat zij er voor hebben gezorgd dat racisme in deze raad
zaal de komende vier jaar geen vertolker krijgt. Leeuwarden
valt wat dat betreft in positieve zin op vergeleken bij tal
van soortgelijke steden in het midden, het westen en het
zuiden van ons land. Dat deze raad wel is uitgebreid met een
protestpartij, ik denk daarbij aan de Nieuwe Leeuwarder
Partij, is iets van hele andere orde, het is de uitkomst van
een democratisch proces dat wij natuurlijk zonder meer
respecteren. Niettemin hoop ik dat ook de NLP zich zal ken
4
merken door een constructieve opstelling.
Mijnheer de voorzitter, de openbare college-onderhandelingen
hebben geresulteerd in een collegeprogramma waarin ook de
Partij van de Arbeid zich goed kan herkennen. Dat geldt niet
alleen voor de hoofdprioriteiten werkgelegenheid, milieu en
leefbaarheid van de stad, maar ook voor de belangrijke rand
voorwaarden een gezond financieel beheer en een bestuurlijk
vernieuwende werkwijze. In het kader van de inhoudelijke cam
pagne die de Partij van de Arbeid heeft gevoerd hebben wij
een aantal nota's uitgebracht die op belangrijke onderdelen
tot vernieuwing van het beleid moeten leiden. Het betreft:
Bestuurlijke Integriteit, Veiligheid, Bevordering van de
werkgelegenheid en Ouderenbeleid. Wij zijn erover verheugd
dat de belangrijkste elementen uit die nota's ook in het
Collegeprogramma terugkomen. Op andere aspecten, en dat geldt
zeker voor de nota Bestuurlijke Integriteit, zullen wij
elkaar in deze raad ongetwijfeld nog nader spreken.
De verkiezingsuitslag bracht met zich mee dat er in Leeuwar
den een college gevormd moest worden van ten minste drie
politiek partijen, tevens moest het college homogeen en
slagvaardig kunnen opereren, moest voldoende politiek draag
vlak van de raad hebben en moest qua samenstelling bovendien
recht doen aan de krachtsverhoudingen zoals die na de verkie
zingen zijn ontstaan. In de praktijk tekende zich al snel de
situatie af dat de Partij van de Arbeid en het CDA beide een
wethouderszetel zouden moeten inleveren, al was het alleen
maar omdat wij besloten om van vijf naar vier wethouders te
gaan, en dat hetzij D66 met zes raadszetels hetzij PAL/GL met
vijf raadszetels voor het eerst in de geschiedenis tot dage
lijkse bestuursverantwoordelijkheid zou worden geroepen. Een
coalitie van Partij van de Arbeid, D66 en PAL/GL behoorde in
principe ook tot de mogelijkheden, maar die zou van alle
reële opties over het kleinste draagvlak in de raad beschik
ken. Bovendien was er voor de Partij van de Arbeid geen
aanleiding om de tweede partij in deze raad, waarmee al jaren
constructief wordt samengewerkt, van collegedeelname uit te
sluiten. Een rol speelt daarbij dat niet ontkent kan worden
dat ook het CDA op provinciaal en landelijk niveau een
belangrijke positie inneemt en hoewel dat punt voor ons niet
doorslaggevend is geweest, moet aan de andere kant toch
erkend worden dat die factor voor de behartiging van de
Leeuwarder belangen van een niet te onderschatten betekenis
is.
In mijn fractie werd lang nagedacht over een voorkeur voor
hetzij PAL/GL, hetzij D66. Aan de ene kant de in het algemeen
heldere politieke stellingname van PAL/GL, aan de andere kant
een D66-programma met veel overeenkomsten met ons eigen
5